Inhoudsopgave
Advertenties
1. Laat de maaimachine 30 minuten inweken.
2. Draai de kraan weer helemaal open.
3. Laat de maaimachine nog eens 2 minuten lopen.
4. Zet de motor af en wacht totdat alle bewegende
onderdelen tot stilstand gekomen zijn.
Een gebroken of ontbrekende wasaansluiting
kan de bestuurder of andere personen
blootstellen aan uitgeworpen voorwerpen of het
mes. Dit kan ernstig lichamelijk of dodelijk
letsel veroorzaken.
• Een gebroken of ontbrekende
wasaansluiting direct vervangen alvorens de
maaimachine opnieuw te gebruiken.
• Eventuele gaten in de maaimachine
dichtmaken met bouten en moeren.
• Nooit handen of voeten onder de
maaimachine of door openingen in de
maaimachine steken.
Schrapen
Als u niet al het vuil aan onderkant van de maaikast
kunt wegwassen, kantelt u de maaimachine en schraapt
u deze schoon.
1. Verwijder de bougiekabel van de bougie.
2. Tap de benzine uit de brandstoftank af. Zie Benzine
aftappen uit brandstoftank.
3. Verwijder de graszak
4. Kantel de maaimachine op de linkerzijde.
5. Verwijder vuil en maaisel met een hardhouten of
plastic schraper. Vermijd bramen en scherpe randen.
Belangrijk: Verdraai het maaimes zo min
mogelijk om later problemen met het starten te
voorkomen.
6. Zet de machine weer rechtop.
7. Vul de brandstoftank.
8. Sluit de bougiekabel aan op de bougie.
Het luchtfilter vervangen
Onderhoudsinterval: Jaarlijks—Vervang het filter
vaker als de maaier onder zeer stoffige
omstandigheden wordt gebruikt.
1. Voer de voorbereidingen voor het
onderhoud uit, zie "Voorbereidingen voor
onderhoudswerkzaamheden".
2. Open het luchtfilterdeksel en verwijder het oude
luchtfilter (Figuur 22).
3. Monteer een nieuw luchtfilter en plaats het
luchtfilterdeksel terug.
Onderhoud van de bougie
Onderhoudsinterval: Om de 25 bedrijfsuren—Bougie
controleren.
Gebruik een Champion RJ19LM bougie of gelijkwaardig
type.
1. Zet de motor af en wacht totdat alle bewegende
onderdelen tot stilstand gekomen zijn.
2. Verwijder de bougiekabel van de bougie.
3. Maak de omgeving van de bougie schoon.
4. Haal de bougie uit de cilinderkop.
Belangrijk: Als de bougie gebarsten of vuil is,
moet deze worden vervangen. Maak niet de
elektroden schoon, omdat door het gruis de
motor beschadigd kan raken.
5. Stel de elektrodenafstand in op 0,76 mm (Figuur 23).
13
Figuur 22
Advertenties
Inhoudsopgave
