MENU'S EN FUNCTIES
B.4 Gebruikerscodes programmeren
Met het PowerMaster systeem kunt u tot 48 mensen autoriseren om het systeem in en uit te schakelen door ze
elk te voorzien van een unieke, persoonlijke beveiligingscode bestaande uit 4 cijfers en ze allen een ander
beveiligingsniveau en functie toe te wijzen. Er zijn twee soorten gebruikers: Hoofdgebruiker en Gebruiker.
Onderstaande tabel vat de diverse bewerkingen die door verschillende gebruikers kunnen worden uitgevoerd,
samen:
Gebruikerstype Functie
Inschakelen/Uitschakelen
Hoofdgebruiker
Zones overbruggen
7 gebruikers aanmaken
Gebruikerscodes instellen
Privé tel.nrs. wijzigen
Inleren/wissen Prox-Tag
Inleren/wissen keyfob
Automatisch inschakelen
Squawk mogelijk maken
Datum en tijd instellen
Gebeurtenis logboek lezen
Inschakelen/Uitschakelen
Gebruiker
Zones overbruggen
De gebruikerscodes worden als volgt toegewezen:
Gebruikerscode 1 wordt toegewezen aan de Hoofdgebruiker van het systeem (d.w.z. de eigenaar). Het is de
enige gebruikerscode die toegang geeft tot het Gebruikersinstellingen menu. De standaard instelling van de
Hoofdgebruiker (code 1) is 1111. Deze code kan niet worden gewist en dient zo snel mogelijk te worden
vervangen door een geheime code.
Gebruiker codes 2-22 en 33-48 worden toegewezen aan familieleden, collega's, etc. Zij kunnen het systeem
in- en uitschakelen als gedefinieerd door de Hoofdgebruiker. Zij hebben toegang tot het
"Gebruikersinstellingen" menu voor alleen "zones overbruggen", onder voorbehoud dat deze optie door de
installateur is mogelijk gemaakt.
Gebruiker codes 23-32 zijn hetzelfde als gebruiker codes 2-22 maar kunnen aan "Kindzender" gebruikers
worden toegewezen. Voor een gedetailleerde verklaring van de Kindzender toepassing zie hoofdstuk 2
(Inschakelen met Kindzender) en Bijlage C.
∗
Partitie optie
(Voor meer informatie over de Partitie opties, zie Bijlage B).
Uw alarmsysteem kan door de installateur in drie aparte secties (partities) opgedeeld worden. Deze partities
worden benoemd als partities P1, P2 en P3. Elke partitie kan apart worden in- en uitgeschakeld, zodat delen
van het pand apart beveiligd worden.
Elk van de maximaal 48 gebruikers kan door de hoofdgebruiker geautoriseerd worden om één of meerdere
partities te schakelen.
♦ Hier kunt u de 48 Gebruikerscodes programmeren (of bewerken) en daarmee definiëren welke
geautoriseerd worden voor het inschakelen en uitschakelen.
1. De standaard instelling 1111 van de Hoofdgebruikerscode 1 is hetzelfde voor alle PowerMaster
systemen en is bekend bij vele mensen. Daarom raden wij u aan dat u deze onmiddellijk vervangt
door een unieke geheime code. De Gebruikerscode mag nooit gelijk zijn aan de installatiecode.
2. Code "0000" is ongeldig! Deze niet gebruiken.
3. De dwangcode die door de monteur is ingesteld (standaard 2580) kan niet worden geselecteerd als
een normale gebruikerscode. Elke poging om deze te programmeren wordt door het systeem
afgewezen.
4. Lees zorgvuldig de paragraaf "Aanvullende informatie" volgens de aangegeven referenties
de tabel aan het eind van deze paragraaf.
∗
Alleen van toepassing op de PowerMaster-30 G2
26
∗
D-304332 Gebruikershandleiding PowerMaster-30 G2
1
enz. – zie