Pagina 1
OORSPRONKELIJKE INSTRUCTIES - conform richtlijn 2006/42/EG, Annex I, 1,7.4,1 GEBRUIKERSHANDLEIDING E33C Mini-graafmachine Onderdeelnummer 48036287 1e editie Nederlands januari 2017...
U kunt via uw NEW HOLLAND CONSTRUCTION-dealer handleidingen verkrijgen over het gebruik, het onderhoud en de reparatie van uw machine. Vraag uw NEW HOLLAND CONSTRUCTION-dealer om u te helpen bij het bestellen van de juiste handleidingen voor uw machine zodat u snel en doeltreffend service krijgt.
1 - ALGEMENE INFORMATIE Geef altijd het type en Product Identificatie Nummer (PIN) van uw machine op zodat uw NEW HOLLAND CONSTRUC- TION-dealer u de juiste handleidingen kan leveren voor uw machine. NEW HOLLAND CONSTRUCTION Het bedrijf behoudt zich het recht voor om wijzigingen aan te brengen in het ontwerp en in de technische specificaties van de machine zonder dat vooraf aan te kondigen en zonder verplicht te zijn om reeds verkochte machines in dezelfde zin te wijzigen.
OPMERKING: De NEW HOLLAND CONSTRUCTION FleetForce™ website (www.newhollandfleetforce.com) wordt pas toegankelijk als het NEW HOLLAND CONSTRUCTION FleetForce™ abonnement voor deze machine wordt geregistreerd door een erkende NEW HOLLAND CONSTRUCTION dealer. Neem contact op met een erkende NEW HOLLAND CONSTRUCTION-dealer voor meer informatie.
Periodieke service bestaat uit activiteiten die nodig zijn gereedschappen nodig zijn die NEW HOLLAND CON- om de verwachte levensduur van de NEW HOLLAND STRUCTION niet bij de machine levert. CONSTRUCTION machine te behouden. Deze activitei- ten hebben vastgestelde intervallen.
NEW HOLLAND CONSTRUCTION machine kaal geldig bewijs voor het werken met voertuigen te be- bedient. Neem contact op met uw NEW HOLLAND zitten (of voldoen aan andere toepasselijke lokale leef- CONSTRUCTION dealer als: tijdseisen).
SMIL16MEX0629EA Wanneer u onderdelen bestelt of informatie of hulp wenst, geef dan altijd het type en het Product Identificatie Nummer (PIN) van uw machine of accessoires door aan uw NEW HOLLAND CONSTRUCTION-dealer. Schrijf het volgende in de ruimte hieronder: • Machinetype •...
1 - ALGEMENE INFORMATIE (1) Naam, Type/Model Hydraulische graafmachine_______________________ ______ (2) Productidentificatienummer (PIN)______________ (3) Nominaal motorvermogen ISO 14396_____________ ________________ (4) Modeljaar_____________________________ (5) Ledige massa (kg)____________________________ (6) Bouwjaar__________________________ SMIL16MEX0645AA Motor Het serienummer van de motor (A) is aangebracht op het naamplaatje van de motor. SMIL16MEX1461AB Identificatie-etiket (B) Dit is bevestigd op het cilinderkopdeksel.
1 - ALGEMENE INFORMATIE Structurele bescherming ( ROPS) (Roll Over Protective Structure: beschermingsstruc- tuur tegen rollen) Voldoet aan norm ISO 12117-2 / ISO 10262 LEVEL 1 (1) Type afscherming (2) Maximaal machinegewicht (3) Toepasselijk model (4) Internationale norm SMIL16MEX0646AA (5) Type Serienummers componenten Hydraulische pomp: Reductietandwiel van draaimotor:...
(in het opbergvak onder de bestuurdersstoel). Zorg ervoor dat ze altijd compleet is en in goede staat verkeert. Neem contact op met uw NEW HOLLAND CON- STRUCTION-dealer als u extra exemplaren van de hand- leiding wilt hebben, of exemplaren in een andere taal dan de moedertaal van het betreffende land wilt hebben.
1 - ALGEMENE INFORMATIE Machinepositie De begrippen “rechts”, “links”, “voor” en “achter” worden in deze handleiding gebruikt om de zijden aan te geven als gezien vanuit de bestuurdersstoel, wanneer de rijmotoren zich aan de achterkant bevinden en de bestuurder in de rijrichting van de machine kijkt (vooruit).
3. Generiek serienummer voor dit type materieel. De volgorde van letters en cijfers kan verschillen afhankelijk van de configuratie van het materieel. 4. Serienummer van EG-conformiteitsverklaring. Verwijs naar dit nummer wanneer u van NEW HOLLAND CON- STRUCTION informatie of ondersteuning verlangt m.b.t. de EG-conformiteitsverklaring.
Pagina 20
1 - ALGEMENE INFORMATIE SMIL16MEX1528HA 1-14...
2 - VEILIGHEIDSINFORMATIE VEILIGHEIDSINFORMATIE###_2_### Definities van signaalwoorden Veiligheid van personen Dit is het symbool voor een veiligheidswaarschuwing. Het wordt gebruikt om u te wijzen op mogelijk gevaar voor persoonlijk letsel. Neem alle veiligheidsmededelingen in acht die achter dit symbool worden vermeld om mogelijk letsel of de dood te voorkomen. In deze handleiding komt u de signaalwoorden GEVAAR, WAARSCHUWING en VOORZICHTIG tegen, gevolgd door speciale instructies.
2 - VEILIGHEIDSINFORMATIE Veiligheidsvoorschriften Algemene veiligheidsvoorschriften Wees voorzichtig als u met de machine op hellingen rijdt. Zorg ervoor dat alle kappen en afschermingen in goede Geheven werktuigen, volle tanks en andere belasting lei- staat verkeren en juist zijn aangebracht voordat u de ma- den tot een verschuiving van het zwaartepunt van de ma- chine gebruikt.
2 - VEILIGHEIDSINFORMATIE Monteer de kappen en afschermingen na het verrichten Zet de motor uit en verwijder de contactsleutel voordat u van servicewerkzaamheden aan de machine. elektrische aansluitingen loskoppelt of tot stand brengt. Sluit alle toegangsluiken en breng alle panelen aan na het Als u een koelvloeistofdop op onjuiste wijze verwijdert, verrichten van servicewerkzaamheden aan de machine.
2 - VEILIGHEIDSINFORMATIE Algemene veiligheid met betrekking tot accu’s Draag altijd oogbescherming wanneer u aan een accu Volg de instructies van de fabrikant voor de opslag en werkt. hantering van accu's. Vermijd vonken of open vuur in de nabijheid van de accu. De accupolen, accuklemmen en aanverwante accessoi- res bevatten lood en loodlegeringen.
Pagina 25
2 - VEILIGHEIDSINFORMATIE AAN DE VEILIGHEIDSCONSTRUCTIE MAG NIET VAN BRAND, KANTELEN, OMSLAAN, EEN BOTSING WORDEN GELAST, ER MOGEN GEEN GATEN IN OF EEN ANDER ONGEVAL. WORDEN GEBOORD EN HIJ MAG NIET WORDEN De veiligheidsgordels maken deel uit van uw veiligheids- RECHTGEBOGEN OF GEREPAREERD.
2 - VEILIGHEIDSINFORMATIE nutsbedrijf voor informatie over veilige afstanden tot • Kijk of u de cabine of de plek waar u zich bevindt vei- hoogspanningskabels. lig kunt verlaten zonder contact te maken met elektrici- teitskabels. Is dit niet het geval, blijf dan op uw plek en Trek geheven of uitgeschoven onderdelen in, indien roep hulp in.
• Zorg dat de ruitenwisser naar behoren werkt. contragewicht, zwenklager en de cabine. Raadpleeg • Zorg dat u vertrouwd bent met handgebaren die op in geval van problemen uw NEW HOLLAND CON- werkterreinen in dagelijks gebruik zijn zodat u hulp kunt STRUCTION-dealer.
Pagina 28
• Indien u de snelkoppeling moet gebruiken met bakken in staat is om het gewicht van de machine te dragen. die niet door NEW HOLLAND CONSTRUCTION zijn gemaakt, controleer dan of de diameter van de pen- • Stuur altijd om grote voorwerpen zoals rotsblokken, nen en de opening tussen de bakoren voldoet aan de dikke bomen enzovoort heen.
2 - VEILIGHEIDSINFORMATIE elementen van de machine niet succesvol wordt afge- sloten. Het voorkomen van risico's veroorzaakt door trillingen De trillingen van de machine beïnvloeden het gemak en danig aan dat deze geschikt is voor de lengte en het in sommige gevallen de gezondheid en de veiligheid van gewicht van de bestuurder.
• Niet-geautoriseerde wijzigingen aan deze machine kunnen ernstig letsel veroorzaken. Voer geen wijzi- • Maak de machine regelmatig schoon. Ophopingen van gingen uit zonder eerst uw NEW HOLLAND CON- vet, vuil en afval kunnen ernstig letsel of schade aan de STRUCTION-dealer te raadplegen. Alle modificaties machine tot gevolg hebben.
Pagina 31
2 - VEILIGHEIDSINFORMATIE Veiligheidszone De veiligheidszone is de benodigde ruimte voor de ma- chine bij het maximale bereik van de uitrusting bij een vol- ledige rondgang 360° plus 2 m (6.56 ft). (1) Werkgebied. (2) Veiligheidszone. SMIL13CEX2517AB 2-11...
STRUCTION beveelt sterk aan alle gebruikte accu's en • Vermijd in het algemeen huidcontact met alle brand- batterijen terug te brengen naar een NEW HOLLAND stoffen, oliën, zuren, oplosmiddelen, enz. De meeste CONSTRUCTION-dealer, die de gebruikte accu's of bat- van zulke producten bevatten substanties die schade- terijen afvoert of op de juiste wijze recyclet.
