Download Inhoudsopgave Inhoud Print deze pagina
Inhoudsopgave

Advertenties

OORSPRONKELIJKE INSTRUCTIES
- conform richtlijn 2006/42/EG, Annex I, 1,7.4,1
GEBRUIKERSHANDLEIDING
E37C
Mini-graafmachine
Onderdeelnummer 48031527
1e editie Nederlands
januari 2017

Advertenties

Inhoudsopgave
loading

Samenvatting van Inhoud voor New Holland E37C

  • Pagina 1 OORSPRONKELIJKE INSTRUCTIES - conform richtlijn 2006/42/EG, Annex I, 1,7.4,1 GEBRUIKERSHANDLEIDING E37C Mini-graafmachine Onderdeelnummer 48031527 1e editie Nederlands januari 2017...
  • Pagina 2: Inhoudsopgave

    Inhoud 1 ALGEMENE INFORMATIE Opmerking voor de eigenaar ............. . . 1-1 Bedoeld gebruik .
  • Pagina 3 Instrumentenpaneel ..............3-21 Regeling airconditioning .
  • Pagina 4: Algemene Informatie

    De machine van een oplegger uitladen ..........5-4 Verzendtransport Hanteren van de machine .
  • Pagina 5 Om de 250 uur Accu ................. . . 6-32 Zwenklager .
  • Pagina 6 7 PROBLEEMOPLOSSING Oplossingen voor foutcodes Motor - Probleemoplossing ............7-1 Elektrische systemen - probleemoplossing.
  • Pagina 7: Opmerking Voor De Eigenaar

    U kunt via uw NEW HOLLAND CONSTRUCTION-dealer handleidingen verkrijgen over het gebruik, het onderhoud en de reparatie van uw machine. Vraag uw NEW HOLLAND CONSTRUCTION-dealer om u te helpen bij het bestellen van de juiste handleidingen voor uw machine zodat u snel en doeltreffend service krijgt.
  • Pagina 8: Bedoeld Gebruik

    1 - ALGEMENE INFORMATIE Geef altijd het type en Product Identificatie Nummer (PIN) van uw machine op zodat uw NEW HOLLAND CONSTRUC- TION-dealer u de juiste handleidingen kan leveren voor uw machine. NEW HOLLAND CONSTRUCTION Het bedrijf behoudt zich het recht voor om wijzigingen aan te brengen in het ontwerp en in de technische specificaties van de machine zonder dat vooraf aan te kondigen en zonder verplicht te zijn om reeds verkochte machines in dezelfde zin te wijzigen.
  • Pagina 9: Telematica (Optioneel)

    OPMERKING: De NEW HOLLAND CONSTRUCTION FleetForce™ website (www.newhollandfleetforce.com) wordt pas toegankelijk als het NEW HOLLAND CONSTRUCTION FleetForce™ abonnement voor deze machine wordt geregistreerd door een erkende NEW HOLLAND CONSTRUCTION dealer. Neem contact op met een erkende NEW HOLLAND CONSTRUCTION-dealer voor meer informatie.
  • Pagina 10: Bestek Van De Handleiding En Vereist Trainingsniveau

    Periodieke service bestaat uit activiteiten die nodig zijn gereedschappen nodig zijn die NEW HOLLAND CON- om de verwachte levensduur van de NEW HOLLAND STRUCTION niet bij de machine levert. CONSTRUCTION machine te behouden. Deze activitei- ten hebben vastgestelde intervallen.
  • Pagina 11: Voordat U Aan Het Werk Gaat

    NEW HOLLAND CONSTRUCTION machine kaal geldig bewijs voor het werken met voertuigen te be- bedient. Neem contact op met uw NEW HOLLAND zitten (of voldoen aan andere toepasselijke lokale leef- CONSTRUCTION dealer als: tijdseisen).
  • Pagina 12: Productidentificatie

    Uitvoering met overkapping Wanneer u onderdelen bestelt of informatie of hulp wenst, geef dan altijd het type en het Product Identificatie Nummer (PIN) van uw machine of accessoires door aan uw NEW HOLLAND CONSTRUCTION-dealer. Schrijf het volgende in de ruimte hieronder: •...
  • Pagina 13: Identificatie-Etiket (B)

    1 - ALGEMENE INFORMATIE Machine Het Product Identificatie Nummer (PIN) van de machine (A) is aangebracht onder de voorruit van de bestuurders- cabine. SMIL16MEX1460AB (1) Naam, Type/Model Hydraulische graafmachine_______________________ ______ (2) Productidentificatienummer (PIN)______________ (3) Nominaal motorvermogen ISO 14396_____________ ________________ (4) Modeljaar_____________________________ (5) Ledige massa (kg)____________________________ (6) Bouwjaar__________________________ SMIL16MEX0645AA...
  • Pagina 14: Structurele Bescherming ( Rops)

    1 - ALGEMENE INFORMATIE Emissiesticker (C) De emissiesticker zit op het cilinderkopdeksel. De sticker bevat belangrijke gegevens voor het gebruik van de mo- tor. Lees deze sticker voordat u de motor gebruikt. De emissiesticker bevat ook gegevens met betrekking tot de motor.
  • Pagina 15: Opbergen Van Gebruikershandleiding Op De Machine

    (in het opbergvak onder de bestuurdersstoel). Zorg ervoor dat ze altijd compleet is en in goede staat verkeert. Neem contact op met uw NEW HOLLAND CON- STRUCTION-dealer als u extra exemplaren van de hand- leiding wilt hebben, of exemplaren in een andere taal dan de moedertaal van het betreffende land wilt hebben.
  • Pagina 16: Machinepositie

    1 - ALGEMENE INFORMATIE Machinepositie De begrippen “rechts”, “links”, “voor” en “achter” worden in deze handleiding gebruikt om de zijden aan te geven als gezien vanuit de bestuurdersstoel, wanneer de rijmotoren zich aan de achterkant bevinden en de bestuurder in de rijrichting van de machine kijkt (vooruit).
  • Pagina 17: Machineonderdelen

    1 - ALGEMENE INFORMATIE Machineonderdelen SMIL16MEX1477FB Oliekoeler Tand van bak Radiateur Zwenkcilinder giek 10. Motor Gereedschapskist 11. Hoofdpomp Zwenkmotor 12. Centrale hydraulische koppeling Brandstoftank 13. Hoofdregelklep Hydraulische-olietank 1-11...
  • Pagina 18 1 - ALGEMENE INFORMATIE SMIL16MEX0047FB 14. Bakbedieningsstang 24. Knaldemper 15. Bedieningsstangenstelsel voor bak 25. Uitlaatdemper pijp 16. Snijrand 26. Contragewicht 17. Bakcilinder 27. Rijmotor 18. Lepel 28. Kettingwiel 19. Lepelsteelcilinder 29. Bovenste rol 20. Giek 30. Onderste rol 31. Spoorbreedte 21.
  • Pagina 19: Eg-Verklaring Van Conformiteit

    3. Generiek serienummer voor dit type materieel. De volgorde van letters en cijfers kan verschillen afhankelijk van de configuratie van het materieel. 4. Serienummer van EG-conformiteitsverklaring. Verwijs naar dit nummer wanneer u van NEW HOLLAND CON- STRUCTION informatie of ondersteuning verlangt m.b.t. de EG-conformiteitsverklaring.
  • Pagina 20 1 - ALGEMENE INFORMATIE SMIL16MEX1483HA 1-14...
  • Pagina 21: Veiligheidsinformatie

    2 - VEILIGHEIDSINFORMATIE VEILIGHEIDSINFORMATIE###_2_### Definities van signaalwoorden Veiligheid van personen Dit is het symbool voor een veiligheidswaarschuwing. Het wordt gebruikt om u te wijzen op mogelijk gevaar voor persoonlijk letsel. Neem alle veiligheidsmededelingen in acht die achter dit symbool worden vermeld om mogelijk letsel of de dood te voorkomen. In deze handleiding komt u de signaalwoorden GEVAAR, WAARSCHUWING en VOORZICHTIG tegen, gevolgd door speciale instructies.
  • Pagina 22: Veiligheidsvoorschriften

    2 - VEILIGHEIDSINFORMATIE Veiligheidsvoorschriften Algemene veiligheidsvoorschriften Wees voorzichtig als u met de machine op hellingen rijdt. Zorg ervoor dat alle kappen en afschermingen in goede Geheven werktuigen, volle tanks en andere belasting lei- staat verkeren en juist zijn aangebracht voordat u de ma- den tot een verschuiving van het zwaartepunt van de ma- chine gebruikt.
  • Pagina 23: Voorkomen Van Brand En Explosies

    2 - VEILIGHEIDSINFORMATIE Monteer de kappen en afschermingen na het verrichten Zet de motor uit en verwijder de contactsleutel voordat u van servicewerkzaamheden aan de machine. elektrische aansluitingen loskoppelt of tot stand brengt. Sluit alle toegangsluiken en breng alle panelen aan na het Als u een koelvloeistofdop op onjuiste wijze verwijdert, verrichten van servicewerkzaamheden aan de machine.
  • Pagina 24: Algemene Veiligheid Met Betrekking Tot Accu's

    2 - VEILIGHEIDSINFORMATIE Algemene veiligheid met betrekking tot accu’s Draag altijd oogbescherming wanneer u aan een accu Volg de instructies van de fabrikant voor de opslag en werkt. hantering van accu's. Vermijd vonken of open vuur in de nabijheid van de accu. De accupolen, accuklemmen en aanverwante accessoi- res bevatten lood en loodlegeringen.
  • Pagina 25 2 - VEILIGHEIDSINFORMATIE AAN DE VEILIGHEIDSCONSTRUCTIE MAG NIET VAN BRAND, KANTELEN, OMSLAAN, EEN BOTSING WORDEN GELAST, ER MOGEN GEEN GATEN IN OF EEN ANDER ONGEVAL. WORDEN GEBOORD EN HIJ MAG NIET WORDEN De veiligheidsgordels maken deel uit van uw veiligheids- RECHTGEBOGEN OF GEREPAREERD.
  • Pagina 26: Veiligheid Bij Onweer

    2 - VEILIGHEIDSINFORMATIE nutsbedrijf voor informatie over veilige afstanden tot • Kijk of u de cabine of de plek waar u zich bevindt vei- hoogspanningskabels. lig kunt verlaten zonder contact te maken met elektrici- teitskabels. Is dit niet het geval, blijf dan op uw plek en Trek geheven of uitgeschoven onderdelen in, indien roep hulp in.
  • Pagina 27: Alvorens De Machine In Gebruik Te Nemen

    • Zorg dat de ruitenwisser naar behoren werkt. contragewicht, zwenklager en de cabine. Raadpleeg • Zorg dat u vertrouwd bent met handgebaren die op in geval van problemen uw NEW HOLLAND CON- werkterreinen in dagelijks gebruik zijn zodat u hulp kunt STRUCTION-dealer.
  • Pagina 28 • Indien u de snelkoppeling moet gebruiken met bakken in staat is om het gewicht van de machine te dragen. die niet door NEW HOLLAND CONSTRUCTION zijn gemaakt, controleer dan of de diameter van de pen- • Stuur altijd om grote voorwerpen zoals rotsblokken, nen en de opening tussen de bakoren voldoet aan de dikke bomen enzovoort heen.
  • Pagina 29: Het Voorkomen Van Risico's Veroorzaakt Door Trillingen

    2 - VEILIGHEIDSINFORMATIE elementen van de machine niet succesvol wordt afge- sloten. Het voorkomen van risico's veroorzaakt door trillingen De trillingen van de machine beïnvloeden het gemak en danig aan dat deze geschikt is voor de lengte en het in sommige gevallen de gezondheid en de veiligheid van gewicht van de bestuurder.
  • Pagina 30: Gebruik Van Een Ander Werktuig Dan Een Bak

    • Niet-geautoriseerde wijzigingen aan deze machine kunnen ernstig letsel veroorzaken. Voer geen wijzi- • Maak de machine regelmatig schoon. Ophopingen van gingen uit zonder eerst uw NEW HOLLAND CON- vet, vuil en afval kunnen ernstig letsel of schade aan de STRUCTION-dealer te raadplegen. Alle modificaties machine tot gevolg hebben.
  • Pagina 31 2 - VEILIGHEIDSINFORMATIE Veiligheidszone De veiligheidszone is de benodigde ruimte voor de ma- chine bij het maximale bereik van de uitrusting bij een vol- ledige rondgang 360° plus 2 m (6.56 ft). (1) Werkgebied. (2) Veiligheidszone. SMIL13CEX2517AB 2-11...
  • Pagina 32: Ecologie En Milieu

    STRUCTION beveelt sterk aan alle gebruikte accu's en • Vermijd in het algemeen huidcontact met alle brand- batterijen terug te brengen naar een NEW HOLLAND stoffen, oliën, zuren, oplosmiddelen, enz. De meeste CONSTRUCTION-dealer, die de gebruikte accu's of bat- van zulke producten bevatten substanties die schade- terijen afvoert of op de juiste wijze recyclet.
  • Pagina 33: Handsignalen

