Problemen, oorzaak en remedie
Probleem
Motor start niet
Motor start moeilijk of verliest vermogen
De motor loopt onregelmatig
De machine of de motor trilt overmatig
De zelfaandrijving van de machine werkt
niet
De machine kruipt als de tractie is
uitgeschakeld
Mogelijke oorzaak
1. Brandstoftank leeg of oude benzine in
het brandstofsysteem
2. De bougiekabel is niet aangesloten op
de bougie.
3. De bougie is aangetast, vuil, of de
elektrodenafstand is niet correct
afgesteld.
1. De brandstoftank bevat oude benzine.
2. De ventilatieopening in de
brandstoftankdop is verstopt.
3. De luchtfilterelementen zijn vuil en
belemmeren de luchtstroom.
4. De bougie is aangetast, vuil, of de
elektrodenafstand is niet correct
afgesteld.
5. Het motoroliepeil is te laag of de olie
is vuil.
1. De bougiekabel is niet aangesloten op
de bougie.
2. De bougie is aangetast, vuil, of de
elektrodenafstand is niet correct
afgesteld.
3. De luchtfilterelementen zijn vuil en
belemmeren de luchtstroom.
1. De bevestigingsbouten van de motor
zitten los.
1. De kabel van de zelfaandrijving is
ontsteld.
2. De schakelstang is ontsteld.
1. De kabel van de tractieaandrijving is
ontsteld.
2. De tractieriem is beschadigd
29
Remedie
1. Brandstoftank aftappen en vullen met
verse benzine. Neem contact op
met een erkende servicedealer als
de brandstoftank leeg is of als het
probleem van de oude benzine in het
brandstofsysteem aanhoudt.
2. Sluit de bougiekabel aan op de bougie.
3. De bougie controleren en indien nodig
de elektrodenafstand afstellen. De
bougie vervangen als deze aangetast,
vuil of gebarsten is.
1. Brandstoftank aftappen en vullen met
verse benzine.
2. De ventilatieopening van de
brandstoftankdop reinigen of dop
vervangen.
3. Luchtfilterelementen onderhoudsbeurt
geven.
4. De bougie controleren en indien nodig
de elektrodenafstand afstellen. De
bougie vervangen als deze aangetast,
vuil of gebarsten is.
5. Motoroliepeil controleren. Olie
verversen als deze vuil is of olie
bijvullen als het oliepeil te laag is.
1. Sluit de bougiekabel aan op de bougie.
2. De bougie controleren en indien nodig
de elektrodenafstand afstellen. De
bougie vervangen als deze aangetast,
vuil of gebarsten is.
3. Luchtfilterelementen onderhoudsbeurt
geven.
1. De bevestigingsbouten van de motor
vastdraaien.
1. Zelfaandrijving afstellen.
2. Schakelstang afstellen.
1. Afstellen volgens de instructies in de
onderhoudshandleiding.
2. Tractieriem vervangen