Sectie 4. Ritme gebruiken
Over ritme
De MICRO BR voorziet in een speciale ritme
track, naast zijn geluidstracks 1-4.
U kunt ritmes spelen als leidraad tijdens een
opname of interne ritmes in de volgorde van een
song structuur plaatsen om uw eigen originele
ritme te creëren.
Over patronen en
arrangementen
Globaal gesproken bestaan de ritmes van de
MICRO BR uit uitvoeringsdata genaamd
'patterns' (patronen) en 'arrangements' (arrange-
menten).
Wat is een patroon?
Als u een drummer bent die in een band speelt,
zult u normaalgesproken vaststaande patronen
van één of twee maten lang herhalen. Dit zijn de
basis eenheden van herhaling, en worden op de
MICRO BR 'patterns' (patronen) genoemd.
Voorbeeld van een patroon
Uitgaande van een vierkwarts maat, zal de
volgende uitvoering worden herhaald.
fig.04-onpu
Patroon
* U kunt een patroon niet wijzigen, noch de data
herschrijven.
80
Snare drum
Herhaling
Bas drum
De MICRO BR bevat verscheidene patronen,
gecreëerd om in het intro, couplet, refrein, fill en
einde te gebruiken.
Het patroon type wordt aangegeven met de let-
ters aan het eind van de patroon naam.
(Voorbeeld)
• ROCK1-IN (Intro)
• ROCK1-V1 (Couplet 1)
• ROCK1-F1 (Fill 1)
• ROCK1-V2 (Couplet 2)
• ROCK1-F2 (Fill 2)
• ROCK1-E (Einde)
IN (intro)
Een uitvoeringspatroon dat tijdens een intro
gebruikt kan worden.
V (verse/couplet) 1, 2
Dit zijn de belangrijkste uitvoeringspatronen. 1 is
het basis patroon, en 2 is een meer uitgebreide
versie van 1.
F (Fill) 1, 2
Dit zijn uitvoeringspatronen die specifiek voor
overgangen tussen twee frases worden gebruikt.
Kies 1 of 2, afhankelijk van het patroon dat na de
fill volgt.
E (Einde)
Een uitvoeringspatroon dat aan het eind van de
song wordt gebruikt.