    2 - VEILIGHEIDSINFORMATIE Handsignalen werk altijd samen met een seingever aan de machine wanneer u taken uitvoert waabij de besturing nauw luistert en/of als u werkt in gebieden met een slechte of verminderde zichtbaarheid. Zorg ervoor altijd voor dat u en de seingever de te gebruiken signalen begrijpen.
  • Pagina 34 2 - VEILIGHEIDSINFORMATIE Stop Breng last of werktuig omlaag Met één hand naar achteren en naar voren zwaaien. PDE0006TBP1 PDE0005ATBP1 Laat de last of de uitrusting langzaam Noodstop omhoog komen Beweeg beide handen van voor naar achter. PDE0007ATBP1 PDE0005TBP1 Laat de last of de uitrusting langzaam Hef last of werktuig zakken PDE0006ATBP1...
  • Pagina 35 2 - VEILIGHEIDSINFORMATIE Draai machine naar links (zwaai last naar Laat de uitrusting zakken links) Om de beweging te laten ophouden: stop de handbeweging en maak een vuist. PDE0009TBP1 Giek heffen PDE0008ATBP1 Draai machine naar rechts (zwaai last naar rechts) Om de beweging te laten ophouden: stop de handbeweging en maak een vuist.
  • Pagina 36: Ingetrokken Lepel

    2 - VEILIGHEIDSINFORMATIE Ingetrokken lepel Vul werktuig PDE0011ATBP1 PDE0012ATBP1 Uitgeschoven lepel Leeg werktuig PDE0011TBP1 PDE0012TBP1 2-16...
  • Pagina 37: Geluidsemissie

    2 - VEILIGHEIDSINFORMATIE Geluidsemissie Geluidsvermogensniveau LWA= 94 dB (A) Niveau van geluidsvermogen gegarandeerd bepaald in overeenstemming met de Europese Richtlijn 2000/14/EC. Geluidsdrukniveau op de bestuurdersruimte LpA= 75 dB (A) Niveau van de geluidsdruk, gemeten in de cabine met ca- bineportier en vensters gesloten en de ventilator van de verwarming/airconditioning op de max.
  • Pagina 38: Trillingsniveaus

    2 - VEILIGHEIDSINFORMATIE Trillingsniveaus Het trillingsniveau dat wordt overgedragen aan de be- Deze machine is uitgerust met een bestuurdersstoel stuurder is voornamelijk afhankelijk van de toestand van die voldoet aan de vereisten van de standaard ISO het terrein waarop de werkzaamheden plaatsvinden, de 7096:2008.
  • Pagina 39: Veiligheidsborden

    Vervang alle beschadigde, ontbrekende, overgelakte en onleesbare veiligheidsstickers. Indien er zich een veilig- heidssticker bevindt op een onderdeel dat u of uw NEW HOLLAND CONSTRUCTION dealer vervangt, moet u ervoor zorgen dat u of uw NEW HOLLAND CONSTRUCTION dealer de veiligheidssticker op het nieuwe onderdeel aan- brengt.
  • Pagina 40: Positie Van Stickers

    2 - VEILIGHEIDSINFORMATIE Positie van stickers Als u een veiligheidssticker of andere stickers op de machine vervangt, controleer dan dat de positie is als hieronder aangegeven. SMIL16MEX1481GB Uitvoering met cabine A. Cabineportier E. Hydraulisch reservoir en brandstoftank B. Cabineraam - rechts F.
  • Pagina 41 2 - VEILIGHEIDSINFORMATIE SMIL16MEX1482GB Uitvoering met overkapping A. Consolebox - links E. Steun van kap (motorruimte) B. Contragewicht F. Accumulator positie van de magneetklep C. Consolebox - rechts D. Hydraulisch reservoir en brandstoftank 2-21...
  • Pagina 42 2 - VEILIGHEIDSINFORMATIE (1) Reflecterende sticker Plaats: de twee reflecterende stickers bevinden zich op het contragewicht aan de achterkant van de machine. Aantal: 2 Onderdeelnummer: 48019078 De reflecterende sticker verbetert de zichtbaarheid 's nachts. SMIL16MEX0359AA (2) Blijf buiten het werkbereik van de bovenbouw GEVAAR Voorkom letsel! Blijf uit de buurt van het zwenkbereik.
  • Pagina 43 2 - VEILIGHEIDSINFORMATIE (3B) Steun toegangsluik motor waarschuwing - Hoge- drukleidingen en radiateur WAARSCHUWING Gevaar van verbranding! Voordat u servicewerkzaamheden uitvoert aan het hydraulisch systeem, moet u dit laten af- koelen. De temperatuur van de hydraulische vloeistof mag niet hoger zijn dan 40 °C (104 °F).
  • Pagina 44 2 - VEILIGHEIDSINFORMATIE (3C) Steun toegangsluik motor waarschuwing - Warme oppervlakken WAARSCHUWING Gevaar van verbranding! De buitenkant van het uitlaatsysteem is heet! Draag altijd warmtewerende handschoenen als u de geluiddemper, de katalysator of de uitlaateenheid reinigt of er werkzaamheden aan uitvoert. Als u zich hier niet aan houdt, kan dit leiden tot ernstig of dodelijk letsel.
  • Pagina 45 2 - VEILIGHEIDSINFORMATIE (6) Hydraulische olie WAARSCHUWING Gevaar van verbranding! Voordat u servicewerkzaamheden uitvoert aan het hydraulisch systeem, moet u dit laten af- koelen. De temperatuur van de hydraulische vloeistof mag niet hoger zijn dan 40 °C (104 °F). Als u zich hier niet aan houdt, kan dit leiden tot ernstig of dodelijk letsel.
  • Pagina 46 2 - VEILIGHEIDSINFORMATIE (7) Accu's WAARSCHUWING Accuzuur veroorzaakt brandwonden. Accu's bevatten zwavelzuur. Vermijd contact met huid, ogen en kleding. Maatregel (uitwendig contact): spoel uit of af met water. Maatregel (contact met ogen): spoel de ogen minstens 15 minuten lang met water en raadpleeg onmiddellijk een arts.
  • Pagina 47 2 - VEILIGHEIDSINFORMATIE (8) Blijf buiten het werkbereik van het werktuig WAARSCHUWING Gevaar van vallende objecten! Verlies van de hydraulische druk of beweging van een bedieningshendel kan ertoe leiden dat geheven materieel valt. Voer nooit werkzaam- heden uit onder een werktuig of voorzetstuk dat uitsluitend wordt ondersteund door het hydraulisch systeem.
  • Pagina 48 2 - VEILIGHEIDSINFORMATIE (11) De machine parkeren Plaats: deze sticker bevindt zich op de consolebox links. Aantal: 1 Onderdeelnummer: 48019083 Doe, om ongeoorloofde en onbedoelde beweging van de machine te voorkomen, altijd het volgende voordat u het compartiment van de bestuurder verlaat: 1.
  • Pagina 49 2 - VEILIGHEIDSINFORMATIE (14) Nooduitgang WAARSCHUWING Voorkom letsel! Een veiligheidssticker geeft aan welke ruit ge- bruikt kan worden als nooduitgang. Verwijder deze ruit alleen in noodgevallen. Plaats voor deze ruit geen voorwerpen die een obstakel kunnen vormen bij het verlaten. Als u zich hier niet aan houdt, kan dit leiden tot ernstig of dodelijk letsel.
  • Pagina 50 2 - VEILIGHEIDSINFORMATIE (17) Elektrisch lassen Plaats: deze sticker bevindt zich op het accudeksel. Aantal: 1 Onderdeelnummer: 48019415 Deze sticker waarschuwt voordat men begint met elektrisch lassen op de machine, om de onderstaande procedure te volgen: • Trek de connectoren van alle elektrische controle-een- heden er uit.
  • Pagina 51 2 - VEILIGHEIDSINFORMATIE (20) Geluidsniveau Plaats: deze sticker bevindt zich op de cabine/overkap- ping. Aantal: 1 Onderdeelnummer: 48021995 De sticker geeft aan dat het geluidsniveau in decibels bui- ten de machine volgens de fabrikant gegarandeerd over- eenkomt met de Europese richtlijn 2000/14/EC. SMIL16MEX0358AA (21) Hanteren van lasten (optioneel) Plaats in cabine: deze sticker bevindt zich aan de linker-...
  • Pagina 52 2 - VEILIGHEIDSINFORMATIE (22) Gevaar hoogspanningskabel - Aanraking met werk- tuigen WAARSCHUWING In-/uitklapzone! Bij het inklappen van de gieken kunnen deze de cabine raken. Wees extra voorzichtig bij het handmatig in- en uitklappen van de gieken. Als u zich hier niet aan houdt, kan dit leiden tot ernstig of dodelijk letsel.
  • Pagina 53 Deze sticker waarschuwt dat de accumulator is gevuld met gas onder hoge druk, en dat het daarom verboden is om in de buurt ervan open vuur te gebruiken of te lassen. Raadpleeg de NEW HOLLAND CONSTRUCTION-dealer voor de service. (24) Positie van de accu Plaats: deze sticker bevindt zich op de rechterdeur.
  • Pagina 54 2 - VEILIGHEIDSINFORMATIE (25) Functies van bedieningshendels Plaats: deze sticker bevindt zich op de rechter zijruit van de cabine. Plaats op overkapping: deze sticker bevindt zich op het portier aan de rechterzijde van de overkapping. Aantal: 1 Deze sticker beschrijft de functies van bedieningshen- dels.
  • Pagina 55 2 - VEILIGHEIDSINFORMATIE (28) Frame algemene waarschuwingen Plaats in cabine: deze sticker bevindt zich aan de linker- zijde van de cabine. Plaats op overkapping: deze sticker bevindt zich op het portier aan de rechterzijde van de overkapping. Aantal: 1 Onderdeelnummer: 48019279 Deze sticker waarschuwt dat de aanbevolen hydraulische olie tot het aangegeven peil moet worden bijgevuld.
  • Pagina 56 2 - VEILIGHEIDSINFORMATIE (31) Brandstof met ultralaag zwavelgehalte Plaats: deze sticker bevindt zich aan de rechterzijde van de brandstofvulhals. Aantal: 1 Onderdeelnummer: 48019426 Deze sticker geeft aan dat er alleen brandstof met laag zwavelgehalte gebruikt mag worden (zwavelgehalte < 15 ppm). SMIL16MEX0486AA (32) Hefpunt Plaats: deze stickers bevinden zich op de grondschuif.
  • Pagina 57 2 - VEILIGHEIDSINFORMATIE (34) Koelmiddel airconditioning WAARSCHUWING Explosiegevaar! Het kookpunt van aircokoelmiddel is -26 °C (-15 °F)! -Stel NOOIT enig deel van het airco- systeem bloot aan open vuur of grote hitte. -U mag NOOIT enig onderdeel van het aircosys- teem loskoppelen of demonteren.
  • Pagina 58 2 - VEILIGHEIDSINFORMATIE 2-38...
  • Pagina 59: Bedieningselementen En Instrumenten

    3 - BEDIENINGSELEMENTEN EN INSTRUMENTEN 3 - BEDIENINGSELEMENTEN EN INSTRUMENTEN###_3_### Toegang tot het bestuurdersplatform Portier en opstaptreden Cabineportier VOORZICHTIG Beknellingsgevaar! Let bij het sluiten van het portier op dat uw hand, kleding enz. niet ertussen zit. Als u zich hier niet aan houdt, kan dit licht tot middelzwaar letsel tot gevolg hebben.
  • Pagina 60 3 - BEDIENINGSELEMENTEN EN INSTRUMENTEN Het portier kan in de volledig geopende stand vergrendeld worden. Kantel de hendel (3) naar beneden om het portier te vergrendelen of te ontgrendelen. LET OP: laat de deur niet op een kier staan. Zet het vast met de grendel.
  • Pagina 61: Opstaptreden En Handgrepen

    3 - BEDIENINGSELEMENTEN EN INSTRUMENTEN Opstaptreden en handgrepen Uitvoering met cabine WAARSCHUWING Gevaar van vallen! Reinig de opstaptreden en handgrepen om alle sporen van vet, olie, modder en ijs (win- ter) te verwijderen. Als u zich hier niet aan houdt, kan dit leiden tot ernstig of dodelijk letsel.
  • Pagina 62: Bestuurdersstoel

    3 - BEDIENINGSELEMENTEN EN INSTRUMENTEN Bestuurdersstoel Bestuurdersstoel Stel de stoel in op het gewicht en de maten van de bestuurder om de machine op een correcte en zo doelmatig en comfortabel mogelijk wijze te bedienen. Vooruit-/achteruit-instelling • Houd de hendel (A) omhoog. •...
  • Pagina 63 3 - BEDIENINGSELEMENTEN EN INSTRUMENTEN Veiligheidsgordel WAARSCHUWING Defectraken van materieel kan leiden tot onge- vallen of letsel! Doe altijd de veiligheidsgordel om voordat u de machine bedient. Controleer de onder- delen van de veiligheidsgordel op slijtage en beschadiging. Vervang alle versleten of beschadigde onderdelen van de veiligheids- gordel vóór gebruik.
  • Pagina 64: Bedieningselementen Vooruit

