Tabel 5. Security (Beveiliging)
Optie
Admin Password
System Password
Strong Password
Password Configuration
Password Bypass
Password Change
Non-Admin Setup Changes
TPM Security
Computrace
Beschrijving
Hiermee kunt u het administratorwachtwoord (admin) instellen,
wijzigen of wissen.
OPMERKING: U moet het administratorwachtwoord instellen
voordat u het systeem- of hardeschijfwachtwoord instelt.
OPMERKING: Wijzigingen in wachtwoorden worden onmiddellijk
effectief.
OPMERKING: Wanneer u het administratorwachtwoord wist, wist u
automatisch ook het systeemwachtwoord.
OPMERKING: Wijzigingen in wachtwoorden worden onmiddellijk
effectief.
Standaardinstelling: niet ingeschakeld
Hiermee kunt u het systeemwachtwoord instellen, wijzigen of wissen.
OPMERKING: Wijzigingen in wachtwoorden worden onmiddellijk
effectief.
Standaardinstelling: niet ingeschakeld
Hiermee kunt de optie forceren om altijd veilige wachtwoorden in te
stellen.
Standaardinstelling: Enable Strong Password (Sterk wachtwoord
inschakelen) is niet geselecteerd.
Hier kunt u de lengte van uw wachtwoord instellen. Min = 4 , max = 32
Hiermee kunt u de toestemming in- of uitschakelen voor het omzeilen
van het systeem- of interne HDD-wachtwoord, wanneer deze zijn
ingesteld. De opties zijn:
•
Disabled (Uitgeschakeld) (Standaardinstelling)
•
Reboot bypass (Opnieuw opstarten omzeilen)
Hiermee kunt u de wachtwoorden voor het systeem en de harde schijf
wijzigen wanneer het administratorwachtwoord is ingesteld.
Allow Non-Admin Password Changes (Niet-beheerder
wachtwoordwijzigingen toestaan) (standaardinstelling)
Hiermee bepaalt u of wijzigingen in de installatieopties zijn toegestaan
wanneer er een beheerderswachtwoord is ingesteld. Deze optie is
standaard uitgeschakeld.
Hiermee kunt u de Trusted Platform Module (TPM) tijdens POST
inschakelen. Deze optie is standaard uitgeschakeld.
Hiermee kunt u de optionele software Computrace in- en uitschakelen.
De opties zijn:
•
Deactivate (Deactiveren) (Standaardinstelling)
•
Disable (Uitschakelen)
•
Activate (Activeren)