Inhoudsopgave
Advertenties
4
Inbedrijfstelling
• Gebruik altijd originele accessoires en onderdelen!
4.2.3
Installatie
Bij het opbouwen van de transportkar moet erop worden gelet dat deze op een stevige
ondergrond komt te staan.
• Plaats de kar niet op oneffen ondergronden!
• Het standplaatsoppervlak moet waterpas zijn en vlak!
• Bij het verrijden en opbouwen van de transportkar is slechts tot een hoek van 10°
gewaarborgd dat deze niet omkiept.
• Voorzichtig bij een zanderige, kleiachtige, zachte, natte en glibberige ondergrond!
• Vermijd uitstekende delen zoals accessoires en toorts. Er bestaat anders gevaar voor
het blijven haken van bijv. voorbijlopende personen!
• Plaats de kar niet op gloeiende slakken of bijtende vloeistoffen omdat anders de wielen
zouden kunnen worden beschadigd!
4.2.4
Verrijden
Bij het verrijden van de transportkar moeten de volgende punten in acht worden genomen:
• Bij het verrijden en opbouwen van de transportkar is slechts tot een hoek van 10°
gewaarborgd dat deze niet omkiept.
• Bij het gebruik van de transportkar is voorzichtigheid geboden!
• Vóór het verrijden van de transportkar moet zijn gewaarborgd dat alle
bevestigingspunten stevig gemonteerd zijn!
• Vóór en na het transport per kraan moet worden gecontroleerd of de snelkoppelingen
tussen koelmodule en lasapparaat en de bevestigingsplaat voor het vastzetten van de
apparatuur op de transportkar goed vastzitten!
• De platen om de handgrepen van het lasapparaat in vast te klemmen, moeten vast zijn
gemonteerd!
• Voorzichtig, het zwaartepunt van de beladen transportkar verandert afhankelijk van de
soort belading, bijv. bij verschillende afmetingen gasflessen!
• Kies bij het duwen van de transportkar geen aflopende stukken!
• De ondergrond waarover de transportkar wordt geduwd, moet vlak, stevig en droog
zijn. Mocht de ondergrond niet vlak zijn (bijv. vloerdrempel), dan moet er een extra
beveiliging, speciaal van het draadtoevoerapparaat, worden aangebracht.
Voorzichtig bij een zanderige, kleiachtige, zachte, natte en glibberige ondergrond!
• Het met de transportkar af te leggen traject moet vooraf worden gecontroleerd op
obstakels. Vooral bij nauwe passages zoals bijv. deuren moet er worden gelet op
voldoende ruimte! Bij het verrijden van de transportkar gaat er een gevaar uit van
voorwerpen op de bodem omdat ook deze de kar aan het kantelen kunnen brengen!
• Er moet op worden gelet dat uitstekende onderdelen als accessoires of lastoorts bij het
voorbijduwen niet achter obstakels blijven haken!
• Vooral als er grote gasflessen op de transportkar zijn gemonteerd, moeten de voor het
verrijden benodigde krachten goed worden ingeschat!
• Bij het duwen van de transportkar moeten beide handen aan de handgrepen worden
gehouden!
• Rijd de kar niet over gloeiende slakken of bijtende vloeistoffen omdat anders de wielen
zouden kunnen worden beschadigd!
• De kettingen voor de bevestiging van de gasflessen moeten altijd op de juiste manier in
de daarvoor bedoelde haken zijn aangebracht en stevig tegen de flessen aanliggen!
4/3
Advertenties
Inhoudsopgave