    3 - BEDIENINGSELEMENTEN EN INSTRUMENTEN Bedieningselementen vooruit Bedieningselementen vooruit Afstandsbedieningshendels Linker bedieningshendel: 1. De lepel-arm schuift uit. 2. De lepel-arm schuift in. 3. De bovenbouw zwenkt de linkerkant. 4. De bovenbouw zwenkt naar de rechterkant. OPMERKING: de bewegingssnelheid van de arm of het zwenksysteem hangt af van de hoek waarin de bedie- ningshendel gezet wordt.
  • Pagina 65 3 - BEDIENINGSELEMENTEN EN INSTRUMENTEN Rechter bedieningshendel: 5. De giek gaat omlaag. 6. De giek gaat omhoog. 7. De bak wordt ingetrokken (vullen). 8. De bak schuift uit (lossen). OPMERKING: de snelheid waarmee de giek en bak be- wegen, hangt af van de hoek waaronder de bedienings- hendel gezet wordt.
  • Pagina 66: Bedieningshendels En Pedalen Om Te Rijden

    3 - BEDIENINGSELEMENTEN EN INSTRUMENTEN Bedieningshendels en pedalen om te rijden Deze hendels en pedalen worden gebruikt om met de ma- chine te rijden. (N): neutraal (a) + (b): machine beweegt vooruit. (c) + (d): machine beweegt achteruit. (b) + (c): tegengestelde gelijktijdige rotatie van de rupsen met als gevolg daarvan draaiing tegen de klok in van de machine, rond zijn centrale as.
  • Pagina 67: Pedaal Voor Zwenkbeweging Giek

    3 - BEDIENINGSELEMENTEN EN INSTRUMENTEN Pedaal voor zwenkbeweging giek Het pedaal wordt gebruikt om de giek naar links en naar rechts te zwenken. Verwijder de afdekking (A) om de stand met de voet te ontgrendelen. Druk het pedaal naar rechts (1) om de giek naar rechts te laten zwenken.
  • Pagina 68 3 - BEDIENINGSELEMENTEN EN INSTRUMENTEN Voetsteun SMIL16MEX1264BA 3-10...
  • Pagina 69: Voorruit

    3 - BEDIENINGSELEMENTEN EN INSTRUMENTEN Voorruit VOORZICHTIG Beknellingsgevaar! Zorg ervoor dat u de instructies in deze handleiding juist opvolgt bij het hanteren van de voorruit. Indien u de voorruit niet juist hanteert, kan hij wegglijden en uw vingers of handen verwonden. Als u zich hier niet aan houdt, kan dit licht tot middelzwaar letsel tot gevolg hebben.
  • Pagina 70: Bedieningselementen Aan De Linkerzijde

    3 - BEDIENINGSELEMENTEN EN INSTRUMENTEN Bedieningselementen aan de linkerzijde Bedieningselementen aan de linkerzijde SMIL16MEX1489EB (1) Veiligheidsblokkeerhendel (raadpleeg pagina 3-14) De eerste stap activeert de koplamp en de verlichting van het instrumentenpaneel. (2) Linker bedieningshendel (raadpleeg pagina 3-6) De tweede stap activeert de werklamp en het indicatie- lampje in de schakelaar.
  • Pagina 71 3 - BEDIENINGSELEMENTEN EN INSTRUMENTEN Schakelaar voor activering systeem hydrau- lische snelkoppeling (optie). De schakelaar voor activering van het hydraulische snel- koppelingsysteem (6) wordt gebruikt om het hydraulische snelkoppelingsysteem te koppelen of af te koppelen. Deze schakelaar is voorzien van een schuifmechanisme (A) om onbedoelde bediening van de schakelaar te voor- komen.
  • Pagina 72: Veiligheidsblokkeerhendel

    3 - BEDIENINGSELEMENTEN EN INSTRUMENTEN Veiligheidsblokkeerhendel WAARSCHUWING Onverwachte beweging van de machine! Wanneer u de bestuurdersstoel moet verlaten, plaatst u altijd de veiligheidshendel in de VER- GRENDELDE stand. Als de veiligheidshendel ontgrendeld is en de bedieningshendel onver- wacht wordt verzet, kunnen er ernstige onge- lukken gebeuren.
  • Pagina 73: Noodhamer

    Breek de voorruit van de cabine uitsluitend in geval van nood met de geïnstalleerde hamer (1) en verlaat de ca- bine voorzichtig. Raadpleeg uw NEW HOLLAND CONSTRUCTION-dealer voor de installatie van de voorruit. LET OP: breek de voorruit niet behalve als dat absoluut noodzakelijk is, zoals om te vluchten in een noodsituatie.
  • Pagina 74: Ruitensproeierreservoir

    3 - BEDIENINGSELEMENTEN EN INSTRUMENTEN Ruitensproeierreservoir Dit reservoir, dat zich aan de linkerzijde van de cabine bevindt, is uitgerust met een elektrische pomp die met de ruitenwisser- en ruitensproeierschakelaar wordt bediend. LET OP: gebruik de ruitensproeier nooit wanneer het re- servoir leeg is.
  • Pagina 75: Bedieningselementen Rechts

    3 - BEDIENINGSELEMENTEN EN INSTRUMENTEN Bedieningselementen rechts Bedieningselementen rechts SMIL16MEX1478FB (A) Uitvoering met cabine (10) Sigarettenaansteker en 12 V stopcontact: is inge- schakeld wanneer het contact is geplaatst op ON of terwijl (B) Uitvoering met overkapping de motor loopt. Schakel de sigarettenaansteker in door erop te drukken (1) Bedieningshendel rechts (raadpleeg pagina 3-6) en tot deze in de verwarmingsstand is geplaatst.
  • Pagina 76: Schakelaar Voor Waarschuwing Overbelasting (Optie)

    3 - BEDIENINGSELEMENTEN EN INSTRUMENTEN Schakelaar voor waarschuwing overbelas- ting (optie) Met een druk op de overbelastingsschakelaar (6) wordt de overbelasting waarschuwingsfunctie geactiveerd. De zoemer en het rode waarschuwingslampje op het instru- mentenpaneel worden ingeschakeld als de machine over- belast is. De zoemer en het rode waarschuwingslampje op het in- strumentenpaneel worden uitgeschakeld als de overbe- lastingsschakelaar wordt ingedrukt.
  • Pagina 77 (2) ON (AAN): contact, alle systemen van de machine werken. De zoemer weerklinkt gedurende 1 s. LET OP: Als dit alarm niet afgaat, is er een storing in het circuit. Neem contact op met uw NEW HOLLAND CONSTRUCTION dealer voor inspectie en onderhoud. (3) START (STARTEN): ontsteking motor.
  • Pagina 78: Bedieningshendel Voor Dozerblad

    3 - BEDIENINGSELEMENTEN EN INSTRUMENTEN Bedieningshendel voor dozerblad WAARSCHUWING Gevaar voor omstanders! Zorg er ALTIJD voor dat er geen andere personen en/of dieren op het werkterrein aanwezig zijn voordat u deze procedure start. Wees u bewust van het volledige gebied dat de machine kan bestrijken indien hij beweegt.
  • Pagina 79: Instrumentenpaneel

    3 - BEDIENINGSELEMENTEN EN INSTRUMENTEN Instrumentenpaneel Het instrumentenpaneel bevat meters en lichtjes, zoals Indicatielichtjes: geven de werkingsstatus van de ma- hieronder is aangegeven, die de bestuurder waarschu- chine aan. wen in het geval dat de machine een storing vertoont of OPMERKING: het instrumentenpaneel van deze ma- dat situaties zich voordoen die nadelig zijn voor de juiste chine is niet in staat om de volledige conditie van de...
  • Pagina 80 3 - BEDIENINGSELEMENTEN EN INSTRUMENTEN 1. Temperatuurmeter motorkoelvloeistof De temperatuurmeter voor de motorkoelvloeistof geeft de temperatuur aan van de motorkoelvloeistof. Het rode bereik (A) licht op bij een temperatuur hoger dan 115 °C (239 °F) Het waarschuwingslichtje (B) gaat branden en een zoemer gaat af bij een temperatuur hoger dan 115 °C (239 °F).
  • Pagina 81: Waarschuwingslichtjes Luchtfilter

    3 - BEDIENINGSELEMENTEN EN INSTRUMENTEN 4. Waarschuwingslichtjes luchtfilter Het rode waarschuwingslichtje luchtfilter (4) brandt wan- neer het luchtfilter verstopt is. SMIL16MEX1501AA Indicatielichtje ontgrendeling hydrauli- sche snelkoppeling Het rode indicatielichtje voor de ontgrendeling van de hy- draulische snelkoppeling (5) brandt en de zoemer gaat af als schakelaar van het hydraulische snelkoppelingsys- teem wordt ingeschakeld.
  • Pagina 82: Indicatielichtje Motorvoorverwarming

    3 - BEDIENINGSELEMENTEN EN INSTRUMENTEN 8. Indicatielichtje motorvoorverwarming Het oranje indicatielichtje motorvoorverwarming (8) brandt als het contact is geplaatst in de stand HEAT (VERWARMEN). SMIL16MEX1501AA 9. Waarschuwingslichtje overbelasting Het rode waarschuwingslichtje overbelasting (9) brandt als de machine overbelast is. Het waarschuwingsalarm voor overbelasting moet voorkomen dat te zware lasten worden geheven.
  • Pagina 83: Enter En Stopknop Zoemer

    3 - BEDIENINGSELEMENTEN EN INSTRUMENTEN 12. Menuknop Toon het volgende scherm op het hoofddisplay door op de knop (12) te drukken. SMIL16MEX1501AA 13. Enter en stopknop zoemer Druk op de knop (13) om het menu te selecteren. Druk op de knop (13) om de zoemer uit te schakelen wan- neer deze afgaat.
  • Pagina 84: Regeling Airconditioning

    3 - BEDIENINGSELEMENTEN EN INSTRUMENTEN Regeling airconditioning SMIL16MEX2336FB (1)Ventilatorschakelaar (3) Uitlaatcontrolerooster (alleen airco) (2) Schakelaar temperatuurregeling 3-26...
  • Pagina 85 3 - BEDIENINGSELEMENTEN EN INSTRUMENTEN Ventilatorschakelaar De ventilatorschakelaar (1) controleert de ventilatorsnelheid met vier stappen: • UIT • Laag • Middelhoog • Hoog SMIL16MEX2337AA Schakelaar temperatuurregeling De schakelaar van de temperatuurregeling (2) controleert de temperatuur van de lucht die uit het uitlaatcontroleroos- ter wordt geblazen.
  • Pagina 86: Ventilatie En Verwarming

    3 - BEDIENINGSELEMENTEN EN INSTRUMENTEN Ventilatie en verwarming SMIL16MEX1479FB De verwarmingsschakelaar (1) activeert twee verschil- lende ventilatiesnelheden. De eerste stap activeert de lage ventilatiesnelheid. De tweede stap activeert de hoge ventilatiesnelheid. De uitlaatregellamellen (2), regelen, indien open, de rich- ting van de lucht. Bovendien kunnen ze gesloten wo rden omverontreiniging van het luchtkanaal door insecten of stof te voorkomen.
  • Pagina 87: Bedieningselementen Achteruit

    3 - BEDIENINGSELEMENTEN EN INSTRUMENTEN Bedieningselementen achteruit Opbergvak Dit vak bevindt zich onder de bestuurdersstoel en wordt gebruikt voor het opbergen van allerlei voorwerpen. Vergrendel en ontgrendel het opbergvak met de contact- sleutel. SMIL16MEX1468BA 3-29...
  • Pagina 88: Bedieningselementen Op Dakconsole

    3 - BEDIENINGSELEMENTEN EN INSTRUMENTEN Bedieningselementen op dakconsole Interieurverlichting cabine De interieurverlichting (A) kan zich aan en uit schakelen als u de deur opent en sluit. Met de keuzeschakelaar voor de interieurverlichting kan één van de volgende werkingsmodi worden geselecteerd: •...
  • Pagina 89: Radio

    3 - BEDIENINGSELEMENTEN EN INSTRUMENTEN Radio SMIL16MEX0393FB (1) Aan/uit- en volumeknop (9) USB-functie (2) Audio keuzeknop en (SEL)- knop (10) Extra (AUX) functie (3) MODE knop (11) Liquid Crystal Display (LCD) scherm (4) Audio MUTE knop (12)Equalizer- (EQ) knop (5) AM/FM- keuzeknop (13) Geluidssterkte- (LOUD) knop (6) Knop afstemmen OMHOOG/OMLAAG (14) Microfoon (MIC)
  • Pagina 90: Algemeen (1) Aan/Uit- En Volumeknop

