Houd in de stand-bymodus de knop
Reinigingspagina voor de OPC-drum: reinigt de OPC-drum van de tonercassette.
Deze handeling resulteert in een pagina met tonerafval die u moet weggooien.
Uw apparaat neemt automatisch een vel papier uit de papierlade op en drukt een reinigingspagina af waaraan stof- of
tonerdeeltjes blijven kleven.
De binnenkant reinigen
Tijdens het afdrukken kunnen zich in het apparaat papierresten, toner en stof verzamelen. Dit kan op een gegeven
moment problemen met de afdrukkwaliteit veroorzaken, zoals tonervlekken of vegen. Deze problemen kunnen worden
gereduceerd en verholpen door de binnenkant van het apparaat te reinigen.
Schakel het apparaat uit en haal de stekker uit het stopcontact. Wacht tot het apparaat is afgekoeld.
1.
Open de klep aan de voorkant en verwijder de tonercassette. Plaats de tonercassette op een schoon, vlak
2.
oppervlak.
Om schade aan de tonercassette te voorkomen moet u ervoor zorgen dat deze niet langer dan enkele
minuten wordt blootgesteld aan licht. Dek de cassette zo nodig af met een stuk papier.
Raak de groene onderkant van de tonercassette niet aan. Neem de cassette vast bij de handgreep zodat u
de onderzijde niet hoeft aan te raken.
Verwijder met een droge, niet-pluizende doek eventueel stof en gemorste toner in en rond de ruimte voor de
3.
tonercassette.
Zorg dat u bij het reinigen van de binnenkant van het apparaat de transportrol onder de tonercassette of
andere onderdelen binnenin niet beschadigt. Gebruik geen oplosmiddelen, zoals benzeen of verdunner, om te
reinigen. Dit kan de afdrukkwaliteit negatief beïnvloeden en het apparaat beschadigen.
Haal voorzichtig een witte katoenen doek over de lange glasplaat (LSU) in het apparaat om te zien of er vuil aan
4.
blijft zitten.
(Annuleren) ongeveer 10 seconden ingedrukt.