2 - VEILIGHEIDSINFORMATIE Handsignalen werk altijd samen met een seingever aan de machine wanneer u taken uitvoert waabij de besturing nauw luistert en/of als u werkt in gebieden met een slechte of verminderde zichtbaarheid. Zorg ervoor altijd voor dat u en de seingever de te gebruiken signalen begrijpen.
Pagina 34
2 - VEILIGHEIDSINFORMATIE Stop Breng last of werktuig omlaag Met één hand naar achteren en naar voren zwaaien. PDE0006TBP1 PDE0005ATBP1 Laat de last of de uitrusting langzaam Noodstop omhoog komen Beweeg beide handen van voor naar achter. PDE0007ATBP1 PDE0005TBP1 Laat de last of de uitrusting langzaam Hef last of werktuig zakken PDE0006ATBP1...
Pagina 35
2 - VEILIGHEIDSINFORMATIE Draai machine naar links (zwaai last naar Laat de uitrusting zakken links) Om de beweging te laten ophouden: stop de handbeweging en maak een vuist. PDE0009TBP1 Giek heffen PDE0008ATBP1 Draai machine naar rechts (zwaai last naar rechts) Om de beweging te laten ophouden: stop de handbeweging en maak een vuist.
2 - VEILIGHEIDSINFORMATIE Geluidsemissie Geluidsvermogensniveau LWA= 94 dB (A) Niveau van geluidsvermogen gegarandeerd bepaald in overeenstemming met de Europese Richtlijn 2000/14/EC. Geluidsdrukniveau op de bestuurdersruimte LpA= 75 dB (A) Niveau van de geluidsdruk, gemeten in de cabine met ca- bineportier en vensters gesloten en de ventilator van de verwarming/airconditioning op de max.
2 - VEILIGHEIDSINFORMATIE Trillingsniveaus Het trillingsniveau dat wordt overgedragen aan de be- Deze machine is uitgerust met een bestuurdersstoel stuurder is voornamelijk afhankelijk van de toestand van die voldoet aan de vereisten van de standaard ISO het terrein waarop de werkzaamheden plaatsvinden, de 7096:2008.
Vervang alle beschadigde, ontbrekende, overgelakte en onleesbare veiligheidsstickers. Indien er zich een veilig- heidssticker bevindt op een onderdeel dat u of uw NEW HOLLAND CONSTRUCTION dealer vervangt, moet u ervoor zorgen dat u of uw NEW HOLLAND CONSTRUCTION dealer de veiligheidssticker op het nieuwe onderdeel aan- brengt.
2 - VEILIGHEIDSINFORMATIE Positie van stickers Als u een veiligheidssticker of andere stickers op de machine vervangt, controleer dan dat de positie is als hieronder aangegeven. SMIL17MEX0685GB A. Consolebox - rechts D. Hydraulisch reservoir en brandstoftank B. Consolebox - links E.
Pagina 41
2 - VEILIGHEIDSINFORMATIE (1) Reflecterende sticker Plaats: de twee reflecterende stickers bevinden zich op het contragewicht aan de achterkant van de machine. Aantal: 2 Onderdeelnummer: 48019078 De reflecterende sticker verbetert de zichtbaarheid 's nachts. SMIL16MEX0359AA (2) Blijf buiten het werkbereik van de bovenbouw GEVAAR Voorkom letsel! Blijf uit de buurt van het zwenkbereik.
Pagina 42
2 - VEILIGHEIDSINFORMATIE (3B) Steun toegangsluik motor waarschuwing - Hoge- drukleidingen en radiateur WAARSCHUWING Gevaar van verbranding! Voordat u servicewerkzaamheden uitvoert aan het hydraulisch systeem, moet u dit laten af- koelen. De temperatuur van de hydraulische vloeistof mag niet hoger zijn dan 40 °C (104 °F).
Pagina 43
2 - VEILIGHEIDSINFORMATIE (3C) Steun toegangsluik motor waarschuwing - Warme oppervlakken WAARSCHUWING Gevaar van verbranding! De buitenkant van het uitlaatsysteem is heet! Draag altijd warmtewerende handschoenen als u de geluiddemper, de katalysator of de uitlaateenheid reinigt of er werkzaamheden aan uitvoert. Als u zich hier niet aan houdt, kan dit leiden tot ernstig of dodelijk letsel.
Pagina 44
2 - VEILIGHEIDSINFORMATIE (6) Hydraulische olie WAARSCHUWING Gevaar van verbranding! Voordat u servicewerkzaamheden uitvoert aan het hydraulisch systeem, moet u dit laten af- koelen. De temperatuur van de hydraulische vloeistof mag niet hoger zijn dan 40 °C (104 °F). Als u zich hier niet aan houdt, kan dit leiden tot ernstig of dodelijk letsel.
Pagina 45
2 - VEILIGHEIDSINFORMATIE (7) Accu's WAARSCHUWING Accuzuur veroorzaakt brandwonden. Accu's bevatten zwavelzuur. Vermijd contact met huid, ogen en kleding. Maatregel (uitwendig contact): spoel uit of af met water. Maatregel (contact met ogen): spoel de ogen minstens 15 minuten lang met water en raadpleeg onmiddellijk een arts.
Pagina 46
2 - VEILIGHEIDSINFORMATIE (8) Blijf buiten het werkbereik van het werktuig WAARSCHUWING Gevaar van vallende objecten! Verlies van de hydraulische druk of beweging van een bedieningshendel kan ertoe leiden dat geheven materieel valt. Voer nooit werkzaam- heden uit onder een werktuig of voorzetstuk dat uitsluitend wordt ondersteund door het hydraulisch systeem.
Pagina 47
2 - VEILIGHEIDSINFORMATIE (11) Werking grondschuif Plaats: deze sticker bevindt zich op de consolebox rechts. Aantal: 1 Onderdeelnummer: 48018266 Deze sticker beschrijft de werking van de schuif. SMIL16MEX0010AA (12) Smeerpunt Plaats: deze sticker bevindt zich aan de voorzijde van de overkapping, in de buurt van de smeerpunten.
Pagina 48
2 - VEILIGHEIDSINFORMATIE (14) Brandstoftank VOORZICHTIG Brandstofdampen zijn explosief en brandbaar. Rook niet terwijl u met brandstof werkt. Houd brandstof uit de buurt van vlammen en von- ken. Schakel de motor uit en neem de sleutel uit het contact voordat u servicewerkzaamhe- den uitvoert.
Pagina 49
2 - VEILIGHEIDSINFORMATIE (17) Hanteren van lasten (optioneel) Plaat: deze sticker bevindt zich aan de rechterzijde van de overkapping. Aantal: 1 De tabel voor lasthantering geeft het nominale hefvermo- gen op verschillende afstanden tot de zwenkas. SMIL17MEX0679AA (18) Gevaar hoogspanningskabel - Aanraking met werk- tuigen WAARSCHUWING In-/uitklapzone!
Pagina 50
Deze sticker waarschuwt dat de accumulator is gevuld met gas onder hoge druk, en dat het daarom verboden is om in de buurt ervan open vuur te gebruiken of te lassen. Raadpleeg de NEW HOLLAND CONSTRUCTION-dealer voor de service. (20) Positie van de accu Plaats: deze sticker bevindt zich op het accudeksel.
Pagina 51
2 - VEILIGHEIDSINFORMATIE (21) Functies van bedieningshendels Plaat: deze sticker bevindt zich aan de rechterzijde van de overkapping. Aantal: 1 Deze sticker beschrijft de functies van bedieningshen- dels. SMIL16MEX0022AA (22) Hydraulische tank Plaats: de sticker bevindt zich op het hydraulische reser- voir.
Pagina 52
2 - VEILIGHEIDSINFORMATIE (24) Frame algemene waarschuwingen Plaat: deze sticker bevindt zich aan de rechterzijde van de overkapping. Aantal: 1 Onderdeelnummer: 48019279 Deze sticker waarschuwt dat de aanbevolen hydraulische olie tot het aangegeven peil moet worden bijgevuld. Controleer of de kabel de juiste afmeting heeft als de graafmachine moet worden opgehesen.
Pagina 53
2 - VEILIGHEIDSINFORMATIE (27) Hefpunt Plaats: deze stickers bevinden zich op de grondschuif. Aantal: 2 Onderdeelnummer: 48019104 Deze sticker toont de locatie waar een hijsstrop is beves- tigd om de graafmachine en het koppelingspunt te ver- plaatsen wanneer de machine moet worden vervoerd op een aanhangwagen.
Pagina 54
2 - VEILIGHEIDSINFORMATIE (31) Accuschakelaar Plaats: deze sticker bevindt zich bij de accuschakelaar, binnenin de hydraulische tank ruimte. Aantal: 1 Onderdeelnummer: 47617316 Deze sticker waarschuwt dat de bedieningshandleiding gelezen moet worden alvorens de accu af te koppelen. SMIL16MEX0942AA (32) Hydraulische snelkoppeling systeem activering (op- tie) Plaats: deze sticker bevindt zich aan de rechterzijde van de console links.
3 - BEDIENINGSELEMENTEN EN INSTRUMENTEN 3 - BEDIENINGSELEMENTEN EN INSTRUMENTEN###_3_### Toegang tot het bestuurdersplatform Opstaptreden en handgrepen WAARSCHUWING Gevaar van vallen! Reinig de opstaptreden en handgrepen om alle sporen van vet, olie, modder en ijs (win- ter) te verwijderen. Als u zich hier niet aan houdt, kan dit leiden tot ernstig of dodelijk letsel.