    3 - BEDIENINGSELEMENTEN EN INSTRUMENTEN Algemeen (1) Aan/uit- en volumeknop AAN/UIT-knop Druk even op de aan/uit-knop (A) om de eenheid in of uit te schakelen. De vorige modus (laatste geheugen) zal worden weergegeven wanneer de eenheid is inge- schakeld. Bediening volume hoger/lager Draai aan de rechter knop volume hoger/lager (A) om het geluidsniveau te verhogen.
  • Pagina 91 3 - BEDIENINGSELEMENTEN EN INSTRUMENTEN Bediening HOGE TONEN Regel het niveau van de HOGE TONEN door eerst met een druk op de SEL-knop (A) de lage tonen te kiezen tot TREBLE (HOGE TONEN) op het LCD-scherm (C) wordt weergegeven. Draai binnen 5 s na de keuze van de HOGE TONEN aan de linker/rechter keuzeknop (B) om het niveau van de HOGE TONEN naar wens in te stellen.
  • Pagina 92 3 - BEDIENINGSELEMENTEN EN INSTRUMENTEN (10) AUX-functie Om muziek te beluisteren van een extern audioapparaat, opent u het klepje (A) van de AUX-functie en gebruikt u de AUX-kabel om het externe audioapparaat aan te sluiten. Druk dan op (B) om de AUX-modus in te schakelen. Als er een audiobestand van een extern audioapparaat wordt afgespeeld, zal de muziek via de cabineluidspre- kers te horen zijn.
  • Pagina 93 3 - BEDIENINGSELEMENTEN EN INSTRUMENTEN Radio (5) AM/FM- keuzeknop Druk op de keuzeknop (A) om de radiofrequentieband te wijzigen. Elke keer dat u op de keuzeknop (A) druk toont het LCD-scherm (B) de radiofrequentiebanden als volgt: • FM1 • FM2 •...
  • Pagina 94: Knop Scannen Ingestelde Zenders (Ps) /Knop Geheugen Beste Station (Bsm)

    3 - BEDIENINGSELEMENTEN EN INSTRUMENTEN (7) Knop opgeslagen zender 1. Knop opgeslagen zender 1, DISP ID3 v2 display 2. Knop opgeslagen zender 2, SCN bestanden scan 3. Knop opgeslagen zender 3, RPT keuzetoets afspelen herhalen 4. Knop opgeslagen zender 4, RDM keuzetoets afspelen in willekeurige volgorde 5.
  • Pagina 95: Bestandskeuze En Cue/Review-Knop

    3 - BEDIENINGSELEMENTEN EN INSTRUMENTEN USB-speler (9) USB-functie Open het kapje (A) van de USB-poort, sluit een USB-ap- paraat aan en druk op (B) de MODE knop als u naar MP3-bestanden op een USB-apparaat wilt luisteren. De MP3-bestanden op het USB-apparaat worden auto- matisch op de radio afgespeeld en op het LCD-scherm wordt “READING USB”...
  • Pagina 96 3 - BEDIENINGSELEMENTEN EN INSTRUMENTEN Zoeken MP3-directory/bestand Met de knoppen D- (A) en D+ (B) kunnen een bepaalde directory en een bepaald bestand worden gekozen. Houd de knop tijdens het afspelen van een MP3-be- stand meer dan 3 s lang ingedrukt. Zoek de directory door de keuzeknop links-/rechtsom te draaien.
  • Pagina 97 3 - BEDIENINGSELEMENTEN EN INSTRUMENTEN Bestanden scannen (SCN) Druk tijdens het afspelen van een USB-apparaat op de SCN-knop (A) om de eerste 10 s van elk bestand op het USB-apparaat af te spelen (Het SCN-symbool wordt op het LCD-scherm weergegeven). Wanneer het gewenste bestand is bereikt, drukt u op- nieuw op de SCN-knop (A) om de functie te onderbre- ken.
  • Pagina 98 3 - BEDIENINGSELEMENTEN EN INSTRUMENTEN Vorige directory Druk tijdens het afspelen van een MP3 kort op de knop D- (A). Elke keer dat u op deze knop druk wordt de vorige directory gevonden. SMIL16MEX3084AA Volgende directory Druk tijdens het afspelen van een MP3 kort op de knop D+ (A).
  • Pagina 99: Externe Bedieningselementen

    3 - BEDIENINGSELEMENTEN EN INSTRUMENTEN Externe bedieningselementen Zijluiken WAARSCHUWING Bewegende delen! Zorg ervoor dat alle toegangsluiken voor personen of mechanische componenten goed gesloten zijn voordat u met de machine gaat werken. Als u zich hier niet aan houdt, kan dit leiden tot ernstig of dodelijk letsel. W0238A Zijkap Het toegangsluik van de motor (A) biedt toegang tot de...
  • Pagina 100 3 - BEDIENINGSELEMENTEN EN INSTRUMENTEN Openen 1. Gebruik de contactsleutel om het toegangsluik van de motor te ontgrendelen. 2. Beweeg de kap voorzichtig met de haak omhoog en zet de kap met de stang (1) vast. LET OP: controleer tijdens het omhoog doen van de kap dat deze de cabine niet raakt.
  • Pagina 101: Achteruitkijkspiegels

    3 - BEDIENINGSELEMENTEN EN INSTRUMENTEN Achteruitkijkspiegels WAARSCHUWING Voorkom letsel en/of schade aan de machine! Houd de spiegels schoon en juist afgesteld. Als u zich hier niet aan houdt, kan dit leiden tot ernstig of dodelijk letsel. W1078A Linkerspiegel Plaats de spiegel (A) op de arm (B) zoals getoond in de afbeelding hiernaast.
  • Pagina 102 3 - BEDIENINGSELEMENTEN EN INSTRUMENTEN Rechterzijspiegel Plaats de spiegel (D) op de arm (E) zoals getoond in de afbeelding hiernaast. Stel de positie van de spiegel horizontaal zo af dat de zichtbaarheid maximaal is De spiegel hellingshoek is af- hankelijk van de hoogte van zowel de zitting als de ope- rator.
  • Pagina 103: Accuscheidingsschakelaar

    3 - BEDIENINGSELEMENTEN EN INSTRUMENTEN Accuscheidingsschakelaar De accuschakelaar (1) bevindt zich aan de rechterkant van de machine. Open de rechterkant van de motorkap om toegang te krijgen tot de accuschakelaar. De accuschakelaar kan gebruikt worden om de voeding van het elektrische systeem van de machine af te koppe- len.
  • Pagina 104: Brandstoftank

    3 - BEDIENINGSELEMENTEN EN INSTRUMENTEN Brandstoftank WAARSCHUWING Brandgevaar! Neem bij het werken met dieselbrandstof de volgende veiligheidsmaatregelen in acht: 1. Rook niet. 2. Vul de tank nooit terwijl de motor draait. 3. Veeg gemorste brandstof onmiddellijk op. Als u zich hier niet aan houdt, kan dit leiden tot ernstig of dodelijk letsel. W0099A Gebruik de startsleutel om de deur (1) aan de bovenkant van de motorkap te ontgrendelen.
  • Pagina 105 3 - BEDIENINGSELEMENTEN EN INSTRUMENTEN U kunt de brandstoftank (4) ook bereiken door de zijkap te openen. Gebruik de contactsleutel om de zijkap te ontgrendelen. Gebruik geschikte brandstof. OPMERKING: maak het gebied rond de tankdop (3) schoon alvorens te tanken en verwijder het filter niet uit de nek van de brandstoftank.
  • Pagina 106 3 - BEDIENINGSELEMENTEN EN INSTRUMENTEN 3-48...
  • Pagina 107: Bedieningsinstructies

    4 - BEDIENINGSINSTRUCTIES BEDIENINGSINSTRUCTIES###_4_### Machine starten Antidiefstalbeveiliging Motorstartlimiet (Engine Starting Limit - ESL) modus instelling De ESL is ontworpen als een diefstalbeveiliging die ongeoorloofde werking van de machine voorkomt. Als de ESL op “Altijd” is ingesteld, moet het wachtwoord worden ingevoerd wanneer het contact op ON wordt geplaatst.
  • Pagina 108: Wachtwoord Wijzigen

    4 - BEDIENINGSINSTRUCTIES Wachtwoord wijzigen Wijzig het wachtwoord door 5 tot 10 cijfers in te voeren en daarna op Enter te drukken. 1. Verwijderen 2. Enter OPMERKING: het standaardwachtwoord is 00000 SMIL16MEX0384AA...
  • Pagina 109: De Motor Starten

    4 - BEDIENINGSINSTRUCTIES De motor starten WAARSCHUWING Voorkom letsel! Maak de veiligheidsgordel goed vast voordat u de motor start. De veiligheidsgordel kan uw veiligheid ten goede komen als hij op de juiste wijze wordt gebruikt en onderhouden. Zorg ervoor dat de veilig- heidsgordel altijd gespannen is en er dus geen speling in het gordelsysteem aanwezig is.
  • Pagina 110 4 - BEDIENINGSINSTRUCTIES 7. Controleer na twee seconden of alle lichtjes op het instrumentenpaneel uit gaan, uitgezonderd het mo- toroliedruk-waarschuwingslichtje (4) en het acculaad- waarschuwingslichtje (5). 8. Voer het wachtwoord in om de motor te kunnen starten als de ESL op Altijd is ingesteld. Wacht 10 minuten voordat u opnieuw probeert het wachtwoord in te voeren als u 5 keer achtereenvol- gens het verkeerde wachtwoord heeft ingevoerd.
  • Pagina 111: De Machine Op Bedrijfstemperatuur Brengen

    4 - BEDIENINGSINSTRUCTIES De machine op bedrijfstemperatuur brengen Laat de hoofdsystemen opwarmen tot op hun normale bedrijfstemperatuur voordat u de startprocedure uitvoert. OPMERKING: de normale bedrijfstemperatuur van de hydraulische vloeistof is 50 – 80 °C (122 – 176 °F). LET OP: laat de machine niet werken als de temperatuur van de hydraulische vloeistof lager is dan 25 °C (77 °F). De opwarmprocedure is noodzakelijk voor het goede en veilige gebruik van de machine.
  • Pagina 112: De Machine Gebruiken Bij Warm Of Koud Weer

    • Zorg ervoor dat het koelvloeistofniveau in het koelvloeistofreservoir en in de radiateur correct is. • Zorg ervoor dat u voor het koelsysteem de juiste mengverhouding van NEW HOLLAND AMBRA ACTIFULL™ OT EXTENDED LIFE COOLANT gebruikt. • Test de radiateurdop voordat het warme weer zijn intrede doet. Vervang de dop indien nodig.
  • Pagina 113: Gebruik Op Rotsige Locaties

    4 - BEDIENINGSINSTRUCTIES Gebruik op rotsige locaties • Controleer of het onderstel schade, losgeraakte of geschilferde delen, slijtage en schade op bouten en moeren vertoont. • Laat de rupsbandspanning iets afnemen (niet meer dan 10 mm (0.4 in)) wanneer op dergelijke locaties wordt ge- werkt.
  • Pagina 114: Bedienen Van De Machine

    4 - BEDIENINGSINSTRUCTIES Bedienen van de machine WAARSCHUWING Gevaar van verkeerd gebruik! Volg de bedieningsinstructies in dit hoofdstuk. Elke andere manier van handelen die niet vooraf is goedgekeurd door de fabrikant is ten strengste verboden. Als u zich hier niet aan houdt, kan dit leiden tot ernstig of dodelijk letsel. W0281A WAARSCHUWING Gevaar voor omstanders!
  • Pagina 115: Normale Werking Van De Machine

    4 - BEDIENINGSINSTRUCTIES Normale werking van de machine Tijdens het inschuiven van de arm wordt het inschuiven tijdelijk onderbroken op het aangegeven punt (X). Zodra het punt (X) is overschreden wordt de snelheid hersteld. De reden daarvoor is dat de beweging door het gewicht van de arm sneller is dan de snelheid van de oliestroom in de cilinder.
  • Pagina 116: De Machine Gebruiken Op Hellingen

    4 - BEDIENINGSINSTRUCTIES De machine gebruiken op hellingen WAARSCHUWING Gevaar tijdens het rijden! Werken op hellingen kan gevaarlijk zijn. Regen, sneeuw, ijs, los grind, een zachte bodem, enz. kunnen de bodemgesteldheid veranderen. U moet beoordelen of het veilig is om met uw machine te werken op een heuvel of helling.
  • Pagina 117 4 - BEDIENINGSINSTRUCTIES Tijdens het werken op een helling wordt de machine on- stabiel, raakt uit balans en wordt deze moeilijk te bedie- nen. Volgende bedieningsvoorschriften moeten daarom strikt nageleefd worden. Als de voorziene bouwplaats op een hellend terrein is gelegen, moet een hard horizontaal werkterrein worden voorzien om de machine op te plaatsen.
  • Pagina 118: Graaf- En Laadwerkzaamheden

