FUNCTIES VAN INSTRUMENTEN EN BEDIENINGEN
Stuurschakelaars
2
1
3
4
1. Lichtsignaalschakelaar "
2. Dimlichtschakelaar "
j/k
3. Richtingaanwijzerschakelaar "
4. Claxonschakelaar "
a
"
2
1. Noodstopschakelaar "
f/e
2. Startknop "
f
"
DAU12344
Lichtsignaalschakelaar "
Druk deze schakelaar in om met de
koplampen een lichtsignaal te geven.
Dimlichtschakelaar "
3
Zet deze schakelaar op "
grootlicht en op "
Richtingaanwijzerschakelaar "
Druk deze schakelaar naar "
afslaan naar rechts aan te geven.
j
"
"
Druk deze schakelaar naar "
"
c/d
afslaan naar links aan te geven. Na
loslaten keert de schakelaar terug
naar de middenstand. Om de richtin-
gaanwijzers uit te schakelen wordt de
schakelaar ingedrukt nadat hij is
teruggekeerd in de middenstand.
1
Claxonschakelaar "
Druk deze schakelaar in om een cla-
xonsignaal te geven.
"
DAU12380
"
Noodstopschakelaar "
j
Zet deze schakelaar voor u de motor
start op "
"
e
DAU12400
kelen in een noodgeval, zoals wanne-
/
"
j
k
er de machine omslaat of als de gas-
" voor
j
kabel blijft hangen.
" voor dimlicht.
k
DAU12460
Startknop "
/
"
c
d
Druk deze knop in om via de startmo-
" om
d
tor de motor rond te draaien.
" om
LET OP:
c
Zie pagina 5-1 voor startinstructies
voordat u de motor start.
DAU12500
"
a
3-4
/
f
e
". Zet deze schakelaar op
f
" om de motor direct uit te scha-
"
f
DAU12660
"
DAU12710
DCA10050