19-BEVEILIGINGEN EN ALARMEN
SIGNALERING VAN ALARMEN
Wanneer er zich een werkingsstoring voordoet, gaat de kachel in alarm en verschijnt de aard van het probleem dat zich voordoet op het
paneel aan de hand van een code, een korte beschrijving van de aard van het alarm en een akoestische waarschuwing.
De volgende tabel beschrijft de mogelijke alarmen die door de kachel worden gemeld en die aan de respectievelijke codes toegekend zijn
die op het paneel verschijnen, alsook handige tips om het probleem op te lossen.
B = RESET (alarm annuleren)
C = INFO (geeft informatie over de aard van het alarm)
E = MENU
TEKST OP HET
DISPLAY
A01
GEEN INSCH.
A02
GEEN VLAM
A03
BEVEILIGING PLT
A04
TEMP ROOK
A05
VERSTOPPING
32
AARD VAN HET PROBLEEM
Het vuur wordt niet ontstoken.
(geen geluidsalarm)
Abnormaal doven van het vuur.
(geen geluidsalarm)
Temperatuur pelletereservoir te hoog
Temperatuur van de rookgassen te hoog
Verstopping van het rookkanaal
A05
VERSTOPPING
RESET
INFO
B
C
OPLOSSING
Controleer de hoeveelheid pellets in de voorraadbak.
Controleer of de vuurpot correct in zijn zitting is
geplaatst en of er geen aangekoekte resten of
onverbrande pellets zijn.
Controleer of de bougie opwarmt.
Leeg en reinig de vuurpot zorgvuldig vooraleer
opnieuw te ontsteken.
Controleer de hoeveelheid pellets in de voorraadbak.
Controleer of de vuurpot correct in de zitting is
geplaatst en of er geen onverbrande resten aanwezig
zijn.
Wacht tot de koelfase is beëindigd, annuleer
het alarm en verminder het laden van pellets
(menu INSTELLINGEN - Recept pellet). Als het
alarm aanhoudt, neemt u contact op met de
assistentiedienst.
Wacht tot de koelfase is beëindigd, annuleer
het alarm en verminder het laden van pellets
(menu INSTELLINGEN - Recept pellet). Als het
alarm aanhoudt, neemt u contact op met de
assistentiedienst.
Controleer de vuurpot, de rookleiding en de onderste
kamer op verstopping en controleer de dichting van de
deur. Als het alarm aanhoudt, neemt u contact op met
de assistentiedienst.
MENU
E