    4 - BEDIENINGSINSTRUCTIES Graaf- en laadwerkzaamheden Plaats bij het uitgraven van een greppel de rupsbanden parallel aan de lijn van de greppel. Niet zwenken tijdens het uitgraven. 1. Doe het graafwerk met de arm. Gebruik de trekkracht van de arm voor het graven en ge- bruik deze zo nodig samen met de graafkracht van de bak.
  • Pagina 119: Neerlaten Van Het Werktuig Bij Een Storing

    4 - BEDIENINGSINSTRUCTIES Neerlaten van het werktuig bij een storing WAARSCHUWING Onverwachte beweging van de machine! Volg de volgende procedure alleen indien de machine defectraakt. Wees altijd zeer voorzichtig tijdens werkzaamheden. Houd andere personen uit de buurt van de bak, het werktuig en de giek. De bak of het werktuig kan onverwacht bewegen tijdens werkzaamheden, door het gewicht van de bak, het werktuig, de arm of de giek.
  • Pagina 120: Bak Vervangen

    4 - BEDIENINGSINSTRUCTIES Bak vervangen WAARSCHUWING Vliegend object! Draag altijd oog- of gezichtsbescherming bij het uitvoeren van deze procedure. Als u zich hier niet aan houdt, kan dit leiden tot ernstig of dodelijk letsel. W0313A 1. De bak op de grond laten zakken. OPMERKING: plaats de bak net op de grond.
  • Pagina 121: Waarschuwing Bij Gebruik Van Rubberen Rupsbanden

    4 - BEDIENINGSINSTRUCTIES Waarschuwing bij gebruik van rubberen rupsbanden Correct gebruik Rubberen riem Minder trillingen Rubberrupsen beschikken over uitstekende eigenschap- Normaal bedrijf pen die stalen rupsen niet bezitten. Weinig lawaai bij het rijden Als ze echter op dezelfde wijze worden gebruikt als sta- Wegdek wordt ontzien len rupsen kan er niet ten volle worden geprofiteerd van Gemakkelijk te hanteren...
  • Pagina 122: Voorzorgsmaatregelen Voor Gebruik

    4 - BEDIENINGSINSTRUCTIES Er mag geen olie, brandstof, oplosmiddelen, enz. op de rubberen rups komen. Als dit toch zou voorvallen, veeg dan de rupsen met een doek onmiddellijk af. LELI11E0261AA Rijd niet over hete plaatsen zoals open vuur of door de zon verhitte stalen platen.
  • Pagina 123 4 - BEDIENINGSINSTRUCTIES Wees voorzichtig zodat de bak de rubberen rups niet be- schadigt tijdens de werkzaamheden. Beweeg de machine niet door de bak te duwen tegen een betonnen oppervlak of muren. Laat de machine langzaam zakken, wanneer ze voordien opgetild werd door middel van het hulpstuk.
  • Pagina 124 4 - BEDIENINGSINSTRUCTIES Als bij het rijden op een helling één kant van de machine hoger ligt, dan kan de rubberen rups beschadigd worden. Beide kanten van de machine moeten op dezelfde hoogte rijden. LELI11E0269AB Verander de richting van de machine niet met de rubbe- ren rupsen gepositioneerd op opgehoopte aarde, omdat hierdoor de rubberen rups kan laten loskomen of bescha- digen.
  • Pagina 125: De Machine Uitzetten

    4 - BEDIENINGSINSTRUCTIES De machine uitzetten De motor uitschakelen 1. Laat het werktuig op de grond zakken. 2. Zet de veiligheidshendel naar achter in de GEBLOK- KEERDE stand. 3. Zet de motorsnelheidshendel van de motor op laag stationair en laat de motor ongeveer 5 min lopen. LET OP: laat de motor ongeveer 5 min stationair draaien.
  • Pagina 126: De Machine Verplaatsen

    4 - BEDIENINGSINSTRUCTIES De machine verplaatsen Rijden met de machine WAARSCHUWING De bediening kan zijn omgekeerd! In de normale rijpositie bevindt de cabine zich boven de geleidewielen en bevinden de reductietand- wielen voor de rijaandrijving zich aan de achterkant van de bovenkant van de machine. Indien de bovenkant van de machine 180 graden is gedraaid ten opzichte van het onderstel, wordt de bediening omgekeerd.
  • Pagina 127: Rijden In Een Rechte Lijn (Vooruit Rijden)

    4 - BEDIENINGSINSTRUCTIES Rijden in een rechte lijn (vooruit rijden) Trap de twee pedalen (of druk de twee hendels) gelijktijdig naar voren. SMIL13CEX2679AB Rijden in een rechte lijn (achteruitrijden) Druk de twee pedalen (of trek de twee hendels) tegelijk naar achteren. SMIL13CEX2680AB Naar links sturen (bij vooruit rijden) Druk het rechter pedaal of de rechter hendel naar voren.
  • Pagina 128: Naar Links Sturen (Bij Achteruitrijden)

    4 - BEDIENINGSINSTRUCTIES Naar links sturen (bij achteruitrijden) Druk op het rechterpedaal of trek de rechterhendel naar achteren. SMIL13CEX2683AB Naar rechts sturen (bij achteruitrijden) Druk op het linkerpedaal of trek de linkerhendel naar ach- teren. SMIL13CEX2684AB Rechtsom op de plaats draaien Druk het linker pedaal of de linker hendel naar voren en druk tegelijk het rechter pedaal (of trek de rechter hendel) naar achteren.
  • Pagina 129: Geleidelijk Draaien Tijdens Het Rijden

    4 - BEDIENINGSINSTRUCTIES Geleidelijk draaien tijdens het rijden Druk een van de pedalen of hendels naar voren of naar achteren, druk het andere pedaal of hendel in dezelfde richting, maar een weinig verder. Stoppen met rijden Laat de hendels en pedalen los om te stoppen. Deze zullen naar de neutrale stand terugspringen.
  • Pagina 130: Voorzorgsmaatregelen Bij Het Rijden Op Hellingen

    4 - BEDIENINGSINSTRUCTIES Voorzorgsmaatregelen bij het rijden op hel- lingen Tijdens het rijden op een helling wordt de machine onsta- biel, raakt uit balans en wordt deze moeilijk te bedienen. Volgende bedieningsvoorschriften moeten daarom strikt nageleefd worden. Rijd altijd met de onderwagen naar de helling gericht, nooit in de dwarsrichting.
  • Pagina 131 Zet de beide rupsbanden vast met de wiggen (3) en bepaal een veilige ruimte van minstens 3 m (9.8 ft) rondom de machine. Verwijder obstakels en personen uit SMIL16MEX3074AB deze ruimte. Neem contact op met uw NEW HOLLAND CONSTRUCTION dealer voor hulp. 4-25...
  • Pagina 132: Machine Parkeren

    4 - BEDIENINGSINSTRUCTIES Machine parkeren Parkeren van de machine WAARSCHUWING Gevaar van vallen! Op of van de machine springen kan leiden tot letsel. Ga altijd met uw gezicht naar de machine staan, gebruik altijd de handrelingen en opstaptreden en stap langzaam in of uit. Houd op elk moment op drie punten contact met de machine om te voorkomen dat u valt: houd beide handen op de handrelingen en één voet op een opstaptreden of één hand op een handreling en beide voeten op de opstaptreden.
  • Pagina 133 3 m (9.8 ft) rondom de machine. Verwijder obsta- kels en personen uit deze ruimte. Neem contact op met uw NEW HOLLAND CONSTRUCTION dealer voor hulp. LELI11E0243AA 4-27...
  • Pagina 134 4 - BEDIENINGSINSTRUCTIES 4-28...
  • Pagina 135: Transportwerkzaamheden

    5 - TRANSPORTWERKZAAMHEDEN TRANSPORTWERKZAAMHEDEN###_5_### Wegtransport De machine op een oplegger laden WAARSCHUWING Onjuiste bediening of onjuist onderhoud van deze machine kunnen leiden tot ongevallen. Wijs een supervisor aan voor het coördineren van de werkzaamheden op locatie. Maak afspraken over alle veiligheidsmaatregelen, procedures en geschikte handsignalen. Als u zich hier niet aan houdt, kan dit leiden tot ernstig of dodelijk letsel.
  • Pagina 136 5 - TRANSPORTWERKZAAMHEDEN De machine op een trailer laden die vanaf de achterkant beladen moet worden 1. Lijn de machine uit met de trailer, zodat de rijmotoren naar de achterkant zijn gericht. 2. Rijd langzaam de bodem van de trailer op tot de rust- stand en let vooral goed op dat het werktuig niet in aanraking komt met de bodem van de trailer.
  • Pagina 137: Voorbereiding Op Wegtransport

    5 - TRANSPORTWERKZAAMHEDEN Voorbereiding op wegtransport Bevestigingsmaterialen voor transport Zet de machine in de transportstand: trek de arm volledig in en draai de bak langzaam naar binnen. Breng de grondschuif omlaag. Controleer de totale hoogte tussen de vloer en het hoogste punt van de machine en controleer de totale breedte van de machine.
  • Pagina 138: De Machine Van Een Oplegger Uitladen

    5 - TRANSPORTWERKZAAMHEDEN De machine van een oplegger uitladen Trailer voor transport die vanaf de achter- kant beladen moet worden 1. De trailer op een stevige en vlakke ondergrond parke- ren. Plaats blokken bij de wielen van de trailer om te voorkomen dat de trailer kan bewegen.
  • Pagina 139: Hanteren Van De Machine

    5 - TRANSPORTWERKZAAMHEDEN Verzendtransport Hanteren van de machine WAARSCHUWING Onjuiste bediening of onjuist onderhoud van deze machine kunnen leiden tot ongevallen. Wijs een supervisor aan voor het coördineren van de werkzaamheden op locatie. Maak afspraken over alle veiligheidsmaatregelen, procedures en geschikte handsignalen. Als u zich hier niet aan houdt, kan dit leiden tot ernstig of dodelijk letsel.
  • Pagina 140 5 - TRANSPORTWERKZAAMHEDEN 1. Schuif de giek, de bak en de volledig uitgeschoven lepelsteelcilinders in. 2. Zet de veiligheidsblokkeerhendel in de stand achteruit (VERGRENDELD). Zet de motor uit en verlaat het be- stuurderscompartiment. 3. Gebruik een staalkabel en een steun om een veilige afstand tot de machine te bewaren.
  • Pagina 141: Terugroeptransport

    Als u zich hier niet aan houdt, kan dit leiden tot ernstig of dodelijk letsel. W0259A Probeer reparaties zo veel mogelijk ter plekke uit te voe- ren of raadpleeg uw NEW HOLLAND CONSTRUCTION- dealer. LET OP: de machine moet heel langzaam worden ge- sleept, slechts over een korte afstand en alleen als het niet anders kan.
  • Pagina 142 5 - TRANSPORTWERKZAAMHEDEN...
  • Pagina 143: Onderhoud

    LET OP: hoewel elk bedrijf de nodige onderhoudswerkzaamheden of reparaties aan uw uitrusting uit kan voeren, be- veelt NEW HOLLAND CONSTRUCTION sterk aan alleen erkende NEW HOLLAND CONSTRUCTION-dealers in te schakelen en producten te gebruiken die voldoen aan de opgegeven specificaties. Onjuist uitgevoerde onderhouds- en reparatiewerkzaamheden leidt tot het vervallen van de op uw machine en kan van invloed zijn op service-interval- len.
  • Pagina 144: Dagelijkse Inspecties

    6 - ONDERHOUD LET OP: let er met name op dat u alle filters regelmatig vervangt. Schone filters betekenen een langere levensduur van de motor. OPMERKING: giet olie of vloeistof niet uit op de grond. Deze moeten opgeslagen en verwerkt worden door een bedrijf dat verantwoordelijk is voor de recycling of hun afvoer.
  • Pagina 145 6 - ONDERHOUD • Stel de achteruitkijkspiegels af.
  • Pagina 146 • Controleer de alarmzoemers, de werklampen en de ruitenwissers. • Controleer of alle circuits (rijden, zwenken en werktuig) goed werken. LET OP: indien u ook maar de geringste afwijking vindt, dient u deze onmiddellijk te repareren of uw NEW HOLLAND CONSTRUCTION-dealer te raadplegen.
  • Pagina 147: Algemene Specificatie - Biodiesel

    NIET-GOEDGEKEURD brandstofmengsel (brandstof die • Biodiesel produceert minder deeltjes en zorgt voor la- niet voldoet aan de vereisten die staan gespecificeerd gere rookemissies. in EN14214), valt niet meer onder de NEW HOLLAND • Biodiesel is volledig biologisch afbreekbaar en niet gif- CONSTRUCTION-garantie. tig.
  • Pagina 148 • Verstopping van filters en verstuivers door een slechte LET OP: NEW HOLLAND CONSTRUCTION kan uw ga- brandstofkwaliteit. rantie doen vervallen indien het probleem verband houdt met een lage brandstofkwaliteit door een onjuist mengsel.
  • Pagina 149: Vloeistoffen En Smeermiddelen