3 - BEDIENINGSELEMENTEN EN INSTRUMENTEN Bestuurdersstoel Bestuurdersstoel Stel de stoel in op het gewicht en de maten van de bestuurder om de machine op een correcte en zo doelmatig en comfortabel mogelijk wijze te bedienen. Vooruit-/achteruit-instelling • Houd de hendel (A) omhoog. •...
Pagina 57
3 - BEDIENINGSELEMENTEN EN INSTRUMENTEN Veiligheidsgordel WAARSCHUWING Defectraken van materieel kan leiden tot onge- vallen of letsel! Doe altijd de veiligheidsgordel om voordat u de machine bedient. Controleer de onder- delen van de veiligheidsgordel op slijtage en beschadiging. Vervang alle versleten of beschadigde onderdelen van de veiligheids- gordel vóór gebruik.
3 - BEDIENINGSELEMENTEN EN INSTRUMENTEN Bedieningselementen vooruit Bedieningselementen vooruit Afstandsbedieningshendels Linker bedieningshendel: 1. De lepel-arm schuift uit. 2. De lepel-arm schuift in. 3. De bovenbouw zwenkt de linkerkant. 4. De bovenbouw zwenkt naar de rechterkant. OPMERKING: de bewegingssnelheid van de arm of het zwenksysteem hangt af van de hoek waarin de bedie- ningshendel gezet wordt.
Pagina 59
3 - BEDIENINGSELEMENTEN EN INSTRUMENTEN Rechter bedieningshendel: 5. De giek gaat omlaag. 6. De giek gaat omhoog. 7. De bak wordt ingetrokken (vullen). 8. De bak schuift uit (lossen). OPMERKING: de snelheid waarmee de giek en bak be- wegen, hangt af van de hoek waaronder de bedienings- hendel gezet wordt.
3 - BEDIENINGSELEMENTEN EN INSTRUMENTEN Bedieningshendels en pedalen om te rijden Deze hendels en pedalen worden gebruikt om met de ma- chine te rijden. (N): neutraal (a) + (b): machine beweegt vooruit. (c) + (d): machine beweegt achteruit. (b) + (c): tegengestelde gelijktijdige rotatie van de rupsen met als gevolg daarvan draaiing tegen de klok in van de machine, rond zijn centrale as.
3 - BEDIENINGSELEMENTEN EN INSTRUMENTEN Pedaal voor zwenkbeweging giek Het pedaal wordt gebruikt om de giek naar links en naar rechts te zwenken. Verwijder de afdekking (A) om de stand met de voet te ontgrendelen. Druk het pedaal naar rechts (1) om de giek naar rechts te laten zwenken.
Pagina 62
3 - BEDIENINGSELEMENTEN EN INSTRUMENTEN Voetsteun SMIL16MEX1264BA...
3 - BEDIENINGSELEMENTEN EN INSTRUMENTEN Bedieningselementen aan de linkerzijde Bedieningselementen aan de linkerzijde SMIL16MEX1489EB (1) Veiligheidsblokkeerhendel (raadpleeg pagina 3-11) De eerste stap activeert de koplamp en de verlichting van het instrumentenpaneel. (2) Linker bedieningshendel (raadpleeg pagina 3-4) De tweede stap activeert de werklamp en het indicatie- lampje in de schakelaar.
Pagina 64
3 - BEDIENINGSELEMENTEN EN INSTRUMENTEN Schakelaar voor activering systeem hydrau- lische snelkoppeling (optie). De schakelaar voor activering van het hydraulische snel- koppelingsysteem (6) wordt gebruikt om het hydraulische snelkoppelingsysteem te koppelen of af te koppelen. Deze schakelaar is voorzien van een schuifmechanisme (A) om onbedoelde bediening van de schakelaar te voor- komen.
3 - BEDIENINGSELEMENTEN EN INSTRUMENTEN Veiligheidsblokkeerhendel WAARSCHUWING Onverwachte beweging van de machine! Wanneer u de bestuurdersstoel moet verlaten, plaatst u altijd de veiligheidshendel in de VER- GRENDELDE stand. Als de veiligheidshendel ontgrendeld is en de bedieningshendel onver- wacht wordt verzet, kunnen er ernstige onge- lukken gebeuren.
3 - BEDIENINGSELEMENTEN EN INSTRUMENTEN Bedieningselementen rechts Bedieningselementen rechts SMIL16MEX2304FB (1) Bedieningshendel rechts (raadpleeg pagina 3-4) en LET OP: sluit alleen 12 V, 120 W apparaten op het stop- claxon drukknop. Activeer de claxon door de knop inge- contact aan. Het aansluiten van apparaten die op een drukt te houden.
3 - BEDIENINGSELEMENTEN EN INSTRUMENTEN Schakelaar voor waarschuwing overbelas- ting (optie) Met een druk op de overbelastingsschakelaar (7) wordt de overbelasting waarschuwingsfunctie geactiveerd. De zoemer en het rode waarschuwingslampje op het instru- mentenpaneel worden ingeschakeld als de machine over- belast is. De zoemer en het rode waarschuwingslampje op het in- strumentenpaneel worden uitgeschakeld als de overbe- lastingsschakelaar wordt ingedrukt.
Pagina 68
(2) ON (AAN): contact, alle systemen van de machine werken. De zoemer weerklinkt gedurende 1 s. LET OP: Als dit alarm niet afgaat, is er een storing in het circuit. Neem contact op met uw NEW HOLLAND CONSTRUCTION dealer voor inspectie en onderhoud. (3) START (STARTEN): ontsteking motor.
3 - BEDIENINGSELEMENTEN EN INSTRUMENTEN Bedieningshendel voor dozerblad WAARSCHUWING Gevaar voor omstanders! Zorg er ALTIJD voor dat er geen andere personen en/of dieren op het werkterrein aanwezig zijn voordat u deze procedure start. Wees u bewust van het volledige gebied dat de machine kan bestrijken indien hij beweegt.
3 - BEDIENINGSELEMENTEN EN INSTRUMENTEN Instrumentenpaneel Het instrumentenpaneel bevat meters en lichtjes, zoals Indicatielichtjes: geven de werkingsstatus van de ma- hieronder is aangegeven, die de bestuurder waarschu- chine aan. wen in het geval dat de machine een storing vertoont of OPMERKING: het instrumentenpaneel van deze ma- dat situaties zich voordoen die nadelig zijn voor de juiste chine is niet in staat om de volledige conditie van de...
Pagina 71
3 - BEDIENINGSELEMENTEN EN INSTRUMENTEN 1. Temperatuurmeter motorkoelvloeistof De temperatuurmeter voor de motorkoelvloeistof geeft de temperatuur aan van de motorkoelvloeistof. Het rode bereik (A) licht op bij een temperatuur hoger dan 115 °C (239 °F) Het waarschuwingslichtje (B) gaat branden en een zoemer gaat af bij een temperatuur hoger dan 115 °C (239 °F).
3 - BEDIENINGSELEMENTEN EN INSTRUMENTEN 4. Waarschuwingslichtjes luchtfilter Het rode waarschuwingslichtje luchtfilter (4) brandt wan- neer het luchtfilter verstopt is. SMIL16MEX1501AA Indicatielichtje ontgrendeling hydrauli- sche snelkoppeling Het rode indicatielichtje voor de ontgrendeling van de hy- draulische snelkoppeling (5) brandt en de zoemer gaat af als schakelaar van het hydraulische snelkoppelingsys- teem wordt ingeschakeld.
3 - BEDIENINGSELEMENTEN EN INSTRUMENTEN 8. Indicatielichtje motorvoorverwarming Het oranje indicatielichtje motorvoorverwarming (8) brandt als het contact is geplaatst in de stand HEAT (VERWARMEN). SMIL16MEX1501AA 9. Waarschuwingslichtje overbelasting Het rode waarschuwingslichtje overbelasting (9) brandt als de machine overbelast is. Het waarschuwingsalarm voor overbelasting moet voorkomen dat te zware lasten worden geheven.
3 - BEDIENINGSELEMENTEN EN INSTRUMENTEN 12. Menuknop Toon het volgende scherm op het hoofddisplay door op de knop (12) te drukken. SMIL16MEX1501AA 13. Enter en stopknop zoemer Druk op de knop (13) om het menu te selecteren. Druk op de knop (13) om de zoemer uit te schakelen wan- neer deze afgaat.
3 - BEDIENINGSELEMENTEN EN INSTRUMENTEN Bedieningselementen achteruit Opbergvak Dit vak bevindt zich onder de bestuurdersstoel en wordt gebruikt voor het opbergen van allerlei voorwerpen. Vergrendel en ontgrendel het opbergvak met de contact- sleutel. SMIL16MEX1468BA 3-21...
3 - BEDIENINGSELEMENTEN EN INSTRUMENTEN Externe bedieningselementen Zijluiken WAARSCHUWING Bewegende delen! Zorg ervoor dat alle toegangsluiken voor personen of mechanische componenten goed gesloten zijn voordat u met de machine gaat werken. Als u zich hier niet aan houdt, kan dit leiden tot ernstig of dodelijk letsel. W0238A Zijkap Het toegangsluik van de motor (A) biedt toegang tot de...
Pagina 77
3 - BEDIENINGSELEMENTEN EN INSTRUMENTEN Openen LET OP: Open eerst het toegangsluik van de motor als u de rechter zijkap moet openen en vervolgens de rechter zijkap om schade aan de afdichting tussen de twee luiken te vermijden. Raadpleeg de sticker die boven de hand- greep van de zijkap is aangebracht en verricht de onder- staande procedure.
Pagina 78
3 - BEDIENINGSELEMENTEN EN INSTRUMENTEN Sluiten LET OP: Zorg ervoor dat het toegangsluik van de motor open is als u de rechter zijkap moet sluiten. Sluit eerst de rechter zijkap en dan het toegangsluik van de motor om beschadiging van de afdichting tussen de twee luiken te vermijden.
