DCM00810
OPGELET:
Gebruik alleen olie van het opgegeven
G
type.
Gebruik een goed gemengd brandstofo-
G
liemengsel.
Als het mengsel niet goed vermengd is
G
of als de mengverhouding niet juist is,
kunnen de volgende problemen zich
voordoen. Een laag oliegehalte: een te-
kort aan olie kan zware motorpech ver-
oorzaken, bijv. een vastgelopen zuiger.
Een hoog oliegehalte: te veel olie ver-
G
oorzaakt vuile bougies, een rokerige uit-
laat en zware koolafzetting.
NOTA:
Als u een permanent geïnstalleerde tank ge-
bruikt, giet de olie dan geleidelijk bij naarge-
lang de benzine wordt bijgevuld in de tank.
DMU27450
De motor gebruiken
DMU27461
Brandstof toevoeren (draagbare tank)
DWM00420
WAARSCHUWING
Controleer alvorens te starten of de boot
G
stevig aangemeerd is en dat u niet be-
lemmerd wordt bij het sturen. Ga na of er
zich niemand in het water rondom u be-
vindt.
Als de ontluchtingsschroef wordt losge-
G
draaid, ontsnapt er benzinedamp. Benzi-
ne
is
erg
benzinedampen zijn ontvlambaar en
ontplofbaar. Rook niet en blijf uit de
buurt van open vlammen en vonken
wanneer u de ontluchtingsschroef open
draait.
Dit product produceert uitlaatgassen die
G
koolmonoxide bevatten, een kleur- en
geurloos gas dat hersenbeschadiging of
ontvlambaar
en
de dood kan veroorzaken wanneer het
wordt ingeademd. Symptomen zijn on-
dermeer misselijkheid, duizeligheid en
slaperigheid. Zorg dat de stuurhut en de
cabine goed verlucht zijn. Sluit de uit-
laatopeningen niet af.
1.
Als er een ontluchtingsschroef op de
brandstoftankdop zit, draai deze dan 2 of
3 slagen los.
2.
Als er een brandstofleidingkoppelstuk op
de motor voorzien is, sluit de brandstof-
leiding dan stevig aan op het koppelstuk.
Sluit vervolgens het andere uiteinde van
de brandstofleiding stevig aan op het
koppelstuk van de brandstoftank.
Werking
ZMU02022
17