    -15 °C (-4 °F) tot 45 °C (113 °F). LET OP: wanneer de machine wordt gebruikt bij omgevingstemperaturen die boven genoemd bereik liggen, dient u uw NEW HOLLAND CONSTRUCTION-dealer te raadplegen omtrent voor de machine specifieke middelen en de smeermiddelen die moeten worden gebruikt.
  • Pagina 150 LET OP: het gebruik van verschillende merken koelvloeistof wordt afgeraden. LET OP: voeg nooit Supplemental Coolant Additives (SCA) toe bij gebruik van NEW HOLLAND AMBRA ACTI- FULL™ OT EXTENDED LIFE COOLANT. LET OP: meng nooit NEW HOLLAND AMBRA ACTIFULL™ OT EXTENDED LIFE COOLANT koelvloeistof met een conventionele koelvloeistof.
  • Pagina 151: Brandstof

    LET OP: meng nooit een dieselbrandstof en oude motorolie. Het brandstofinjectiesysteem en de uitlaat na het be- handelingssysteem zullen zwaar beschadigd raken. LET OP: raadpleeg de leverancier of de NEW HOLLAND CONSTRUCTION-dealer over het juiste gebruik van brand- stofadditieven. LET OP: vul bij koud weer de brandstoftank aan het einde van elke werkdag helemaal bij om condensatie in de tank te voorkomen.
  • Pagina 152: Afvoeren Van Vloeistoffen, Smeermiddelen En Reserve-Onderdelen

    OPMERKING: controleer bijvoorbeeld dat de opvangbak voor afgedraaide olie geen lekken vertoont. Laat nooit vloeistoffen of smeermiddelen op de grond of in het water terechtkomen. Raadpleeg de NEW HOLLAND CONSTRUCTION-dealer of de lokale milieudienst voor meer informatie over de juiste manier om gebruikte vloeistof- fen en smeermiddelen van de machine af te voeren.
  • Pagina 153: Aanbevolen Bedrijfsbereik Motorolietemperatuur

    6 - ONDERHOUD Aanbevolen bedrijfsbereik motorolietemperatuur 15W-40 API CI-4 -40 °C -30 °C -20 °C -10 °C 0 °C 10 °C 20 °C 30 °C 40 °C 50 °C -40 °F -22 °F -4 °F 14 °F 32 °F 50 °F 68 °F 86 °F 104 °F...
  • Pagina 154: Druk In Het Hydraulisch Systeem Aflaten

    6 - ONDERHOUD Druk in het hydraulisch systeem aflaten WAARSCHUWING Systeem onder druk! Het systeem staat nog steeds onder druk. Laat druk af conform de instructies in deze handleiding. Als u zich hier niet aan houdt, kan dit leiden tot ernstig of dodelijk letsel. W1044A 1.
  • Pagina 155 6 - ONDERHOUD 4. Beweeg de rijbedieningshendels ongeveer een tiental keren van voor naar achteren. OPMERKING: door deze procedure kan de druk niet volledig worden afgelaten. Draai de aansluitingen bij werkzaamheden aan het hydraulische systeem daarom langzaam los en blijf buiten de richting waarin de olie naar buiten stroomt.
  • Pagina 156: Ontluchting Brandstofsysteem

    6 - ONDERHOUD Ontluchting brandstofsysteem In de volgende gevallen moet het brandstofsysteem worden afgetapt: • De tank volledig leeg is. • Het brandstoffilter werd vervangen. • De componenten van het brandstofsysteem verwijderd werden voor service of reparatie. • De machine langer dan een maand opgeslagen is ge- weest.
  • Pagina 157: Bescherming Van De Elektronische En Elektrische Systemen Tijdens Laden Van De Accu Of Lassen

    Als u zich hier niet aan houdt, kan dit leiden tot ernstig of dodelijk letsel. W0111A Wanneer er gelast gaat worden aan het onderstel of aan de bovenbouw, als toegestaan door NEW HOLLAND CON- STRUCTION en in overeenstemming met hun aanwijzingen, koppel dan de accu's, de B+ en D+ aansluitingen van de dynamo en de connector van het instrumentenpaneel los en sluit de massakabel van het lasapparaat aan op de component waaraan gelast gaat worden.
  • Pagina 158: Onderhoudsplanning

    6 - ONDERHOUD Onderhoudsplanning Onderhoudsoverzicht Controleren Vloeistof aftappen Smeren Afstellen Vervangen Reinigen Vloeistof verversen Service_Punten Pagina Inloopperiode 6-18 Motorolie en filter Brandstoffilter 6-18 Retourfilter hydraulische olie 6-18 Stuurleidingfilter 6-18 Reductietandwielen voor rijaandrijving 6-19 Zwenklager 6-19 Smeerpunten (bak) 6-19 Om de 10 bedrijfsuren Motoroliepeil 6-20 Motorkoelvloeistofniveau...
  • Pagina 159 6 - ONDERHOUD Controleren Vloeistof aftappen Smeren Afstellen Vervangen Reinigen Vloeistof verversen Service_Punten Pagina Brandstoftank aftappen 6-59 6-60 Zeef van brandstoftank Afstandsbedieningshendels 6-61 Kunststofonderdelen en onderdelen van hars 6-61 6-17...
  • Pagina 160: Inloopperiode

    6 - ONDERHOUD Inloopperiode Motorolie en filter Ververs de motorolie en vervang het motoroliefilter na de eerste 50 h bedrijfsuren. Ververs de motorolie en vervang het motoroliefilter vervolgens iedere 500 h. Verricht de handelingen beschreven op pagina 6-37 voor het verversen van de motorolie en het vervangen van het motoroliefilter.
  • Pagina 161: Reductietandwielen Voor Rijaandrijving

    6 - ONDERHOUD Reductietandwielen voor rijaandrijving Ververs de olie van de rijreductietandwielen na de eer- ste 500 h bedrijfsuren. Ververs de olie van de rijreduc- tietandwielen vervolgens iedere 1000 h. Verricht de handelingen beschreven op pagina 6-48 om de olie van de rijreductietandwielen te verversen. Zwenklager Smeer het zwenklager na de eerste 50 h en vervolgens iedere 250 h.
  • Pagina 162: Om De 10 Uur

    Om de 10 uur Motoroliepeil Controleer het motoroliepeil iedere 10 h of iedere dag Smeermiddel: NEW HOLLAND AMBRA MASTERGOLD™ HSP ENGINE OIL SAE 15W-40 1. Parkeer de machine op een rechte en vlakke onder- grond. Schakel de motor uit en verwijder de contact- sleutel.
  • Pagina 163: Motorkoelvloeistofniveau

    C0031A Controleer het koelvloeistofpeil in het reservereservoir iedere 10 h of iedere dag Vloeistof: NEW HOLLAND AMBRA ACTIFULL™ OT EXTENDED LIFE COOLANT 1. Parkeer de machine op een rechte en vlakke onder- grond. Schakel de motor uit en verwijder de contact- sleutel.
  • Pagina 164: Peil Van Hydraulische Olie

    W0241A Controleer het peil van de hydraulische olie iedere 10 h of iedere dag Vloeistof: NEW HOLLAND AMBRA HYDRAULIC LL 46 1. Parkeer de machine op een vlakke en rechte onder- grond en plaats het werktuig zoals in de afbeelding aan- gegeven.
  • Pagina 165: Brandstoffilter/Waterafscheider

    6 - ONDERHOUD Brandstoffilter/waterafscheider Tap iedere 10 h of iedere dag water en bezinksel af uit het brandstoffilter-waterafscheider. Maak het filterelement van het brandstoffilter-waterafscheider iedere 200 h schoon. Vervang het filterelement van het brandstoffilter-waterafscheider iedere 500 h Water aftappen 1. Open de motorkap zodat u aan het brandstoffilter-wa- terafscheider kunt en plaats een opvangbak die vol- doende groot is onder het brandstoffilter-waterafschei- der (1).
  • Pagina 166: Ventilator- En Dynamoaandrijfriem

    6 - ONDERHOUD Ventilator- en dynamoaandrijfriem Controleer de riemspanning iedere 10 h of iedere dag. LET OP: Als de motor wordt gebruikt met een losse riem, kan dit leiden tot oververhitting van de motor of onvoldoende opladen van de accu, doordat de riem slipt in de behuizing. Controle van de spanning 1.
  • Pagina 167: Om De 50 Uur

    6 - ONDERHOUD Om de 50 uur Smeerpunten (Bak) Smeer de verbindingsstang van de bak iedere 50 h. Smeermiddel: NEW HOLLAND AMBRA GR 75 MD SMIL16MEX0420FA Pen bakcilinder (kop): een smeernippel Pen bakcilinder (stang): een smeernippel Bakverbinding (bedieningsstang): een smeernippel...
  • Pagina 168: Smeerpunten (Giek En Arm)

    6 - ONDERHOUD Smeerpunten (Giek en arm) Smeer de giek, de arm en het zwenksysteem iedere 50 h in. Smeermiddel: NEW HOLLAND AMBRA GR 75 MD SMIL16MEX0420FA Giek verbindingspen: twee smeernippels Giekcilinder (kop- en stangzijde): twee smeernippels Arm cilinderpen (kop- en stangzijde): twee smeernip-...
  • Pagina 169: Smeerpunten (Schuif)

    6 - ONDERHOUD Smeerpunten (Schuif) Smeer de schuif iedere 50 h. Smeermiddel: NEW HOLLAND AMBRA GR 75 MD SMIL16MEX0420FA Grondschuif verbindingspen: twee smeernippels Grondschuif cilinderpen: twee smeernippels LET OP: Als u met de machine werkt in water of modder, moet u de connectorpen en de cilinderpen van de grond- schuif elke 10 h smeren.
  • Pagina 170: Spanning Rupsen

    6 - ONDERHOUD Spanning rupsen WAARSCHUWING Gevaar van omslaan! Hef de rupsband niet meer dan nodig is. Als u zich hier niet aan houdt, kan dit leiden tot ernstig of dodelijk letsel. W0276A Controleer elke 50 h de spanning van de rupsen LET OP: Als de rupsen te strak aangespannen zijn, zullen ze snel slijten.
  • Pagina 171 6 - ONDERHOUD WAARSCHUWING Vloeistof onder druk kan doordringen in de huid en ernstig letsel veroorzaken. Het smeervet in de cilinder staat onder hoge druk. Draai de smeernippel nooit volledig los om de stroming van het smeervet te versnellen. Als u zich hier niet aan houdt, kan dit leiden tot ernstig of dodelijk letsel.
  • Pagina 172: Om De 200 Uur

    6 - ONDERHOUD Om de 200 uur Brandstoffilter/waterafscheider Tap iedere 10 h of iedere dag water en bezinksel af uit het brandstoffilter-waterafscheider. Maak het filterelement van het brandstoffilter-waterafscheider iedere 200 h of elke week schoon. Vervang het filterelement van het brandstoffilter-waterafscheider iedere 500 h 1.
  • Pagina 173 6 - ONDERHOUD Element vervangen 1. Draai de brandstofkraan (2) op het brandstoffilter-wa- terafscheider om de (1) brandstofstroom te stoppen. 2. Verwijder het bakje (4) van het brandstoffilter-wateraf- scheider. 3. Houd het bakje (4) voorzichtig vast zodat u geen brand- stof morst.
  • Pagina 174: Om De 250 Uur

    6 - ONDERHOUD Om de 250 uur Accu WAARSCHUWING Onjuiste bediening of onjuist onderhoud van deze machine kunnen leiden tot ongevallen. Voordat u werkzaamheden uitvoert aan een onderdeel van het elektrisch circuit, moet u het contact volledig uitschakelen. Neem bij het loskoppelen van accu's altijd eerst de minkabel (-) los. Sluit bij het aansluiten van accu's altijd de minkabel (-) als laatste aan.
  • Pagina 175: Reiniging Van De Accu

    6 - ONDERHOUD Reiniging van de accu 1. Was de aansluitklem met schoon water en breng ver- volgens was aan op de aansluitklemmen. SMIL16MEX2521AB Controle accuspanning. LET OP: Als de machine korte tijd wordt gebruikt zonder accu (met gebruik van een slave-accu voor het starten), gebruik dan extra stroom(lichten) wanneer de motor loopt en isoleer de klem van de accu.
  • Pagina 176: De Motor Starten Met Een Startkabel

    6 - ONDERHOUD De motor starten met een startkabel WAARSCHUWING Onjuiste bediening of onjuist onderhoud van deze machine kunnen leiden tot ongevallen. Het onjuist aansluiten van startkabels of het kortsluiten van de accupolen kan leiden tot een ongeval. Sluit startkabels aan conform de instructies in deze handleiding. Als u zich hier niet aan houdt, kan dit leiden tot ernstig of dodelijk letsel.
  • Pagina 177: Zwenklager