3 - BEDIENINGSELEMENTEN EN INSTRUMENTEN Accuscheidingsschakelaar De accuschakelaar (1) bevindt zich in de motorruimte. Open het toegangsluik om toegang te krijgen tot de ac- cuschakelaar. De accuschakelaar kan gebruikt worden om de voeding van het elektrische systeem van de machine af te koppe- len.
3 - BEDIENINGSELEMENTEN EN INSTRUMENTEN Brandstoftank WAARSCHUWING Brandgevaar! Neem bij het werken met dieselbrandstof de volgende veiligheidsmaatregelen in acht: 1. Rook niet. 2. Vul de tank nooit terwijl de motor draait. 3. Veeg gemorste brandstof onmiddellijk op. Als u zich hier niet aan houdt, kan dit leiden tot ernstig of dodelijk letsel. W0099A Gebruik de startsleutel om de deur (1) aan de bovenkant van de motorkap te ontgrendelen.
Pagina 81
3 - BEDIENINGSELEMENTEN EN INSTRUMENTEN U kunt de brandstoftank (4) ook bereiken door de zijkap te openen. Gebruik de contactsleutel om de zijkap te ontgrendelen. Gebruik geschikte brandstof. OPMERKING: maak het gebied rond de tankdop (3) schoon alvorens te tanken en verwijder het filter niet uit de nek van de brandstoftank.
Pagina 82
3 - BEDIENINGSELEMENTEN EN INSTRUMENTEN 3-28...
4 - BEDIENINGSINSTRUCTIES BEDIENINGSINSTRUCTIES###_4_### Machine starten Antidiefstalbeveiliging Motorstartlimiet (Engine Starting Limit - ESL) modus instelling De ESL is ontworpen als een diefstalbeveiliging die ongeoorloofde werking van de machine voorkomt. Als de ESL op “Altijd” is ingesteld, moet het wachtwoord worden ingevoerd wanneer het contact op ON wordt geplaatst.
4 - BEDIENINGSINSTRUCTIES Wachtwoord wijzigen Wijzig het wachtwoord door 5 tot 10 cijfers in te voeren en daarna op Enter te drukken. 1. Verwijderen 2. Enter OPMERKING: het standaardwachtwoord is 00000 SMIL16MEX0384AA...
4 - BEDIENINGSINSTRUCTIES De motor starten WAARSCHUWING Voorkom letsel! Maak de veiligheidsgordel goed vast voordat u de motor start. De veiligheidsgordel kan uw veiligheid ten goede komen als hij op de juiste wijze wordt gebruikt en onderhouden. Zorg ervoor dat de veilig- heidsgordel altijd gespannen is en er dus geen speling in het gordelsysteem aanwezig is.
Pagina 86
4 - BEDIENINGSINSTRUCTIES 7. Controleer na twee seconden of alle lichtjes op het instrumentenpaneel uit gaan, uitgezonderd het mo- toroliedruk-waarschuwingslichtje (4) en het acculaad- waarschuwingslichtje (5). 8. Voer het wachtwoord in om de motor te kunnen starten als de ESL op Altijd is ingesteld. Wacht 10 minuten voordat u opnieuw probeert het wachtwoord in te voeren als u 5 keer achtereenvol- gens het verkeerde wachtwoord heeft ingevoerd.
4 - BEDIENINGSINSTRUCTIES De machine op bedrijfstemperatuur brengen Laat de hoofdsystemen opwarmen tot op hun normale bedrijfstemperatuur voordat u de startprocedure uitvoert. OPMERKING: de normale bedrijfstemperatuur van de hydraulische vloeistof is 50 – 80 °C (122 – 176 °F). LET OP: laat de machine niet werken als de temperatuur van de hydraulische vloeistof lager is dan 25 °C (77 °F). De opwarmprocedure is noodzakelijk voor het goede en veilige gebruik van de machine.
• Zorg ervoor dat het koelvloeistofniveau in het koelvloeistofreservoir en in de radiateur correct is. • Zorg ervoor dat u voor het koelsysteem de juiste mengverhouding van NEW HOLLAND AMBRA ACTIFULL™ OT EXTENDED LIFE COOLANT gebruikt. • Test de radiateurdop voordat het warme weer zijn intrede doet. Vervang de dop indien nodig.
4 - BEDIENINGSINSTRUCTIES Gebruik op rotsige locaties • Controleer of het onderstel schade, losgeraakte of geschilferde delen, slijtage en schade op bouten en moeren vertoont. • Laat de rupsbandspanning iets afnemen (niet meer dan 10 mm (0.4 in)) wanneer op dergelijke locaties wordt ge- werkt.
4 - BEDIENINGSINSTRUCTIES Bedienen van de machine WAARSCHUWING Gevaar van verkeerd gebruik! Volg de bedieningsinstructies in dit hoofdstuk. Elke andere manier van handelen die niet vooraf is goedgekeurd door de fabrikant is ten strengste verboden. Als u zich hier niet aan houdt, kan dit leiden tot ernstig of dodelijk letsel. W0281A WAARSCHUWING Gevaar voor omstanders!
4 - BEDIENINGSINSTRUCTIES Normale werking van de machine Tijdens het inschuiven van de arm wordt het inschuiven tijdelijk onderbroken op het aangegeven punt (X). Zodra het punt (X) is overschreden wordt de snelheid hersteld. De reden daarvoor is dat de beweging door het gewicht van de arm sneller is dan de snelheid van de oliestroom in de cilinder.
4 - BEDIENINGSINSTRUCTIES De machine gebruiken op hellingen WAARSCHUWING Gevaar tijdens het rijden! Werken op hellingen kan gevaarlijk zijn. Regen, sneeuw, ijs, los grind, een zachte bodem, enz. kunnen de bodemgesteldheid veranderen. U moet beoordelen of het veilig is om met uw machine te werken op een heuvel of helling.
Pagina 93
4 - BEDIENINGSINSTRUCTIES Tijdens het werken op een helling wordt de machine on- stabiel, raakt uit balans en wordt deze moeilijk te bedie- nen. Volgende bedieningsvoorschriften moeten daarom strikt nageleefd worden. Als de voorziene bouwplaats op een hellend terrein is gelegen, moet een hard horizontaal werkterrein worden voorzien om de machine op te plaatsen.
4 - BEDIENINGSINSTRUCTIES Graaf- en laadwerkzaamheden Plaats bij het uitgraven van een greppel de rupsbanden parallel aan de lijn van de greppel. Niet zwenken tijdens het uitgraven. 1. Doe het graafwerk met de arm. Gebruik de trekkracht van de arm voor het graven en ge- bruik deze zo nodig samen met de graafkracht van de bak.
4 - BEDIENINGSINSTRUCTIES Neerlaten van het werktuig bij een storing WAARSCHUWING Onverwachte beweging van de machine! Volg de volgende procedure alleen indien de machine defectraakt. Wees altijd zeer voorzichtig tijdens werkzaamheden. Houd andere personen uit de buurt van de bak, het werktuig en de giek. De bak of het werktuig kan onverwacht bewegen tijdens werkzaamheden, door het gewicht van de bak, het werktuig, de arm of de giek.
4 - BEDIENINGSINSTRUCTIES Bak vervangen WAARSCHUWING Vliegend object! Draag altijd oog- of gezichtsbescherming bij het uitvoeren van deze procedure. Als u zich hier niet aan houdt, kan dit leiden tot ernstig of dodelijk letsel. W0313A 1. De bak op de grond laten zakken. OPMERKING: plaats de bak net op de grond.
4 - BEDIENINGSINSTRUCTIES Waarschuwing bij gebruik van rubberen rupsbanden Correct gebruik Rubberen riem Minder trillingen Rubberrupsen beschikken over uitstekende eigenschap- Normaal bedrijf pen die stalen rupsen niet bezitten. Weinig lawaai bij het rijden Als ze echter op dezelfde wijze worden gebruikt als sta- Wegdek wordt ontzien len rupsen kan er niet ten volle worden geprofiteerd van Gemakkelijk te hanteren...
4 - BEDIENINGSINSTRUCTIES Er mag geen olie, brandstof, oplosmiddelen, enz. op de rubberen rups komen. Als dit toch zou voorvallen, veeg dan de rupsen met een doek onmiddellijk af. LELI11E0261AA Rijd niet over hete plaatsen zoals open vuur of door de zon verhitte stalen platen.
Pagina 99
4 - BEDIENINGSINSTRUCTIES Wees voorzichtig zodat de bak de rubberen rups niet be- schadigt tijdens de werkzaamheden. Beweeg de machine niet door de bak te duwen tegen een betonnen oppervlak of muren. Laat de machine langzaam zakken, wanneer ze voordien opgetild werd door middel van het hulpstuk.
Pagina 100
4 - BEDIENINGSINSTRUCTIES Als bij het rijden op een helling één kant van de machine hoger ligt, dan kan de rubberen rups beschadigd worden. Beide kanten van de machine moeten op dezelfde hoogte rijden. LELI11E0269AB Verander de richting van de machine niet met de rubbe- ren rupsen gepositioneerd op opgehoopte aarde, omdat hierdoor de rubberen rups kan laten loskomen of bescha- digen.
4 - BEDIENINGSINSTRUCTIES De machine uitzetten De motor uitschakelen 1. Laat het werktuig op de grond zakken. 2. Zet de veiligheidshendel naar achter in de stand VER- GRENDELD. 3. Zet de motorsnelheidshendel van de motor op laag stationair en laat de motor ongeveer 5 min lopen. LET OP: laat de motor ongeveer 5 min stationair draaien.
4 - BEDIENINGSINSTRUCTIES De machine verplaatsen Rijden met de machine WAARSCHUWING De bediening kan zijn omgekeerd! In de normale rijpositie bevindt de cabine zich boven de geleidewielen en bevinden de reductietand- wielen voor de rijaandrijving zich aan de achterkant van de bovenkant van de machine. Indien de bovenkant van de machine 180 graden is gedraaid ten opzichte van het onderstel, wordt de bediening omgekeerd.
