14
5.3 Elektrische aansluitingen
De voeding van het doseersysteem mag nooit worden aangesloten op het inkomende aansluitblok van
de machine of op de randaansluitingen van de I/O-kaart.
Sluit de voeding naar de wasmachine af.
Sluit de stekker met de eindweerstand van de machine (B) af.
Sluit de kabels van de ID-box aan op aansluitingen A (stroomuitgang) en B (gegevensuitgang) op de machine.
Let op:
Bewaar de eindweerstand voor toekomstig gebruik. Als het doseersysteem van de machine is verwijderd,
moet de eindweerstand opnieuw op zijn plaats op de machine worden gemonteerd.
A
B
Sluit de kabels van pompen van derden aan volgens het bijgevoegde bedradingsschema.
• De specificaties van de pompen zijn 220-240 VAC~, 50/60 Hz en max. 1 A per pomp. Sluit klemnr. 9 aan op L en
nr. 10 op N waar de aantekening "Option power supply" (Optionele voeding) op het bedradingsschema staat.
(Sluit geen pompen aan op klemnr. 1 en nr. 2).
• Voor de voeding van de pompen met een vermogen van 24 VDC of andere spanningswaarden of een stroomop-
name van meer dan 1 A, moet er een externe voedingsbron worden gebruikt om schade aan de pompen en ge-
sprongen zekeringen op de wasmachine te vermijden. Sluit de externe voedingsbron aan op klemnr. 9 en 10.
(Sluit geen pompen aan op klemnr. 1 en nr. 2).
Installatiehandleiding
fig.X02304
fig.X02305