    6 - ONDERHOUD Zwenklager Smeer het zwenklager iedere 250 h. Smeermiddel: NEW HOLLAND AMBRA GR-9 MULTI-PURPOSE GREASE Zwenklager: twee smeernippels Gebruik een vetpistool om vet van het voorgeschreven type in de getoonde smeerpunten te spuiten. SMIL16MEX0940AA 1. Zwenkcilinder giek B. Zwenklager C.
  • Pagina 178: Aanhaalkoppels

    6 - ONDERHOUD Aanhaalkoppels Controleer de aanhaalkoppels iedere 250 h (na de eerste 50 h gedurende de inrijperiode). Component Boutmaat Koppelinstelling Bevestigingsbout motor (motor-beugel) M10 x 1.25 54.2 – 81.3 N·m (40 – 60 lb ft) Bevestigingsbout (beugel-frame) 96.3 – 155.9 N·m (71 – 115 lb ft) M12 ×...
  • Pagina 179: Om De 500 Uur

    Motorolie en filter Ververs de motorolie en vervang het oliefilter iedere 500 h Smeermiddel: NEW HOLLAND AMBRA MASTERGOLD™ HSP ENGINE OIL SAE 15W-40 Hoeveelheid: 6.7 L (1.8 US gal) OPMERKING: ververs de olie terwijl de motor nog warm, maar niet heet is. Op die manier vloeit de olie beter.
  • Pagina 180 6 - ONDERHOUD 8. Monteer een nieuw filter. Draai het filter tot de afdich- ting de filterkop raakt en draai het dan met de hand nog een halve slag verder. OPMERKING: gebruik geen filtersleutel om het filter aan te spannen. Te vast aanspannen kan het filter en de af- dichting ervan beschadigen.
  • Pagina 181: Brandstoffilter

    6 - ONDERHOUD Brandstoffilter WAARSCHUWING Brandgevaar! Neem bij het werken met dieselbrandstof de volgende veiligheidsmaatregelen in acht: 1. Rook niet. 2. Vul de tank nooit terwijl de motor draait. 3. Veeg gemorste brandstof onmiddellijk op. Als u zich hier niet aan houdt, kan dit leiden tot ernstig of dodelijk letsel. W0099A Vervang het element van het brandstoffilter iedere 500 h LET OP: werk niet in een omgeving waarin andere stoffen in de brandstofleidingen kunnen komen.
  • Pagina 182: Brandstoffilter/Waterafscheider

    6 - ONDERHOUD 4. Verwijder de klemmen (2) en koppel de brandstofslan- gen (3) los van het brandstoffilter (1). 5. Verwijder het brandstoffilter (1) met de specifieke sleu- tel. Installeer een nieuw filterelement. 6. Breng een dunne laag brandstof aan op het oppervlak van de afdichting van het nieuwe brandstoffilter, alvo- rens het aan te draaien.
  • Pagina 183: Luchtfilter

    6 - ONDERHOUD Luchtfilter VOORZICHTIG Vliegende resten! Perslucht kan vuil, roest, enz. de lucht in blazen. Draag oog- en gezichtsbescherming als u werkt met perslucht. Als u zich hier niet aan houdt, kan dit licht tot middelzwaar letsel tot gevolg hebben. C0049A Reinig het luchtfilter iedere 500 h of wanneer het “luchtfilter waarschuwingslampje”...
  • Pagina 184 OPMERKING: gebruik geen perslucht als er olie of roet op het element zit. Als de patroon vettig is: Maak het met water en een geschikt reinigingsmiddel schoon. (Raadpleeg uw NEW HOLLAND CONSTRUC- TION-dealer). De gebruiksaanwijzing van het reinigingsmiddel staat op de verpakking.
  • Pagina 185: Het Element Inspecteren

    6 - ONDERHOUD Het element inspecteren Controleer het element op beschadiging door een in- spectielicht in het inwendige van het element te plaat- sen. OPMERKING: vervang het element indien het licht door- laat, hoe klein het gat ook is. SMIL16MEX0434AA 6.
  • Pagina 186: Radiateur En Koelers

    Blaas lucht tegen de richting van de luchtstroom van de ventilator in. LET OP: Neem contact op met uw NEW HOLLAND CON- STRUCTION dealer als er vettig of olieachtig stof aanwezig is zodat een speciale reiniging kan worden uitgevoerd.
  • Pagina 187: Radiateurventilator

    OPMERKING: trek of duw nooit aan de ventilator. 2. Controleer of de ventilator stevig is vastgezet. 3. Haal indien nodig de schroeven van de afdekking aan. Neem contact op met uw NEW HOLLAND CON- STRUCTION dealer om de ventilator te vervangen als deze is beschadigd.
  • Pagina 188: Om De 1000 Uur

    6 - ONDERHOUD Om de 1000 uur Retourfilter hydraulische olie WAARSCHUWING Gevaar van verbranding! Voordat u servicewerkzaamheden uitvoert aan het hydraulisch systeem, moet u dit laten afkoelen. De temperatuur van de hydraulische vloeistof mag niet hoger zijn dan 40 °C (104 °F). Als u zich hier niet aan houdt, kan dit leiden tot ernstig of dodelijk letsel.
  • Pagina 189: Filter Van Stuurleiding

    6 - ONDERHOUD Filter van stuurleiding WAARSCHUWING Gevaar van verbranding! Voordat u servicewerkzaamheden uitvoert aan het hydraulisch systeem, moet u dit laten afkoelen. De temperatuur van de hydraulische vloeistof mag niet hoger zijn dan 40 °C (104 °F). Als u zich hier niet aan houdt, kan dit leiden tot ernstig of dodelijk letsel. W0241A WAARSCHUWING Systeem onder druk!
  • Pagina 190: Reductietandwielen Voor Rijaandrijving

    OPMERKING: controleer de conditie van de afgetapte olie. SMIL16MEX1456AA Als er stukjes metaal of andere vreemde deeltjes in de olie zitten, dient u advies te vragen aan de NEW HOLLAND CONSTRUCTION-dealer. 7. Vervang de O-ring afdichting van de aftapplug (1).
  • Pagina 191: Om De 2000 Uur

    Als u zich hier niet aan houdt, kan dit leiden tot ernstig of dodelijk letsel. W1469A Ververs de motorkoelvloeistof iedere 2000 h Vloeistof: NEW HOLLAND AMBRA ACTIFULL™ OT EXTENDED LIFE COOLANT Hoeveelheid (mengsel antivries/water): 5 L (1.3 US gal) Drainage van de radiateur 1.
  • Pagina 192 6 - ONDERHOUD Spoel de radiateur door 6. Vul het systeem met een mengsel van natriumcarbo- naat en water (of een soortgelijk product dat in de han- del verkrijgbaar is). OPMERKING: gebruik 0.5 kg (1.1 lb) natriumcarbonaat elke 23 L (6.1 US gal) water. 7.
  • Pagina 193: Aanzuigfilter Voor Hydraulische Olie

    6 - ONDERHOUD Aanzuigfilter voor hydraulische olie WAARSCHUWING Gevaar van verbranding! Voordat u servicewerkzaamheden uitvoert aan het hydraulisch systeem, moet u dit laten afkoelen. De temperatuur van de hydraulische vloeistof mag niet hoger zijn dan 40 °C (104 °F). Als u zich hier niet aan houdt, kan dit leiden tot ernstig of dodelijk letsel. W0241A WAARSCHUWING Systeem onder druk!
  • Pagina 194: Controleren Van De Leidingen Van Het Hydraulische Systeem

    6 - ONDERHOUD Controleren van de leidingen van het hydraulische systeem Zorg dat er geen lekkage is uit de slangen, pijpen, plug- gen, aansluitingen en fittingen van het hydraulische systeem en controleer of alle moeren en schroeven goed zijn aangedraaid. In geval van problemen, dient u het (de) betrokken onderdeel (onderdelen) te repare- ren of te vervangen, of aan te spannen.
  • Pagina 195: Om De 5000 Uur

    Als u zich hier niet aan houdt, kan dit leiden tot ernstig of dodelijk letsel. W0178A Ververs de hydraulische olie iedere 5000 h Vloeistof: NEW HOLLAND AMBRA HYDRAULIC LL 46 Hoeveelheid: 37 L (9.8 US gal) LET OP: verlaag het verversingsinterval van de hydraulische olie bij gebruik van de hydraulische breker. Ververs de hydraulische olie iedere 600 h.
  • Pagina 196 6 - ONDERHOUD 3. Open de zijkap en draai de vuldop los. SMIL16MEX1471BA 6-54...
  • Pagina 197 6 - ONDERHOUD 4. Plaats een opvangbak met een inhoud van 40 L (10.6 US gal) onder de aftapplug. Draai de aftapplug op de bodem van de hydraulische-olietank los. 5. Controleer het hydraulische olie zuigfilter als de hy- draulische olie is afgetapt, zie pagina 6-51. 6.
  • Pagina 198: Indien Nodig

    6 - ONDERHOUD Indien nodig Lampen vervangen Verlichting in de cabine 1. Verwijder het glas van de plafondverlichting met een platte schroevendraaier voor toegang tot het lampje (1). SMIL16MEX1117AA 2. Verwijder het lampje en breng een nieuwe lampje van hetzelfde wattage in de plafondverlichting aan. 3.
  • Pagina 199: Werklampen

    6 - ONDERHOUD Werklampen 1. Verwijder de twee bevestigingsschroeven. SMIL16MEX0939AA 2. Neem het werklicht (1) uit en haal de stekker van het lampje (2) los. SMIL16MEX0935AA 3. Druk de klem (1) naar buiten en verwijder het lampje (2). SMIL16MEX0937AA 4. Breng een nieuwe lampje van hetzelfde wattage in de werklamp aan.
  • Pagina 200: Cabineluchtfilter

    6 - ONDERHOUD Cabineluchtfilter VOORZICHTIG Vliegende resten! Perslucht kan vuil, roest, enz. de lucht in blazen. Draag oog- en gezichtsbescherming als u werkt met perslucht. Als u zich hier niet aan houdt, kan dit licht tot middelzwaar letsel tot gevolg hebben. C0049A Reinig, indien noodzakelijk, het filter van de verwarming in de cabine.
  • Pagina 201: Aftapplug Van Brandstoftank

    6 - ONDERHOUD Aftapplug van brandstoftank WAARSCHUWING Brandgevaar! Neem bij het werken met dieselbrandstof de volgende veiligheidsmaatregelen in acht: 1. Rook niet. 2. Vul de tank nooit terwijl de motor draait. 3. Veeg gemorste brandstof onmiddellijk op. Als u zich hier niet aan houdt, kan dit leiden tot ernstig of dodelijk letsel. W0099A Tap naar behoefte water en bezinksel af uit de brandstoftank.
  • Pagina 202: Zeef Van Brandstoftank

    6 - ONDERHOUD Zeef van brandstoftank Maak het rooster van de brandstoftank regelmatig schoon 1. Verwijder de tankdop. 2. Verwijder het rooster van de tankdop in de brandstof- vulnek. 3. Inspecteer het rooster van de brandstoftank op schade. Als het beschadigd is, dient u het weg te gooien en te vervangen.
  • Pagina 203: Afstandsbedieningshendels

    6 - ONDERHOUD Afstandsbedieningshendels Smeer, wanneer nodig, de hydraulische bedieningshendels in Vloeistof: NEW HOLLAND AMBRA GR 75 MD 1. Verwijder de balg (A) van de bedieningshendel. 2. Smeer het koppeldeel (X) en de schuifdelen (Y) in met een vetspuit. 3. Herhaal de procedure voor de andere hydraulische be- dieningshendel.
  • Pagina 204: Locaties Van Zekeringen En Relais

    6 - ONDERHOUD Locaties van zekeringen en relais Zekeringen Open de deur (2) onder de bestuurdersstoel voor toe- gang tot de zekeringhouder (1). Op het deksel van de zekeringhouder is de functie en de stroomsterkte van elke zekering aangegeven. LET OP: voordat u zekeringen of relais vervangt, zet u de contactsleutel in de stand OFF.
  • Pagina 205 6 - ONDERHOUD SMIL16MEX1480FB Functies van de zekering (1) Ruitenwissermotor, Voedingspomp 20 A (9) Radio monitor B+ 20 A (2) Claxon, sigarettenaansteker 20 A (10) Radio monitor 10 A (3) Veiligheid EPPR 20 A (11) ECU 30 A (4) Starter, Dynamo 20 A (12) Airco verwarming 30 A (5) Opt/reizen 20 A (13) Werklamp 20 A...
  • Pagina 206: Opbergen

    De blootliggende op- pervlakken van de cilinderstangen moeten worden gesmeerd of afgedekt met een beschermlaagje. Raad- pleeg uw NEW HOLLAND CONSTRUCTION-dealer. OPMERKING: wanneer de machine weer in bedrijf wordt genomen, zal de beschermlaag automatisch verdwijnen. 5. Tap het oliecarter af terwijl de motor nog warm is, ver- vang het oliefilter en vul het met de voorgeschreven olie.
  • Pagina 207: Periodieke Controles