4 - BEDIENINGSINSTRUCTIES Rijden in een rechte lijn (vooruit rijden) Trap de twee pedalen (of druk de twee hendels) gelijktijdig naar voren. SMIL13CEX2679AB Rijden in een rechte lijn (achteruitrijden) Druk de twee pedalen (of trek de twee hendels) tegelijk naar achteren. SMIL13CEX2680AB Naar links sturen (bij vooruit rijden) Druk het rechter pedaal of de rechter hendel naar voren.
4 - BEDIENINGSINSTRUCTIES Naar links sturen (bij achteruitrijden) Druk op het rechterpedaal of trek de rechterhendel naar achteren. SMIL13CEX2683AB Naar rechts sturen (bij achteruitrijden) Druk op het linkerpedaal of trek de linkerhendel naar ach- teren. SMIL13CEX2684AB Rechtsom op de plaats draaien Druk het linker pedaal of de linker hendel naar voren en druk tegelijk het rechter pedaal (of trek de rechter hendel) naar achteren.
4 - BEDIENINGSINSTRUCTIES Geleidelijk draaien tijdens het rijden Druk een van de pedalen of hendels naar voren of naar achteren, druk het andere pedaal of hendel in dezelfde richting, maar een weinig verder. Stoppen met rijden Laat de hendels en pedalen los om te stoppen. Deze zullen naar de neutrale stand terugspringen.
4 - BEDIENINGSINSTRUCTIES Voorzorgsmaatregelen bij het rijden op hel- lingen Tijdens het rijden op een helling wordt de machine onsta- biel, raakt uit balans en wordt deze moeilijk te bedienen. Volgende bedieningsvoorschriften moeten daarom strikt nageleefd worden. Rijd altijd met de onderwagen naar de helling gericht, nooit in de dwarsrichting.
Pagina 107
Zet de beide rupsbanden vast met de wiggen (3) en bepaal een veilige ruimte van minstens 3 m (9.8 ft) rondom de machine. Verwijder obstakels en personen uit SMIL16MEX3206AB deze ruimte. Neem contact op met uw NEW HOLLAND CONSTRUCTION dealer voor hulp. 4-25...
4 - BEDIENINGSINSTRUCTIES Machine parkeren Parkeren van de machine WAARSCHUWING Gevaar van vallen! Op of van de machine springen kan leiden tot letsel. Ga altijd met uw gezicht naar de machine staan, gebruik altijd de handrelingen en opstaptreden en stap langzaam in of uit. Houd op elk moment op drie punten contact met de machine om te voorkomen dat u valt: houd beide handen op de handrelingen en één voet op een opstaptreden of één hand op een handreling en beide voeten op de opstaptreden.
Pagina 109
3 m (9.8 ft) rondom de machine. Verwijder obsta- kels en personen uit deze ruimte. Neem contact op met uw NEW HOLLAND CONSTRUCTION dealer voor hulp. LELI11E0243AA 4-27...
5 - TRANSPORTWERKZAAMHEDEN TRANSPORTWERKZAAMHEDEN###_5_### Wegtransport De machine op een oplegger laden WAARSCHUWING Onjuiste bediening of onjuist onderhoud van deze machine kunnen leiden tot ongevallen. Wijs een supervisor aan voor het coördineren van de werkzaamheden op locatie. Maak afspraken over alle veiligheidsmaatregelen, procedures en geschikte handsignalen. Als u zich hier niet aan houdt, kan dit leiden tot ernstig of dodelijk letsel.
Pagina 112
5 - TRANSPORTWERKZAAMHEDEN De machine op een trailer laden die vanaf de achterkant beladen moet worden 1. Lijn de machine uit met de trailer, zodat de rijmotoren naar de achterkant zijn gericht. 2. Rijd langzaam de bodem van de trailer op tot de rust- stand en let vooral goed op dat het werktuig niet in aanraking komt met de bodem van de trailer.
5 - TRANSPORTWERKZAAMHEDEN Voorbereiding op wegtransport Bevestigingsmaterialen voor transport Zet de machine in de transportstand: trek de arm volledig in en draai de bak langzaam naar binnen. Breng de grondschuif omlaag. Controleer de totale hoogte tussen de vloer en het hoogste punt van de machine en controleer de totale breedte van de machine.
5 - TRANSPORTWERKZAAMHEDEN De machine van een oplegger uitladen Trailer voor transport die vanaf de achter- kant beladen moet worden 1. De trailer op een stevige en vlakke ondergrond parke- ren. Plaats blokken bij de wielen van de trailer om te voorkomen dat de trailer kan bewegen.
5 - TRANSPORTWERKZAAMHEDEN Verzendtransport Hanteren van de machine WAARSCHUWING Onjuiste bediening of onjuist onderhoud van deze machine kunnen leiden tot ongevallen. Wijs een supervisor aan voor het coördineren van de werkzaamheden op locatie. Maak afspraken over alle veiligheidsmaatregelen, procedures en geschikte handsignalen. Als u zich hier niet aan houdt, kan dit leiden tot ernstig of dodelijk letsel.
Pagina 116
5 - TRANSPORTWERKZAAMHEDEN 1. Schuif de giek, de bak en de volledig uitgeschoven lepelsteelcilinders in. 2. Zet de veiligheidsblokkeerhendel in de stand achteruit (VERGRENDELD). Zet de motor uit en verlaat het be- stuurderscompartiment. 3. Gebruik een staalkabel en een steun om een veilige afstand tot de machine te bewaren.
Als u zich hier niet aan houdt, kan dit leiden tot ernstig of dodelijk letsel. W0259A Probeer reparaties zo veel mogelijk ter plekke uit te voe- ren of raadpleeg uw NEW HOLLAND CONSTRUCTION- dealer. LET OP: de machine moet heel langzaam worden ge- sleept, slechts over een korte afstand en alleen als het niet anders kan.
LET OP: hoewel elk bedrijf de nodige onderhoudswerkzaamheden of reparaties aan uw uitrusting uit kan voeren, be- veelt NEW HOLLAND CONSTRUCTION sterk aan alleen erkende NEW HOLLAND CONSTRUCTION-dealers in te schakelen en producten te gebruiken die voldoen aan de opgegeven specificaties. Onjuist uitgevoerde onderhouds- en reparatiewerkzaamheden leidt tot het vervallen van de op uw machine en kan van invloed zijn op service-interval- len.
6 - ONDERHOUD LET OP: let er met name op dat u alle filters regelmatig vervangt. Schone filters betekenen een langere levensduur van de motor. OPMERKING: giet olie of vloeistof niet uit op de grond. Deze moeten opgeslagen en verwerkt worden door een bedrijf dat verantwoordelijk is voor de recycling of hun afvoer.
Pagina 121
6 - ONDERHOUD • Stel de achteruitkijkspiegels af.
Pagina 122
• Controleer de alarmzoemers, de werklampen en de ruitenwissers. • Controleer of alle circuits (rijden, zwenken en werktuig) goed werken. LET OP: indien u ook maar de geringste afwijking vindt, dient u deze onmiddellijk te repareren of uw NEW HOLLAND CONSTRUCTION-dealer te raadplegen.
NIET-GOEDGEKEURD brandstofmengsel (brandstof die • Biodiesel produceert minder deeltjes en zorgt voor la- niet voldoet aan de vereisten die staan gespecificeerd gere rookemissies. in EN14214), valt niet meer onder de NEW HOLLAND • Biodiesel is volledig biologisch afbreekbaar en niet gif- CONSTRUCTION-garantie. tig.
Pagina 124
• Verstopping van filters en verstuivers door een slechte LET OP: NEW HOLLAND CONSTRUCTION kan uw ga- brandstofkwaliteit. rantie doen vervallen indien het probleem verband houdt met een lage brandstofkwaliteit door een onjuist mengsel.
-15 °C (-4 °F) tot 45 °C (113 °F). LET OP: wanneer de machine wordt gebruikt bij omgevingstemperaturen die boven genoemd bereik liggen, dient u uw NEW HOLLAND CONSTRUCTION-dealer te raadplegen omtrent voor de machine specifieke middelen en de smeermiddelen die moeten worden gebruikt.
Pagina 126
LET OP: het gebruik van verschillende merken koelvloeistof wordt afgeraden. LET OP: voeg nooit Supplemental Coolant Additives (SCA) toe bij gebruik van NEW HOLLAND AMBRA ACTI- FULL™ OT EXTENDED LIFE COOLANT. LET OP: meng nooit NEW HOLLAND AMBRA ACTIFULL™ OT EXTENDED LIFE COOLANT koelvloeistof met een conventionele koelvloeistof.
LET OP: meng nooit een dieselbrandstof en oude motorolie. Het brandstofinjectiesysteem en de uitlaat na het be- handelingssysteem zullen zwaar beschadigd raken. LET OP: raadpleeg de leverancier of de NEW HOLLAND CONSTRUCTION-dealer over het juiste gebruik van brand- stofadditieven. LET OP: vul bij koud weer de brandstoftank aan het einde van elke werkdag helemaal bij om condensatie in de tank te voorkomen.
OPMERKING: controleer bijvoorbeeld dat de opvangbak voor afgedraaide olie geen lekken vertoont. Laat nooit vloeistoffen of smeermiddelen op de grond of in het water terechtkomen. Raadpleeg de NEW HOLLAND CONSTRUCTION-dealer of de lokale milieudienst voor meer informatie over de juiste manier om gebruikte vloeistof- fen en smeermiddelen van de machine af te voeren.
