2
Veiligheidsvoorzorgsmaatregelen
Inleiding
Lees de volgende veiligheidsmaatregelen en bedieningsinstructies alvorens de printer te gebruiken, om er zeker
van te zijn dat u deze op een veilige manier gebruikt.
U wordt geacht over de technische opleiding en ervaring te beschikken die nodig zijn om bekend te zijn met de
gevaren waaraan u kunt worden blootgesteld bij het uitvoeren van een taak en de juiste maatregelen te treffen
om de risico's voor uzelf en anderen te minimaliseren.
Voer het aanbevolen onderhoud en de schoonmaaktaken uit om voor een correcte en veilige werking van de
printer te zorgen.
De printer is stationair en moet zich in een gebied met beperkte toegang bevinden waartoe uitsluitend
geautoriseerd personeel toegang heeft.
Algemene veiligheidsrichtlijnen
Schakel de printer uit met behulp van de stroomonderbrekers in de verdeelkast van het gebouw en neem in de
volgende gevallen contact op met uw ondersteuningsvertegenwoordiger (zie
185):
De stroomkabel is beschadigd.
●
De behuizingen voor de verwarming en de samensmeltingslampen zijn beschadigd, het glas ontbreekt of is
●
gebroken, of de afdichting is defect.
De printer is beschadigd door een klap.
●
Er is condensatie in de printer terechtgekomen.
●
Er komt rook of een ongewone lucht uit de printer.
●
Zekeringen zijn doorgebrand.
●
De printer functioneert niet als normaal.
●
Er is mechanische schade of schade aan de behuizing.
●
Schakel in elk van de volgende gevallen de printer uit met behulp van de stroomonderbrekers:
Tijdens onweer
●
Tijdens een stroomstoring
●
Wees extra voorzichtig met zones die zijn gemarkeerd met waarschuwingslabels.
Gebruik uitsluitend materialen en agents die zijn gecertificeerd door HP of van het merk HP. Gebruik geen
niet-geautoriseerd materiaal of agents van derden.
4
Hoofdstuk 2 Veiligheidsvoorzorgsmaatregelen
Als u hulp nodig heeft op pagina