Rotatie controleren
WAARSCHUWING:
• Als u de pomp in omgekeerde richting gebruikt, kan dat leiden tot contact met metalen onderdelen,
warmteontwikkeling en lekkage.
• Schakel altijd de de netspanning naar de aandrijving uit voordat u installatie- of onderhoudstaken gaat
uitvoeren. Als u de netspanning niet uitschakelt, kan dat leiden tot ernstig lichamelijk letsel.
1.
Schakel de netspanning naar de aandrijving uit.
2.
Controleer of de koppelingsnaven stevig aan de assen zijn bevestigd.
3.
Controleer of het koppelingsafstandstuk is verwijderd.
De pomp wordt geleverd met verwijderd koppelingsafstandstuk.
4.
Schakel de netspanning naar de aandrijving in.
5.
Controleer of iedereen uit de buurt is en laat vervolgens de aandrijving lang genoeg draaien om te
bepalen of de draairichting overeenkomt met de pijl op het lagerhuis of direct gekoppelde frame.
6.
Schakel de netspanning naar de aandrijving uit.
Rotorbladvrijslag controleren
Door de rotorbladvrijslag te controleren, weet u zeker dat:
• De pomp vrij draait.
• De pomp met optimale efficiëntie werkt, zodat een lange levensduur en laag energieverbruik zijn
verzekerd.
Rotorbladvrijslag (3196 en HT 3196)
WAARSCHUWING: Bij pomptemperaturen hoger dan 93 °C (200 °F) moet u de koude (omgeving)-
instelling aanpassen aan de hand van deze tabel. Hierdoor wordt voorkomen dat de waaier de behuizing
raakt als gevolg van differentiële uitzetting door de hogere omgevingstemperaturen. Wanneer u dat niet
doet, kan dit leiden tot vonken, onverwachte warmteontwikkeling of schade aan apparatuur.
Opmerking: Zorg dat de maximale instelling van de waaier de waarden in deze tabellen met niet meer
dan 0,13 mm overschrijdt. Dit kan leiden tot aanzienlijk verminderde prestaties.
Voor deze pomp is de rotorbladvrijslag in de onderstaande tabel vereist.
Tabel 20: Rotorbladvrijslag
Onderhoudstemperatuur STi
-29 tot 93 °C (-20 tot 200
°F)
Tot 121 °C (250 °F)
Tot 149 °C (300 °F)
Tot 177 °C (350 °F)
Tot 204 °C (400 °F)
Tot 232 °C (450 °F)
Tot 260 °C (500 °F)
Tot 288 °C (550 °F)
Tot 316 °C (600 °F)
Model 3196 i-FRAME Handleiding voor installatie, bediening en onderhoud
In bedrijf stellen, opstarten, bedienen en uitschakelen (vervolg)
MTi/LTi
mm (mm)
mm (mm)
0,13 (0,005)
0,20 (0,008)
0,15 (0,006)
0,22 (0,009)
0,18 (0,007)
0,25 (0,010)
0,22 (0,009)
0,30 (0,012)
0,25 (0,010)
0,33 (0,013)
0,28 (0,011)
0,35 (0,014)
0,30 (0,012)
0,38 (0,015)
0,33 (0,013)
0,41 (0,016)
0,36 (0,014)
0,43 (0,017)
XLT-i/i17
mm (mm)
0,38 (0,015)
0,41 (0,016)
0,43 (0,017)
0,48 (0,019)
0,50 (0,020)
0,53 (0,021)
0,56 (0,022)
0,58 (0,023)
0,61 (0,024)
65