6 - ONDERHOUD Aanbevolen bedrijfsbereik motorolietemperatuur 15W-40 API CI-4 -40 °C -30 °C -20 °C -10 °C 0 °C 10 °C 20 °C 30 °C 40 °C 50 °C -40 °F -22 °F -4 °F 14 °F 32 °F 50 °F 68 °F 86 °F 104 °F...
6 - ONDERHOUD Druk in het hydraulisch systeem aflaten WAARSCHUWING Systeem onder druk! Het systeem staat nog steeds onder druk. Laat druk af conform de instructies in deze handleiding. Als u zich hier niet aan houdt, kan dit leiden tot ernstig of dodelijk letsel. W1044A 1.
Pagina 131
6 - ONDERHOUD 4. Beweeg de rijbedieningshendels ongeveer een tiental keren van voor naar achteren. OPMERKING: door deze procedure kan de druk niet volledig worden afgelaten. Draai de aansluitingen bij werkzaamheden aan het hydraulische systeem daarom langzaam los en blijf buiten de richting waarin de olie naar buiten stroomt.
6 - ONDERHOUD Ontluchting brandstofsysteem In de volgende gevallen moet het brandstofsysteem worden afgetapt: • De tank volledig leeg is. • Het brandstoffilter werd vervangen. • De componenten van het brandstofsysteem verwijderd werden voor service of reparatie. • De machine langer dan een maand opgeslagen is ge- weest.
Als u zich hier niet aan houdt, kan dit leiden tot ernstig of dodelijk letsel. W0111A Wanneer er gelast gaat worden aan het onderstel of aan de bovenbouw, als toegestaan door NEW HOLLAND CON- STRUCTION en in overeenstemming met hun aanwijzingen, koppel dan de accu's, de B+ en D+ aansluitingen van de dynamo en de connector van het instrumentenpaneel los en sluit de massakabel van het lasapparaat aan op de component waaraan gelast gaat worden.
6 - ONDERHOUD Inloopperiode Motorolie en filter Ververs de motorolie en vervang het motoroliefilter na de eerste 50 h bedrijfsuren. Ververs de motorolie en vervang het motoroliefilter vervolgens iedere 500 h. Verricht de handelingen beschreven op pagina 6-39 voor het verversen van de motorolie en het vervangen van het motoroliefilter.
6 - ONDERHOUD Reductietandwielen voor rijaandrijving Ververs de olie van de rijreductietandwielen na de eer- ste 500 h bedrijfsuren. Ververs de olie van de rijreduc- tietandwielen vervolgens iedere 1000 h. Verricht de handelingen beschreven op pagina 6-49 om de olie van de rijreductietandwielen te verversen. Zwenklager Smeer het zwenklager na de eerste 50 h en vervolgens iedere 250 h.
Om de 10 uur Motoroliepeil Controleer het motoroliepeil iedere 10 h of iedere dag Smeermiddel: NEW HOLLAND AMBRA MASTERGOLD™ HSP ENGINE OIL SAE 15W-40 1. Parkeer de machine op een rechte en vlakke onder- grond. Schakel de motor uit en verwijder de contact- sleutel.
C0031A Controleer het koelvloeistofpeil in het reservereservoir iedere 10 h of iedere dag Vloeistof: NEW HOLLAND AMBRA ACTIFULL™ OT EXTENDED LIFE COOLANT 1. Parkeer de machine op een rechte en vlakke onder- grond. Schakel de motor uit en verwijder de contact- sleutel.
Pagina 140
6 - ONDERHOUD 3. Controleer of het peil van de reservetank binnen de markering FULL (1) en de markering LOW (2) staat. SMIL16MEX2697AA 6-22...
W0241A Controleer het peil van de hydraulische olie iedere 10 h of iedere dag Vloeistof: NEW HOLLAND AMBRA HYDRAULIC LL 46 1. Parkeer de machine op een vlakke en rechte onder- grond en plaats het werktuig zoals in de afbeelding aan- gegeven.
Pagina 142
6 - ONDERHOUD 3. Als het hydraulische oliepeil niet in het juiste bereik staat, als volgt te werk gaan: • Voer alle druk uit de hydraulische tank af. Zie pagina 6-12. • Reinig de dop (4) en het gebied er omheen. •...
6 - ONDERHOUD Brandstoffilter/waterafscheider Tap iedere 10 h of iedere dag water en bezinksel af uit het brandstoffilter-waterafscheider. Maak het filterelement van het brandstoffilter-waterafscheider iedere 200 h schoon. Vervang het filterelement van het brandstoffilter-waterafscheider iedere 500 h Water aftappen 1. Open de motorkap zodat u aan het brandstoffilter-wa- terafscheider kunt en plaats een opvangbak die vol- doende groot is onder het brandstoffilter-waterafschei- der (1).
6 - ONDERHOUD Ventilator- en dynamoaandrijfriem Controleer de riemspanning iedere 10 h of iedere dag. LET OP: Als de motor wordt gebruikt met een losse riem, kan dit leiden tot oververhitting van de motor of onvoldoende opladen van de accu, doordat de riem slipt in de behuizing. Controle van de spanning 1.
6 - ONDERHOUD Om de 50 uur Smeerpunten (Bak) Smeer de verbindingsstang van de bak iedere 50 h. Smeermiddel: NEW HOLLAND AMBRA GR 75 MD SMIL16MEX2305FA Pen bakcilinder (kop): een smeernippel Pen bakcilinder (stang): een smeernippel Bakverbinding (bedieningsstang): een smeernippel...
6 - ONDERHOUD Smeerpunten (Giek en arm) Smeer de giek, de arm en het zwenksysteem iedere 50 h in. Smeermiddel: NEW HOLLAND AMBRA GR 75 MD SMIL16MEX2305FA Giek verbindingspen: twee smeernippels Giekcilinder (kop- en stangzijde): twee smeernippels Arm cilinderpen (kop- en stangzijde): twee smeernip-...
6 - ONDERHOUD Smeerpunten (Schuif) Smeer de schuif iedere 50 h. Smeermiddel: NEW HOLLAND AMBRA GR 75 MD SMIL16MEX2305FA Grondschuif verbindingspen: twee smeernippels Grondschuif cilinderpen: twee smeernippels LET OP: als u met de machine werkt in water of modder, moet u de connectorpen en de cilinderpen van de grond- schuif elke 10 h smeren.
6 - ONDERHOUD Spanning rupsen WAARSCHUWING Gevaar van omslaan! Hef de rupsband niet meer dan nodig is. Als u zich hier niet aan houdt, kan dit leiden tot ernstig of dodelijk letsel. W0276A Controleer elke 50 h de spanning van de rupsen LET OP: Als de rupsen te strak aangespannen zijn, zullen ze snel slijten.
Pagina 149
6 - ONDERHOUD WAARSCHUWING Vloeistof onder druk kan doordringen in de huid en ernstig letsel veroorzaken. Het smeervet in de cilinder staat onder hoge druk. Draai de smeernippel nooit volledig los om de stroming van het smeervet te versnellen. Als u zich hier niet aan houdt, kan dit leiden tot ernstig of dodelijk letsel.
6 - ONDERHOUD Om de 200 uur Brandstoffilter/waterafscheider Tap iedere 10 h of iedere dag water en bezinksel af uit het brandstoffilter-waterafscheider. Maak het filterelement van het brandstoffilter-waterafscheider iedere 200 h of elke week schoon. Vervang het filterelement van het brandstoffilter-waterafscheider iedere 500 h 1.
Pagina 151
6 - ONDERHOUD Element vervangen 1. Draai de brandstofkraan (2) op het brandstoffilter-wa- terafscheider om de (1) brandstofstroom te stoppen. 2. Verwijder het bakje (4) van het brandstoffilter-wateraf- scheider. 3. Houd het bakje (4) voorzichtig vast zodat u geen brand- stof morst.
6 - ONDERHOUD Om de 250 uur Accu WAARSCHUWING Onjuiste bediening of onjuist onderhoud van deze machine kunnen leiden tot ongevallen. Voordat u werkzaamheden uitvoert aan een onderdeel van het elektrisch circuit, moet u het contact volledig uitschakelen. Neem bij het loskoppelen van accu's altijd eerst de minkabel (-) los. Sluit bij het aansluiten van accu's altijd de minkabel (-) als laatste aan.
6 - ONDERHOUD Reiniging van de accu 1. Was de aansluitklem met schoon water en breng ver- volgens was aan op de aansluitklemmen. SMIL16MEX2521AB Controle accuspanning. LET OP: Als de machine korte tijd wordt gebruikt zonder accu (met gebruik van een slave-accu voor het starten), gebruik dan extra stroom(lichten) wanneer de motor loopt en isoleer de klem van de accu.
6 - ONDERHOUD De motor starten met een startkabel WAARSCHUWING Onjuiste bediening of onjuist onderhoud van deze machine kunnen leiden tot ongevallen. Het onjuist aansluiten van startkabels of het kortsluiten van de accupolen kan leiden tot een ongeval. Sluit startkabels aan conform de instructies in deze handleiding. Als u zich hier niet aan houdt, kan dit leiden tot ernstig of dodelijk letsel.
6 - ONDERHOUD Zwenklager Smeer het zwenklager iedere 250 h. Smeermiddel: NEW HOLLAND AMBRA GR-9 MULTI-PURPOSE GREASE Zwenklager: twee smeernippels Gebruik een vetpistool om vet van het voorgeschreven type in de getoonde smeerpunten te spuiten. SMIL16MEX1424AA 1. Zwenkcilinder giek B. Zwenklager C.
Motorolie en filter Ververs de motorolie en vervang het oliefilter iedere 500 h Smeermiddel: NEW HOLLAND AMBRA MASTERGOLD™ HSP ENGINE OIL SAE 15W-40 Hoeveelheid: 6.7 L (1.8 US gal) OPMERKING: ververs de olie terwijl de motor nog warm, maar niet heet is. Op die manier vloeit de olie beter.
