Werking
Brandstoftankinhoud (indien uitgerust
met de Yamaha-brandstoftank):
25.0 L (6.61 US gal) (5.50 Imp.gal)
DMU27404
Benzine- en olievermenging (100:1)
Inloopperiode
Na de inloopperiode
1 L
(0.26 US gal,
(3.2 US gal,
0.22 Imp gal)
2.6 Imp gal)
0.01 L
(0.01 US qt,
(0.13 US qt,
0.01 Imp qt)
0.11 Imp qt)
1.
: Benzine
2.
: Motorolie
Indien uitgerust met een draagbare brand-
stoftank
1.
Giet olie in de draagbare brandstoftank
en voeg dan benzine toe.
16
Benzine/motoroliever-
houding
Zie pagina 14
100:1
100:1
12 L
14 L
24 L
(3.7 US gal,
(6.3 US gal,
3.1 Imp gal)
5.3 Imp gal)
0.12 L
0.14 L
0.24 L
(0.15 US qt,
(0.25 US qt,
0.12 Imp qt)
0.21 Imp qt)
ZMU04910
1. Motorolie
2. Benzine
2.
Breng de brandstoftankdop opnieuw aan
en sluit deze zorgvuldig.
3.
Schud met de brandstoftank om de
brandstof grondig te mengen.
4.
Zorg dat olie en benzine goed gemengd
zijn.
Indien uitgerust met een ingebouwde brand-
stoftank
1.
Giet olie in een schoon brandstofblik en
voeg dan benzine toe.
2.
Breng de dop van het brandstofblik op-
nieuw aan en draai stevig vast.
3.
Schud het brandstofblik om de brandstof
grondig te mengen.
4.
Zorg dat olie en benzine goed gemengd
zijn.
5.
Giet het benzine- en oliemengsel in de in-
gebouwde brandstoftank.