¼ Opmerkingen:
•
Het is in simulatormodus niet mogelijk een DSC-oproep te verzenden.
•
De GPS-simulator wordt ingesteld op OFF (UIT) wanneer de
marifoon wordt uitgeschakeld en vervolgens weer wordt
ingeschakeld, of wanneer werkelijke GPS-gegevens beschikbaar zijn.
Time (Tijd)
Time Offset (Tijdsverschil)
Selecteer TIME OFFSET (TIJDSVERSCHIL) om het verschil tussen
UTC en de lokale tijd in te voeren. U kunt stappen van 15 minuten
gebruiken, met een maximaal verschil van + of - 13 uur.
¼ Opmerking:
Dit wordt niet automatisch aangepast voor de zomertijd.
Time Format (Tijdnotatie)
Selecteer dit om te schakelen tussen de 12- en 24-uurs notatie.
Vessel call sign (Roepnaam vaartuig)
Selecteer dit om de roepnaam van het vaartuig in te voeren. Deze
wordt niet gebruikt door de marifoon maar is alleen bedoeld voor
de eigen administratie.
Menu timeout (Menutime-out)
U kunt een inactiviteittime-out instellen om de marifoon terug te
zetten op de normale bedrijfsmodus als er geen activiteit van de
gebruiker wordt geconstateerd terwijl op de marifoon een menu
wordt weergegeven.
Selecteer tussen NONE (GEEN), 5 MINS (5 MIN), 10 MINS (10 MIN) en
15 MINS (15 MIN).
(De standaardwaarde is 10 MINS (10 MIN)).
¼ Opmerking:
Er wordt een andere time-out gebruikt wanneer de
marifoon geen activiteit merkt tijdens een DSC-oproep. Zie "DSC
timeout (DSC-time-out)" op pagina 24.
Menu DSC setup (DSC-instellingen)
DSC Function (DSC-functie)
Het wordt aanbevolen de DSC-functie altijd ingeschakeld te laten,
tenzij het vaartuig wordt gebruikt binnen een ATIS-regio. U moet in
de marifoon een MMSI-nummer invoeren voordat u de DSC-functie
kunt inschakelen.
De marifoonmenu's |
RS20S gebruikershandleiding
| 21