8.1.1
Mechanische diepte-instelling
De mechanische diepte-instelling vindt plaats
via de hydraulische cilinder van het
onderstel!
via de tastwielen/steunwielen
(afhankelijk van uitrusting).
Centaur BAG0069.1 12.08
Met de mechanische diepte-instelling kan de werkdiepte van de
Centaur eenvoudig worden aangepast wanneer de machine
stilstaat. Afstandselementen aan de wals- en onderstelwielen aan de
achterzijde van de machine en afstandselementen aan de
dieptegeleidingswielen aan de voorzijde (optie) zijn onverliesbaar
gelagerd en kunnen afhankelijk van de gewenste werkdiepte in- of
uitgezwenkt worden. De werkdiepte kan in 15 trappen worden
ingesteld. De mechanische diepte-instelling kan in tegenstelling tot de
hydraulische diepte-instelling worden vervangen.
VOORZICHTIG
Gevaar voor bekneld raken van de handen.
Niet met de handen tussen de cilinderbodem en de
afstandselementen komen!
Na het instellen van de werkdiepte aan de achterzijde van de
machine moet de machine met de trekstangen van de tractor
horizontaal worden gezet. Als oriëntatie dient het tandenframe.
Is de Centaur met tastwielen uitgerust, dan moet de
machine aan de voorzijde door de trekstangen van de tractor op
de gewenste hoogte worden gehouden. De tastwielen mogen
het gewicht van de machine niet dragen.
Afb. 28
Afb. 29
Instellingen
59