Pagina 158
6 - ONDERHOUD 8. Monteer een nieuw filter. Draai het filter tot de afdich- ting de filterkop raakt en draai het dan met de hand nog een halve slag verder. OPMERKING: gebruik geen filtersleutel om het filter aan te spannen. Te vast aanspannen kan het filter en de af- dichting ervan beschadigen.
6 - ONDERHOUD Brandstoffilter WAARSCHUWING Brandgevaar! Neem bij het werken met dieselbrandstof de volgende veiligheidsmaatregelen in acht: 1. Rook niet. 2. Vul de tank nooit terwijl de motor draait. 3. Veeg gemorste brandstof onmiddellijk op. Als u zich hier niet aan houdt, kan dit leiden tot ernstig of dodelijk letsel. W0099A Vervang het element van het brandstoffilter iedere 500 h LET OP: werk niet in een omgeving waarin andere stoffen in de brandstofleidingen kunnen komen.
6 - ONDERHOUD Luchtfilter VOORZICHTIG Vliegende resten! Perslucht kan vuil, roest, enz. de lucht in blazen. Draag oog- en gezichtsbescherming als u werkt met perslucht. Als u zich hier niet aan houdt, kan dit licht tot middelzwaar letsel tot gevolg hebben. C0049A Reinig het luchtfilter iedere 500 h of wanneer het “luchtfilter waarschuwingslampje”...
Pagina 161
OPMERKING: gebruik geen perslucht als er olie of roet op het element zit. Als de patroon vettig is: Maak het met water en een geschikt reinigingsmiddel schoon. (Raadpleeg uw NEW HOLLAND CONSTRUC- TION-dealer). De gebruiksaanwijzing van het reinigingsmiddel staat op de verpakking.
Pagina 162
6 - ONDERHOUD 7. Installeer het secundaire element en het primaire ele- ment in het luchtfilter. 8. Installeer de afdekking (1) en vergrendel de bevestigin- gen (2). LET OP: de luchtstroomsensor zit op het inlaatkanaal van het luchtfilter. Zorg ervoor dat er geen stof in het inlaat- kanaal terechtkomt wanneer u het luchtfilterelement ver- vangt.
Blaas lucht tegen de richting van de luchtstroom van de ventilator in. LET OP: Neem contact op met uw NEW HOLLAND CON- STRUCTION dealer als er vettig of olieachtig stof aanwezig is zodat een speciale reiniging kan worden uitgevoerd.
OPMERKING: trek of duw nooit aan de ventilator. 2. Controleer of de ventilator stevig is vastgezet. 3. Haal indien nodig de schroeven van de afdekking aan. Neem contact op met uw NEW HOLLAND CON- STRUCTION dealer om de ventilator te vervangen als deze is beschadigd.
6 - ONDERHOUD Om de 1000 uur Retourfilter hydraulische olie WAARSCHUWING Gevaar van verbranding! Voordat u servicewerkzaamheden uitvoert aan het hydraulisch systeem, moet u dit laten afkoelen. De temperatuur van de hydraulische vloeistof mag niet hoger zijn dan 40 °C (104 °F). Als u zich hier niet aan houdt, kan dit leiden tot ernstig of dodelijk letsel.
6 - ONDERHOUD Filter van stuurleiding WAARSCHUWING Gevaar van verbranding! Voordat u servicewerkzaamheden uitvoert aan het hydraulisch systeem, moet u dit laten afkoelen. De temperatuur van de hydraulische vloeistof mag niet hoger zijn dan 40 °C (104 °F). Als u zich hier niet aan houdt, kan dit leiden tot ernstig of dodelijk letsel. W0241A WAARSCHUWING Systeem onder druk!
OPMERKING: controleer de conditie van de afgetapte olie. SMIL16MEX1456AA Als er stukjes metaal of andere vreemde deeltjes in de olie zitten, dient u advies te vragen aan de NEW HOLLAND CONSTRUCTION-dealer. 7. Vervang de O-ring afdichting van de aftapplug (1).
Als u zich hier niet aan houdt, kan dit leiden tot ernstig of dodelijk letsel. W1469A Ververs de motorkoelvloeistof iedere 2000 h Vloeistof: NEW HOLLAND AMBRA ACTIFULL™ OT EXTENDED LIFE COOLANT Hoeveelheid (mengsel antivries/water): 5.5 L (1.5 US gal) Drainage van de radiateur 1.
Pagina 169
6 - ONDERHOUD Spoel de radiateur door 6. Vul het systeem met een mengsel van natriumcarbo- naat en water (of een soortgelijk product dat in de han- del verkrijgbaar is). OPMERKING: gebruik 0.5 kg (1.1 lb) natriumcarbonaat elke 23 L (6.1 US gal) water. 7.
6 - ONDERHOUD Aanzuigfilter voor hydraulische olie WAARSCHUWING Gevaar van verbranding! Voordat u servicewerkzaamheden uitvoert aan het hydraulisch systeem, moet u dit laten afkoelen. De temperatuur van de hydraulische vloeistof mag niet hoger zijn dan 40 °C (104 °F). Als u zich hier niet aan houdt, kan dit leiden tot ernstig of dodelijk letsel. W0241A WAARSCHUWING Systeem onder druk!
6 - ONDERHOUD Controleren van de leidingen van het hydraulische systeem Zorg dat er geen lekkage is uit de slangen, pijpen, plug- gen, aansluitingen en fittingen van het hydraulische systeem en controleer of alle moeren en schroeven goed zijn aangedraaid. In geval van problemen, dient u het (de) betrokken onderdeel (onderdelen) te repare- ren of te vervangen, of aan te spannen.
Als u zich hier niet aan houdt, kan dit leiden tot ernstig of dodelijk letsel. W0178A Ververs de hydraulische olie iedere 5000 h Vloeistof: NEW HOLLAND AMBRA HYDRAULIC LL 46 Hoeveelheid: 27 L (7.1 US gal) LET OP: verlaag het verversingsinterval van de hydraulische olie bij gebruik van de hydraulische breker. Ververs de hydraulische olie iedere 600 h.
Pagina 173
6 - ONDERHOUD 3. Open de zijkap en draai de vuldop los (1). SMIL16MEX2695BA 6-55...
Pagina 174
6 - ONDERHOUD 4. Plaats een opvangbak met een inhoud van 30 L (7.9 US gal) onder de aftapplug. Draai de aftapplug op de bodem van de hydraulische-olietank los. 5. Controleer het hydraulische olie zuigfilter als de hy- draulische olie is afgetapt, zie pagina 6-52. 6.
6 - ONDERHOUD Indien nodig Lampen vervangen Werklampen 1. Verwijder de twee bevestigingsschroeven. SMIL16MEX0939AA 2. Neem het werklicht (1) uit en haal de stekker van het lampje (2) los. SMIL16MEX0935AA 3. Druk de klem (1) naar buiten en verwijder het lampje (2).
Pagina 176
6 - ONDERHOUD 4. Breng een nieuwe lampje 24 W aan in het werklicht. OPMERKING: controleer of het lampje correct is aange- bracht. 5. Druk de klem naar binnen om het lampje vast te zetten. 6. Sluit de stekker van het lampje aan. 7.
6 - ONDERHOUD Aftapplug van brandstoftank WAARSCHUWING Brandgevaar! Neem bij het werken met dieselbrandstof de volgende veiligheidsmaatregelen in acht: 1. Rook niet. 2. Vul de tank nooit terwijl de motor draait. 3. Veeg gemorste brandstof onmiddellijk op. Als u zich hier niet aan houdt, kan dit leiden tot ernstig of dodelijk letsel. W0099A Tap naar behoefte water en bezinksel af uit de brandstoftank.
6 - ONDERHOUD Zeef van brandstoftank Maak het rooster van de brandstoftank regelmatig schoon 1. Verwijder de tankdop. 2. Verwijder het rooster van de tankdop in de brandstof- vulnek. 3. Inspecteer het rooster van de brandstoftank op schade. Als het beschadigd is, dient u het weg te gooien en te vervangen.
6 - ONDERHOUD Afstandsbedieningshendels Smeer, wanneer nodig, de hydraulische bedieningshendels in Vloeistof: NEW HOLLAND AMBRA GR 75 MD 1. Verwijder de balg (A) van de bedieningshendel. 2. Smeer het koppeldeel (X) en de schuifdelen (Y) in met een vetspuit. 3. Herhaal de procedure voor de andere hydraulische be- dieningshendel.
6 - ONDERHOUD Locaties van zekeringen en relais Zekeringen Open de deur (2) onder de bestuurdersstoel voor toe- gang tot de zekeringhouder (1). Op het deksel van de zekeringhouder is de functie en de stroomsterkte van elke zekering aangegeven. LET OP: voordat u zekeringen of relais vervangt, zet u de contactsleutel in de stand OFF.
Pagina 181
6 - ONDERHOUD SMIL16MEX1480FB Functies van de zekering (1) Ruitenwissermotor, Voedingspomp 20 A (9) Radio monitor B+ 20 A (2) Claxon, sigarettenaansteker 20 A (10) Radio monitor 10 A (3) Veiligheid EPPR 20 A (11) ECU 30 A (4) Starter, Dynamo 20 A (12) Airco verwarming 30 A (5) Opt/reizen 20 A (13) Werklamp 20 A...
De blootliggende op- pervlakken van de cilinderstangen moeten worden gesmeerd of afgedekt met een beschermlaagje. Raad- pleeg uw NEW HOLLAND CONSTRUCTION-dealer. OPMERKING: wanneer de machine weer in bedrijf wordt genomen, zal de beschermlaag automatisch verdwijnen. 5. Tap het oliecarter af terwijl de motor nog warm is, ver- vang het oliefilter en vul het met de voorgeschreven olie.
