* In de bovenstaande afbeelding branden alle lampjes en knoppen ter illustratie.
(9) AAN/UIT (POWER)-lampje
Dit lampje knippert en brandt vervolgens wanneer het apparaat wordt aangezet.
Opmerking
• U kunt de status van de printer controleren aan de hand van het AAN/UIT (POWER)- en het Alarm-
lampje.
• AAN/UIT (POWER)-lampje is uit: de printer is uitgeschakeld.
• AAN/UIT (POWER)-lampje brandt: de printer is klaar voor gebruik.
• AAN/UIT (POWER)-lampje knippert: de printer is bijna klaar voor gebruik of er wordt een
afdruktaak uitgevoerd.
• Alarm-lampje knippert: er is een fout opgetreden en de printer is niet klaar voor gebruik.
• AAN/UIT (POWER)-lampje en Alarm-lampje knipperen beurtelings: er is mogelijk een fout
opgetreden waarvoor u contact moet opnemen met het servicecentrum.
Als er een fout optreedt
(10) Knop AAN (ON)
Hiermee kunt u het apparaat aan- of uitzetten.
De printer in- en uitschakelen
(11) Alarm-lampje
Wanneer er een fout optreedt, knippert of brandt dit lampje.
(12) Knop HERVATTEN/ANNULEREN (RESUME/CANCEL)
Hiermee annuleert u een afdruktaak die wordt uitgevoerd. U kunt op deze knop drukken nadat u een
printerprobleem hebt opgelost om de foutstatus van de printer op te heffen en het afdrukken te
hervatten.
(13) Wi-Fi-knop/Wi-Fi-lampje
Houd deze knop ingedrukt om automatisch de draadloze LAN-verbinding in te stellen.
Dit lampje brandt of knippert om de status van het draadloze LAN aan te geven.
Lampjes:
Verbinding met draadloos LAN is ingeschakeld.
Knippert:
Bezig met afdrukken via een draadloos LAN. Dit lampje knippert ook tijdens de configuratie van
een draadloze LAN-verbinding.
90