Hoofdstuk 4 Menubewerkingen
4-3
Het monster-ID invoeren
Voer het monster-ID in dat wordt gebruikt voor de respectieve meeteenheden.
Beperkingen van het monster-ID
Voer voor het monster-ID maximaal 18 alfanumerieke tekens of symbolen in.
REFERENTIE: Zie "2-3-3 Tekens invoeren" (pagina 2-6) voor meer informatie over het invoeren van tekens.
Het aantal monster-ID's dat kan worden ingevoerd, verschilt afhankelijk van de aangesloten meeteenheid.
Bv.:
• SPOTCHEM D-01: meet tot 2 monsters tegelijkertijd, dus maakt de invoer van 2 monster-ID's mogelijk.
• SPOTCHEM D-02: meet slechts 1 monster per keer, dus maakt de invoer van 1 monster-ID mogelijk.
Meerdere monster-ID's invoeren
Afhankelijk van de aangesloten meeteenheid kan dezelfde monster-ID in meer dan één CH worden ingevoerd.
Hieronder ziet u een voorbeeld van de SPOTCHEM D-01 aangesloten op
D-00 QR
4-4
Voer de CH1 monster-ID in.
Druk op
.
Voer de CH2 monster-ID in.
Druk op
.
Voer dezelfde monster-ID in CH1 en CH2 in.
Druk op
.
De monster-ID in CH1 of CH2 kan niet worden ingevoerd.
.