Herstellen van defecten
7.
Geef er vervolgens een korte maar
krachtige ruk aan om de motor te star-
ten. Herhaal dat indien nodig.
DMU29671
De motor werkt niet
DMU29706
De koude motor start niet
Als de motor niet wil starten in koude toe-
stand, pas dan de volgende procedure toe.
DWM00410
WAARSCHUWING
Raak bij het starten of het bedienen van
de motor de ontstekingsspoel, de bougie-
draad, de bougiedop of andere elektri-
sche onderdelen die onder een hoge
spanning staan, niet aan. Hou bij het star-
ten losse kleren en andere voorwerpen
uit de buurt van de motor. Raak het vlieg-
wiel en andere bewegende onderdelen
niet aan als de motor draait.
1.
Stel de trimhoek zo in dat de aandrijfas
95
loodrecht op het wateroppervlak staat of
naar binnen is getrimd.
2.
Bij modellen met een noodstartklep
dient u die te openen. De klep bevindt
zich achter het knaldemperdeksel op de
voorkant van de motor.
ZMU03429
3.
Knijp twee of drie maal in de opvoer-
pomp om brandstof toe te voeren.
ZMU03140
4.
Open de gasklep lichtjes zonder te
schakelen met behulp van de gasgreep
of de neutraal-gashendel. Het is nood-
zakelijk de gasklepopening lichtjes te
wijzigen afhankelijk van de motortempe-
ratuur. Zodra de motor is gestart, zet u
de gashendel weer in zijn uitgangsposi-
tie.
OPEN
CLOSE
ZMU03141
ZMU03142