    6 - ONDERHOUD Periodieke controles WAARSCHUWING Gevaar van inhalering! Risico voor bestuurder en omstanders. Laat de motor niet draaien in gesloten ruimten. Zorg altijd voor voldoende ventilatie. Als u zich hier niet aan houdt, kan dit leiden tot ernstig of dodelijk letsel. W0156A Controleer iedere maand: 1.
  • Pagina 208: De Machine Opstarten Na Stalling

    6 - ONDERHOUD De machine opstarten na stalling WAARSCHUWING Onverwachte beweging van de machine! Voordat u de motor start, moet u alle bedieningselementen in de neutrale stand zetten. Als u zich hier niet aan houdt, kan dit leiden tot ernstig of dodelijk letsel. W0311A WAARSCHUWING Gevaar van inhalering! Risico voor bestuurder en omstanders.
  • Pagina 209: Probleemoplossing

    OPMERKING: In dit hoofdstuk vindt u een beschrijving van gemakkelijke diagnosemethodes voor motorgerelateerde problemen en de oplossingen hiervoor. Als u er niet in slaag de oorzaak van een probleem te achterhalen of een probleem op te lossen, dient u de NEW HOLLAND CONSTRUCTION-dealer te raadplegen. Probleem...
  • Pagina 210: Elektrische Systemen - Probleemoplossing

    OPMERKING: in dit hoofdstuk vindt u een beschrijving van gemakkelijke diagnosemethodes voor problemen gerela- teerd aan het elektrische systeem en de oplossingen hiervoor. Als u er niet in slaag de oorzaak van een probleem te achterhalen of een probleem op te lossen, dient u de NEW HOLLAND CONSTRUCTION-dealer te raadplegen. Probleem...
  • Pagina 211: Overige Systemen - Probleemoplossing

    OPMERKING: in dit hoofdstuk vindt u een beschrijving van gemakkelijke diagnosemethodes voor algemene proble- men en de oplossingen hiervoor. Als u er niet in slaag de oorzaak van een probleem te achterhalen of een probleem op te lossen, dient u de NEW HOLLAND CONSTRUCTION-dealer te raadplegen. Probleem...
  • Pagina 212 7 - PROBLEEMOPLOSSING...
  • Pagina 213: Specificaties

    8 - SPECIFICATIES SPECIFICATIES###_9_### Machinespecificaties Motor Model Yanmar 3TNV88F-ESHYB Type 4-takt verticale kopklep, diesel Koeling Watergekoeld Aantal cilinders en opstelling 3 cilinders, op een rij Ontstekingsvolgorde 1 - 3 - 2 Type verbrandingskamer Directe inspuiting Cilinder boring x slag 88 mm (3.46 in) x 90 mm (3.54 in) 1642 cm³...
  • Pagina 214 8 - SPECIFICATIES Zwenkmotor Motor van de axiale zuigerpomp met vaste Type opbrengst Inhoud 22 cm³/rev (1.3 in³/rev) Overdrukklep 19616 kPa (2845 psi) Automatisch veerbediende hydraulische Remsysteem ontkoppeling Remkoppel 90.2 N·m (66.5 lb ft) Remontkoppelingsdruk 1958 – 6378 kPa (284 – 925 psi) Reductietandwiel 2-traps planetair tandwielstelsel Rijmotor...
  • Pagina 215: Typen Rupsplaten - Rubberen Track

    8 - SPECIFICATIES Typen rupsplaten - Rubberen track Breedte rupsplaten 300 mm (11.8 in) Bodemdruk 33.37 kPa (4.84 psi) 1740 mm (68.5 in) Totale breedte Aantal rollen en rupsplaten per zijde Bovenste rol Onderste rol Rupsplaten...
  • Pagina 216: Afmetingen

    8 - SPECIFICATIES Afmetingen Uitvoering met cabine SMIL16MEX0048FA (A) Totale lengte 4790 mm (188.6 in) (B) Totale breedte met rupsplaat van 300 mm (11.8 in) 1740 mm (68.5 in) (C) Totale hoogte 2500 mm (98.4 in) (E) Totale cabinehoogte 2500 mm (98.4 in) (F) Bodemvrijheid contragewicht 540 mm (21.3 in) (H) Minimale bodemvrijheid...
  • Pagina 217 8 - SPECIFICATIES Uitvoering met overkapping SMIL16MEX1545FA (A) Totale lengte 4790 mm (188.6 in) (B) Totale breedte met rupsplaat van 300 mm (11.8 in) 1740 mm (68.5 in) (C) Totale hoogte 2500 mm (98.4 in) (E) Totale cabinehoogte 2500 mm (98.4 in) (F) Bodemvrijheid contragewicht 540 mm (21.3 in) (H) Minimale bodemvrijheid...
  • Pagina 218 8 - SPECIFICATIES Werkbereik SMIL16MEX1491FA (A) Maximaal graafbereik 5315 mm (209.3 in) (A’) Maximaal graafbereik op grondniveau 5200 mm (204.7 in) (B) Maximale graafdiepte 3135 mm (123.4 in) (B’) Maximale graafdiepte op grondniveau (8ft-niveau) 2670 mm (105.1 in) (C) Maximale verticale wandgraafdiepte 2190 mm (86.2 in) (D) Maximale graafhoogte 4810 mm (189.4 in)
  • Pagina 219: Gewichten

    8 - SPECIFICATIES Gewichten Machine Operationeel gewicht (uitvoering met cabine) (*) 3760 kg (8289 lb) Operationeel gewicht (uitvoering met overkapping) (**) 3620 kg (7981 lb) Componenten Samenstel bovenbouw 1975 kg (4354.1 lb) Samenstel gelast hoofdframe 460 kg (1014.1 lb) 172 kg (379.2 lb) Motoreenheid Samenstel hoofdpomp 19 kg (42 lb)
  • Pagina 220 8 - SPECIFICATIES...
  • Pagina 221: Accessoires

    9 - ACCESSOIRES ACCESSOIRES###_10_### Rechtstreeks aan te brengen bakken De minimum hijsvermogens als functie van de armlengte worden hieronder getoond. De gegevens verwijzen naar werkzaamheden met de grondschuif in de hoge stand, en 300 mm (11.81 in)rubberen rupsplaat. Voor cabineversie met 410 kg (903.9 lb) contragewicht: •...
  • Pagina 222: Extra Hydraulische Circuits

    9 - ACCESSOIRES Extra hydraulische circuits De machine kan zijn voorzien van een enkel- of dubbelwerkend hydraulisch circuit. • Het enkelwerkende hydraulische circuit is bestemd voor het gebruik van werktuigen zoals een hydraulische breker. • Het dubbelwerkende hydraulische circuit is bestemd voor het gebruik van werktuigen zoals een grijper of een breek- schaar.
  • Pagina 223 9 - ACCESSOIRES Las de beugel van de pijpklem vast om schade door trillingen te voorkomen.
  • Pagina 224: Bedieningsorganen

    9 - ACCESSOIRES Bedieningsorganen De kenmerken van debiet/druk van het hydraulische hulpcircuit met hoog debiet kunnen worden ingesteld volgens het type en de specificaties van het gebruikte werktuig. LET OP: controleer of de juiste werktuigmodus (breker of hamer) en de juiste kenmerken voor hydraulische stroming en druk zijn ingesteld, voordat u met hydraulische werktuigen gaat werken.
  • Pagina 225 • Bedien de proportionele schakelaar naar rechts om de grijper of bout te sluiten. Raadpleeg uw NEW HOLLAND CONSTRUCTION-dealer om een optioneel werktuig te kiezen dat compatibel is met uw machine en om het soort flow aan te passen dat vereist is voor een juist gebruik ervan.
  • Pagina 226: Richtlijnen Voor Het Gebruik Van Hydraulische Werktuigen

    • Bedien de proportionele schakelaar naar rechts om het aanhangsel met de klok mee te draaien. Raadpleeg uw NEW HOLLAND CONSTRUCTION-dealer om een optioneel werktuig te kiezen dat compatibel is met uw machine en om het soort flow aan te passen dat vereist is voor een juist gebruik ervan.
  • Pagina 227: Voorzorgsmaatregelen Tijdens Het Gebruik Van De Hydraulische Breker

    9 - ACCESSOIRES Voorzorgsmaatregelen tijdens het gebruik van de hydraulische breker Niet met de breker tegen objecten stoten. De breker is zwaarder dan de bak en daalt sneller. Hierdoor kunnen de breker, het voorzetstuk en de bovenbouw beschadigd raken. Voordat u begint met de breekwerkzaamheden, laat u de breker altijd langzaam neer totdat de beitelpunt het object raakt dat gebroken moet worden.
  • Pagina 228 9 - ACCESSOIRES Niet met de breker naast de machine werken. De ma- chine kan instabiel worden en de levensduur van de on- derdelen van het onderstel kan worden verminderd. SMIL16MEX0465AA Bedien de graafmachine voorzichtig om te voorkomen dat u de hoofdgiek raakt met de hydraulische breker. SMIL16MEX0466AA Gebruik de hydraulische breker niet tijdens het slaan.
  • Pagina 229: Hydraulische Olie - Breker/Knabbelschaar

    9 - ACCESSOIRES Hydraulische olie - breker/knabbelschaar Bij gebruik van de hydraulische breker wordt de hydraulische vloeistof sneller slechter dan bij gewoon graven. Con- troleer het peil van de hydraulische vloeistof daarom vaker. Controleer tevens bij het vervangen van de filters de toestand van de hydraulische vloeistof.
  • Pagina 230: Hanteren Van Lasten

    9 - ACCESSOIRES Hanteren van lasten WAARSCHUWING Gevaar van verbrijzeling! Tijdens het hanteren met lasten is het zeer belangrijk om u strikt te houden aan de instructies in deze handleiding en de lokale wetgeving. Als u zich hier niet aan houdt, kan dit leiden tot ernstig of dodelijk letsel. W0257A WAARSCHUWING Onjuiste bediening of onjuist onderhoud van deze machine kunnen leiden tot ongevallen.
  • Pagina 231 9 - ACCESSOIRES Ga als volgt verder voor werkzaamheden met hangende lasten: • De massa van het te hanteren object beoordelen (in- dien onbekend) en deze vergelijken met de gegevens uit de tabel met hijsbare lasten (1) in de cabine/over- kapping.
  • Pagina 232 9 - ACCESSOIRES Tabel voor lasthantering De tabel voor lasthantering geeft het nominale hefvermogen op waar u rekening mee moet houden op verschillende afstanden tot de zwenkas. Het nominale hefvermogen wordt bepaald in overeenstemming met SAE J1097 en ISO 10567 als de kleinste waarde van de nominale kantellast ( 75% van de kantellast) of het nominale hefvermogen van de hydraulische lift ( 87% van het hefvermogen van de hydraulische lift).
  • Pagina 233: Veiligheidskleppen

    Indien afwijkende omstan- digheden worden aangetroffen, contact opnemen met de NEW HOLLAND CONSTRUCTION-dealer. LET OP: de drukinstelling van de veiligheidskleppen moet iedere 6 maanden worden gecontroleerd. Raadpleeg de NEW HOLLAND CONSTRUCTION-dealer.
  • Pagina 234: Grijperbeugel

    Grijperbeugel De arm kan worden uitgerust met de steun om de hydrau- lische schuifknop te installeren. OPMERKING: Raadpleeg uw NEW HOLLAND CON- STRUCTIONdealer om de hydraulische schuifknop te selecteren die compatibel is met uw machine en om deze correct te installeren.
  • Pagina 235: Zwaailicht

    Wanneer een machine op of langs de weg gebruikt wordt, is een zwaailicht vereist om verkeersongevallen te voor- komen. Neem contact op met uw NEW HOLLAND CONSTRUC- TION-dealer om het zwaailicht te laten installeren. SMIL16MEX0021AA Wijzig tijdens de machine-overdracht de positie van de lamp naar de horizontale positie.
  • Pagina 236 9 - ACCESSOIRES 9-16...
  • Pagina 237 Index ###_Index_### Aanbevolen bedrijfsbereik motorolietemperatuur ......6-11 Aanhaalkoppels ......... 6-36 Aanzuigfilter voor hydraulische olie .
  • Pagina 238 Gewichten ..........Grijperbeugel .
  • Pagina 239 Smeerpunten (Bak) ........6-19, 6-25 Smeerpunten (Giek en arm) .
  • Pagina 240 De leverbaarheid van bepaalde modellen en materieeluitvoeringen variëren op basis van het land waarin het materiel wordt gebruikt. Raadpleeg uw New Holland-dealer voor nauwkeurige informatie over een speci ek product. Alle rechten voorbehouden. © 2017 CNH Industrial Italia S.p.A.

Inhoudsopgave