laat een vaarplan achter bij een betrouw-
bare persoon. Vergeet het vaarplan niet
opnieuw te annuleren als u terugkeert.
Gebruik uw gezond verstand bij het varen.
G
Ken uw mogelijkheden en zorg dat u weet
hoe uw boot reageert in de verschillende
vaaromstandigheden waarmee u gecon-
fronteerd kunt worden. Blijf binnen uw li-
mieten en deze van uw boot. Vaar steeds
met veilige snelheden en blijf opletten voor
eventuele hindernissen en ander verkeer.
Kijk steeds goed uit voor zwemmers terwijl
G
de motor draait.
Blijf uit de buurt van zwemzones.
G
Als een zwemmer in het water ligt in uw
G
buurt, zet de schakelhendel dan in neu-
traal en zet de motor uit.
DMU25380
Belangrijke labels
DMU25395
Waarschuwingslabels
Algemene informatie
DMU25401
Label
DWM01260
WAARSCHUWING
Zorg dat de schakelinrichting in neu-
G
traal staat alvorens de motor te starten
(behalve bij 2 pk).
Verwijder of raak geen elektrische on-
G
derdelen aan bij het starten of als de
motor draait.
Hou handen, haar en kleren uit de buurt
G
van het vliegwiel en andere draaiende
onderdelen als de motor draait.
DMU25431
Label
DWM01300
WAARSCHUWING
De motor is uitgerust met een neutraal-
G
startinrichting.
De motor start niet als de schakelin-
G
richting niet in de neutrale stand staat.
DMU25540
DWM00010
WAARSCHUWING
BENZINE EN BENZINEDAMPEN ZIJN
ERG ONTVLAMBAAR EN ONTPLOF-
BAAR!
Rook niet als u brandstof bijvult en blijf
G
uit de buurt van vonken, vlammen en
ZMU03342
andere bronnen van ontbranding.
Zet de motor af alvorens brandstof te
G
tanken.
Tank op een goed verluchte plaats. Vul
G
draagbare brandstoftanks niet in de
boot.
Mors geen benzine. Verwijder gemorste
G
benzine onmiddellijk met droge doe-
ken.
Doe de brandstoftank niet te vol.
G
ZMU03340
Draai de vuldop goed vast na het tan-
G
Tankinstructies
3