Inhoudsopgave
Advertenties
Minilog
Bij het indrukken van de toortsschakelaar zal het gas gaan stromen. Wanneer u de toortsselectie-
schakelaar loslaat, wordt de stroomsterkte verhoogd naar Hot Start- of Soft Start-stroom,
afhankelijk van de instellingen. Als u nogmaals kort op de knop drukt, wordt de stroomsterkte via
upslope verhoogd naar de lasstroom. Na opnieuw kort in te drukken begint de minilog bediening
en kunt u twee stroomniveaus selecteren, de lasstroom en de minilogstroom. Doormiddel van de
toorts-schakelaar kort in te drukken kunt u snel schakelen tussen de twee stroomniveau's. Als u de
toortsschakelaar één seconde ingedrukt houdt, gaat de stroomsterkte naar downslope en einde
boog. U kunt de lasboog afbreken door eenmaal kort op de schakelaar te drukken.
4T-LoG
Schakelaar wordt ingedrukt, door de HF onsteking start de start boog, nadat de schakelaar wordt
losgelaten, gaat de lasstroom in de upslope periode. Wanneer de schakelaar opnieuw wordt
ingedrukt, gaat de stroom in de downslope periode en daarna naar de eind boog. De stroom stopt
wanneer de schakelaar wordt losgelaten.
synergisch snelle puls
Als u de toorts-schakelaar twee keer in drukt, gaat het synergisch lampje branden. Puls parameters
worden automatisch berekend wanneer lasstroom is geselecteerd. Andere pulsselecties zijn niet
nodig.
Trage puls
Trage puls methode geeft U alle mogelijkheden om alle pulsparameters in te stellen
(pulsfrequentie, pulsratio, pulsstroom, basisstroom). Wanneer u het percentage van de pulsratio,
van de pulsstroom of percentage van basisstroom aanpast wordt er een nieuwe gemiddelde
lasstroom waarde berekend en wordt deze getoond op het paneel.
hechtlas functie
De functie kan worden gebruikt in de 2T en 4T stand. Voer de hechtlastijd in door de knop met
de pijl in te drukken. Als het lampje brandt kunt u door de pulse bedieningsknop te draaien de
benodigde hechtlastijd instellen.
TiG-Micro tack lasfunctie (MicroTack™)
U kunt de Micro Tack functie selecteren door de SPOT pijl button lang in te drukken. Als
deze functie is geactiveerd, schakelt de machine automatisch de DC-lasmodus, 2T functie en
contactontsteking in. Ook worden de up- en downslope waarden naar nul gezet en gaat het SPOT
lampje branden. Om de Micro Tack functie uit te schakelen drukt u kort op dezelfde pijl knop.
Deze functie kan worden gebruikt met HF ontsteking en 4T modus. De lastijd kunt u instellen door
de Quick Setup knop in te drukken en een waarden in de reeks van 1-200 ms te selecteren. De
Micro Tack lasstroom kan via de instelknop worden geregeld, als het betreffende lampje brandt.
3.2.3 bewaren van lasinstellingen
ACX paneel heeft 10 geheugenkanalen voor gebruikersinstellingen. De selecties voor het opslaan
NL
worden gemaakt onderin in het paneel op het MEMORY veld. Niet alleen lasparameters maar ook
specifieke selecties kunnen in het geheugen worden opgeslagen. MMA laswaarden kunnen ook in
de geheugenkanalen worden opgeslagen. Handel als volgt:
1.
Druk de MEMORY knop in en - wanneer het kanaal niet in gebruik is - begint er een instellampje
te knipperen. Als een kanaal in gebruik is, brandt het lampje ON. Als u nogmaals op de knop
drukt, gaat het lampje SET continu branden.
2.
Selecteer het geheugenkanaal door op de CH-knop te drukken.
3.
Selecteer de parameters en druk op de SAVE knop.
4.
Druk twee keer op de geheugen knop, het ON led is aan.
5.
Begin met lassen.
Wanneer bewaarde instellingen gewijzigd dienen te worden, dient het lampje in de SET positie
gezet te worden om de parameters te kunnen selecteren en de druk daarna op de SAVE knop.
Is de memory functie in de OFF mode (alle LEDS zijn uit), dan is het mogelijk om de actuele
parameters op te slaan door de SET/SAVE toets in de drukken, kies nu het gewenste programma
nummer en druk nogmaals op SET/SAVE. Alle bewaarde instellingen worden verwijderd wanneer
de MEMORY en de CH knoppen tegelijkertijd in de SET stand worden ingedrukt.
16
Advertenties
Inhoudsopgave
