4. Het hoortoestel gebruiken
Stap 8.2 Het luisterprogramma van de nano wijzigen
(geconfigureerd door de audicien)
Terwijl het hoortoestel aan is, houdt u de magneet in de
gehoorgang zonder het hoortoestel te raken. De wijziging
van het programma wordt bevestigd door pieptonen
(Fig. 8b).
De combinatie van het individuele programma en de
hoeveelheid piepjes (geluidspatroon) kan door uw
audicien geconfigureerd worden.
I Informatie over uw persoonlijke instelling (positie
en aantal programma's) wordt door uw audicien
gegeven.
I De wijziging van de programma's gebeurt op
volgorde. Nadat de serie pieptonen te horen is
geweest, gaat uw hoortoestel terug naar het
oorspronkelijke programma.
I Verwijder de magneet zodra uw nano op het
gewenste programma staat.
26
Stap 8.3 Het volume van de nano aanpassen
(geconfigureerd door de audicien)
I Afhankelijk van de instelling kunt u het volume
verhogen of verlagen
Terwijl het hoortoestel aan is, houdt u de magneet in de
gehoorgang zonder het hoortoestel te raken. Elke stap in
volumewijziging wordt bevestigd door een pieptoon. Het
laagste of hoogste volume wordt bevestigd door twee
pieptonen.
I Verwijder de magneet zodra het volume naar uw zin
is.
27