6 - ONDERHOUD Periodieke controles WAARSCHUWING Gevaar van inhalering! Risico voor bestuurder en omstanders. Laat de motor niet draaien in gesloten ruimten. Zorg altijd voor voldoende ventilatie. Als u zich hier niet aan houdt, kan dit leiden tot ernstig of dodelijk letsel. W0156A Controleer iedere maand: 1.
6 - ONDERHOUD De machine opstarten na stalling WAARSCHUWING Onverwachte beweging van de machine! Voordat u de motor start, moet u alle bedieningselementen in de neutrale stand zetten. Als u zich hier niet aan houdt, kan dit leiden tot ernstig of dodelijk letsel. W0311A WAARSCHUWING Gevaar van inhalering! Risico voor bestuurder en omstanders.
OPMERKING: In dit hoofdstuk vindt u een beschrijving van gemakkelijke diagnosemethodes voor motorgerelateerde problemen en de oplossingen hiervoor. Als u er niet in slaag de oorzaak van een probleem te achterhalen of een probleem op te lossen, dient u de NEW HOLLAND CONSTRUCTION-dealer te raadplegen. Probleem...
OPMERKING: in dit hoofdstuk vindt u een beschrijving van gemakkelijke diagnosemethodes voor problemen gerela- teerd aan het elektrische systeem en de oplossingen hiervoor. Als u er niet in slaag de oorzaak van een probleem te achterhalen of een probleem op te lossen, dient u de NEW HOLLAND CONSTRUCTION-dealer te raadplegen. Probleem...
OPMERKING: in dit hoofdstuk vindt u een beschrijving van gemakkelijke diagnosemethodes voor algemene proble- men en de oplossingen hiervoor. Als u er niet in slaag de oorzaak van een probleem te achterhalen of een probleem op te lossen, dient u de NEW HOLLAND CONSTRUCTION-dealer te raadplegen. Probleem...
8 - SPECIFICATIES SPECIFICATIES###_9_### Machinespecificaties Motor Model Yanmar 3TNV88F-ESHYB Type 4-takt verticale kopklep, diesel Koeling Watergekoeld Aantal cilinders en opstelling 3 cilinders, op een rij Ontstekingsvolgorde 1 - 3 - 2 Type verbrandingskamer Directe inspuiting Cilinder boring x slag 88 mm (3.46 in) x 90 mm (3.54 in) 1642 cm³...
Pagina 190
8 - SPECIFICATIES Zwenkmotor Motor van de axiale zuigerpomp met vaste Type opbrengst Inhoud 22 cm³/rev (1.3 in³/rev) Overdrukklep 19616 kPa (2845 psi) Automatisch veerbediende hydraulische Remsysteem ontkoppeling Remkoppel 90.2 N·m (66.5 lb ft) Remontkoppelingsdruk 1958 – 6378 kPa (284 – 925 psi) Reductietandwiel 2-traps planetair tandwielstelsel Rijmotor...
8 - SPECIFICATIES Typen rupsplaten - Rubberen track Breedte rupsplaten 300 mm (11.8 in) Bodemdruk 27.6 kPa (4.0 psi) 1550 mm (61.0 in) Totale breedte Aantal rollen en rupsplaten per zijde Bovenste rol Onderste rol Rupsplaten...
8 - SPECIFICATIES Afmetingen SMIL16MEX1545FA (A) Totale lengte 4640 mm (182.7 in) (B) Totale breedte met rupsplaat van 300 mm (11.8 in) 1550 mm (61.0 in) (C) Totale hoogte 2500 mm (98.4 in) (E) Totale cabinehoogte 2500 mm (98.4 in) (F) Bodemvrijheid contragewicht 540 mm (21.3 in) (H) Minimale bodemvrijheid...
Pagina 193
8 - SPECIFICATIES Werkbereik SMIL16MEX2310FA (A) Maximaal graafbereik 5180 mm (203.9 in) (A’) Maximaal graafbereik op grondniveau 5060 mm (199.2 in) (B) Maximale graafdiepte 3035 mm (119.5 in) (B’) Maximale graafdiepte op grondniveau (8ft-niveau) 2555 mm (100.6 in) (C) Maximale verticale wandgraafdiepte 2030 mm (79.9 in) (D) Maximale graafhoogte 4650 mm (183.1 in)
9 - ACCESSOIRES ACCESSOIRES###_10_### Rechtstreeks aan te brengen bakken De minimum hijsvermogens als functie van de armlengte worden hieronder getoond. De gegevens verwijzen naar werkzaamheden met de grondschuif in de hoge stand, en 250 mm (9.84 in)rubberen rupsplaat. Voor machine met een contragewicht van 220 kg (485 lb): •...
9 - ACCESSOIRES Extra hydraulische circuits De machine kan zijn voorzien van een enkel- of dubbelwerkend hydraulisch circuit. • Het enkelwerkende hydraulische circuit is bestemd voor het gebruik van werktuigen zoals een hydraulische breker. • Het dubbelwerkende hydraulische circuit is bestemd voor het gebruik van werktuigen zoals een grijper of een breek- schaar.
9 - ACCESSOIRES Circuitconfiguratie Gebruik de extra bobine van de hoofdbedieningsklep voor de oliedrukleiding van de breker. Stel de juiste druk van de breker in op de overdrukklep. De druk van het systeem is 19615 kPa (2845 psi). Gebruik de accumulator op de toevoer- en retourleiding van de breker. Als de accumulator niet gebruikt wordt, zal schade ontstaan wanneer de ingangsgolf wordt geleverd.
Pagina 198
• Bedien de proportionele schakelaar naar rechts om de grijper of bout te sluiten. Raadpleeg uw NEW HOLLAND CONSTRUCTION-dealer om een optioneel werktuig te kiezen dat compatibel is met uw machine en om het soort flow aan te passen dat vereist is voor een juist gebruik ervan.
Pagina 199
Raadpleeg uw NEW HOLLAND CONSTRUCTION-dealer om een optioneel werktuig te kiezen dat compatibel is met uw machine en om het soort flow aan te passen dat vereist is voor een juist gebruik ervan.
9 - ACCESSOIRES Richtlijnen voor het gebruik van hydraulische werktuigen Kies altijd een hydraulisch werktuig dat geschikt is voor de installatie op de machine om ernstige schade aan de frames en de systemen van de machine te voorkomen. Selecteer een hydraulisch werktuig dat de algehele stabiliteit van de machine niet in gevaar brengt.
Pagina 201
9 - ACCESSOIRES Werk niet met de breker met de cilinders van de graaf- machine volledig uitgeschoven of ingetrokken om te voor- komen dat het voorzetstuk en/of de cilinder beschadigd raakt. SMIL16MEX2301AA Stop met werken als de hydraulische slangen abnormaal verbogen lijken.
Pagina 202
9 - ACCESSOIRES Gebruik de hydraulische breker niet tijdens het slaan. Daardoor kan schade aan de inrichting en het zwenksys- teem worden veroorzaakt. SMIL16MEX2645AB Werk niet langer dan 60 s aan een stuk met de hydrauli- sche breker. Dit kan leiden tot overmatige slijtage van de beitel.
9 - ACCESSOIRES Hydraulische olie - breker/knabbelschaar Bij gebruik van de hydraulische breker wordt de hydraulische vloeistof sneller slechter dan bij gewoon graven. Con- troleer het peil van de hydraulische vloeistof daarom vaker. Controleer tevens bij het vervangen van de filters de toestand van de hydraulische vloeistof.
9 - ACCESSOIRES Hanteren van lasten WAARSCHUWING Gevaar van verbrijzeling! Tijdens het hanteren met lasten is het zeer belangrijk om u strikt te houden aan de instructies in deze handleiding en de lokale wetgeving. Als u zich hier niet aan houdt, kan dit leiden tot ernstig of dodelijk letsel. W0257A WAARSCHUWING Onjuiste bediening of onjuist onderhoud van deze machine kunnen leiden tot ongevallen.
Pagina 205
9 - ACCESSOIRES Ga als volgt verder voor werkzaamheden met hangende lasten: • De massa van het te hanteren object beoordelen (in- dien onbekend) en deze vergelijken met de gegevens uit de tabel met hijsbare lasten (1) in de overkapping. Geen lasten heffen die de maximumwaarden uit deze tabel overschrijden.
Pagina 206
9 - ACCESSOIRES Tabel voor lasthantering De tabel voor lasthantering geeft het nominale hefvermogen op waar u rekening mee moet houden op verschillende afstanden tot de zwenkas. Het nominale hefvermogen wordt bepaald in overeenstemming met SAE J1097 en ISO 10567 als de kleinste waarde van de nominale kantellast ( 75% van de kantellast) of het nominale hefvermogen van de hydraulische lift ( 87% van het hefvermogen van de hydraulische lift).
Indien afwijkende omstan- digheden worden aangetroffen, contact opnemen met de NEW HOLLAND CONSTRUCTION-dealer. LET OP: de drukinstelling van de veiligheidskleppen moet iedere 6 maanden worden gecontroleerd. Raadpleeg de NEW HOLLAND CONSTRUCTION-dealer.
Grijperbeugel De arm kan worden uitgerust met de steun om de hydrau- lische schuifknop te installeren. OPMERKING: Raadpleeg uw NEW HOLLAND CON- STRUCTIONdealer om de hydraulische schuifknop te selecteren die compatibel is met uw machine en om deze correct te installeren.
Wanneer een machine op of langs de weg gebruikt wordt, is een zwaailicht vereist om verkeersongevallen te voor- komen. Neem contact op met uw NEW HOLLAND CONSTRUC- TION-dealer om het zwaailicht te laten installeren. SMIL16MEX0021AA Wijzig tijdens de machine-overdracht de positie van de lamp naar de horizontale positie.