bakje geledigd en gereinigd worden, anders kan het water over
de rand van het bakje lopen en de machine, het werkoppervlak
of de omliggende zone beschadigen.
Om het drupbakje te verwijderen:
1. Verwijder het drupbakje en het koffiedikbakje (A15 - afb.
25);
2. Het drupbakje en het koffiedikbakje leeg maken en
wassen;
3. Controleer het rode condensbakje (rood) (A16) en maak
het leeg indien het vol is;
4. Plaats het drupbakje en het koffiedikbakje terug.
13.5 Reiniging van de binnenkant van het
apparaat
Gevaar voor elektrische schok!
Voor het verrichten van de reinigingshandelingen van de in-
terne gedeeltes moet de machine uitgeschakeld worden (zie
hoofdstuk "7. Uitschakeling van het apparaat") en losgekoppeld
van de elektriciteitsvoorziening. Dompel het apparaat nooit
onder in water.
1. Controleer regelmatig (ongeveer één keer per maand) of
de binnenkant van het apparaat (alleen toegankelijk nadat
het drupbakje (A19) weggenomen is) vuil is. Verwijder de
koffieresten indien nodig met de bijgeleverde kwast (C5)
en een spons;
2. Verwijder alle resten met een stofzuiger (afb. 27).
13.6 Reiniging van het waterreservoir
1. Reinig regelmatig (ongeveer één keer per maand) en bij
elke vervanging van het verzachtingsfilter (C4) (indien
aanwezig) het waterreservoir (A10) met een vochtige doek
en een beetje mild reinigingsmiddel;
2. Verwijder het filter (C4) (indien aanwezig) en spoel het af
onder stromend water;
3. Plaats het filter terug (indien aanwezig), vul het reservoir
met vers water en plaats het reservoir terug;
4. (alleen voor modellen met verzachtingsfilter) 100 ml
water afgeven.
13.7 Reiniging van de tuitjes van de koffieuitloop
1. Reinig regelmatig de tuitjes van de koffieuitloop (A14) met
een spons of een doek (afb. 28A).
2. Controleer of de gaatjes van de koffieuitloop verstopt zijn.
Verwijder indien nodig de koffieresten met een tandensto-
ker (afb. 28B).
13.8 Reiniging van de trechter voor het invoeren
voorgemalen koffie
Controleer regelmatig (ongeveer één keer per maand) of de
trechter voor voorgemalen koffie (A6) verstopt is. Verwijder zo
nodig de koffieresten met de bijgeleverde kwast (C5).
13.9 Reiniging van de zetgroep
De zetgroep (A11) moet minstens één keer per maand worden
gereinigd.
Let op!
De zetgroep kan niet worden verwijderd wanneer het apparaat
ingeschakeld is.
1. Controleer of het apparaat de uitschakeling correct heeft
uitgevoerd (zie hoofdstuk "7. Uitschakeling van het
apparaat");
2. Verwijder het waterreservoir (A10).
3. Open het deurtje van de zetgroep (A11) (afb. 28) aan de
rechterzijde van het apparaat;
4. Druk de twee gekleurde ontgrendelknoppen naar binnen
en trek tegelijkertijd de zetgroep naar buiten (afb. 29);
5. De zetgroep ongeveer 5 minuten in water onderdompelen
en vervolgens onder de kraan afspoelen;
Let op!
ALLEEN MET WATER AFSPOELEN.
Geen reinigingsmiddelen - Geen afwasmachine
Reinig de zetgroep zonder gebruik van reinigingsmiddelen
omdat deze mogelijk schade veroorzaken.
6. Met behulp van de bijgeleverde kwast (C5) eventuele kof-
fieresten verwijderen uit de zitting van de zetgroep die
zichtbaar is via het deurtje van de zetgroep;
7. Plaats de zetgroep na de reiniging terug door hem in de
houder te plaatsen. Druk vervolgens op PUSH tot men een
klik hoort;
N.B.!
Als het moeilijk is om de zetgroep terug te plaatsen, dan dient
men hem (voordat hij teruggeplaatst wordt) op de juiste grootte
te brengen door op de twee hendels te drukken, zoals in afb. 30;
8. Is de zetgroep eenmaal teruggeplaatst, controleer dan of
de twee rode toetsen naar buiten gesprongen zijn;
9. Sluit het deurtje van de zetgroep;
10. Plaats het waterreservoir terug.
13.10 Reiniging van het melkreservoir
Reinig het melkreservoir (D) na iedere bereiding met melk, zoals
hierna beschreven wordt:
1. Verwijder het deksel (D2);
2. Verwijder het melkafgiftepijpje (D5) en de melkopvoer-
pijpje (D4) (afb. 32);
18