5.13 Plaatsen houtset
Het toestel wordt geleverd met een houtset.
In de afbeeldingen is de kleur niet altijd correct weergegeven.
!Let op
Neem de onderstaande instructies in acht ter voorkoming van onveilige situaties:
!Let op
•
Gebruik uitsluitend de meegeleverde houtset.
•
Plaats de houtset exact volgens de beschrijving.
•
Laat de waakvlambrander en de ruimte eromheen vrij (zie Bijlage 3, afb. 17).
•
Laat thermokoppel 2 en de ruimte eromheen vrij (zie Bijlage 3, afb. 18).
Plaats de stammen exact volgens omschrijving, omdat anders:
!Let op
•
De hoofdbrander dan niet goed ontsteekt; dit kan tot onveilige situaties leiden.
•
Sneller vervuiling optreedt door roetvorming.
•
Het vlambeeld verstoord wordt.
5.13.1 Houtset
De houtset bestaat uit een aantal stammen (zie Bijlage 3, afb. 22), vermiculiet (zie Bijlage 3, afb. 19), chips (zie
Bijlage 3, afb. 20) en gloeimateriaal (zie Bijlage 3, afb. 21).
Ø
Vul de liggende brander met vermiculiet; verdeel het vermiculiet gelijkmatig (zie Bijlage 3, afb. 23). Het vermiculiet
mag niet hoger komen dan de rand van de brander.
!Tip
Het vlambeeld is te beïnvloeden door het vermiculiet te verplaatsen.
•
Het vermiculiet mag niet hoger komen dan de rand van de brander.
!Let op
•
Het branderdek moet wel geheel bedekt blijven met vermiculiet om te voorkomen dat de levensduur van de
brander afneemt.
Ø
Identificeer de stammen A t/m H (zie Bijlage 3, afb. 22).
Ø
Plaats stam A t/m C tegen de positienokken en staande branders (zie Bijlage 3, afb. 23).
Ø
Vul de platen rondom de brander met chips, verdeel de chips gelijkmatig en houd rood gemarkeerde gedeeltes
naast vrij van chips (zie Bijlage 3, afb. 24).
•
Plaats geen chips over het branderpatroon.
!Let op
•
De platen rond de brander zijn voorzien van ronde gaten, deze gaten zorgen voor luchttoevoer. Leg niet meer
dan één laag chips over deze gaten.
Ø
Plaats de stam D over de positienok. De positienok moet in de sleuf van stam D vallen (zie Bijlage 3, afb. 25).
Ø
Plaats stam E over de rechter staande brander.
Ø
Plaats stam F over de linker staande brander.
Ø
Plaats stam G tegen de positienok en op stam E (zie Bijlage 3, afb. 26).
Ø
Plaats stam H tegen de twee positienokken.
Indien gewenst kan er gloeiwol geplaatst worden
Ø
Trek het gloeiwol in losse plukken en verdeel dit over het groen gemarkeerde stuk op de liggende brander.
•
Houd het thermokoppel 2 vrij van gloeimateriaal.
!Let op
•
Het gloeimateriaal kan de kleur van het vlambeeld beinvloeden.
5.14 Plaatsen/vervangen batterijen van ontvanger
De batterijen moeten in de ontvanger geplaatst worden. De batterijhouder is onder de onderste sierstrip geplaatst.
Vervang de batterijen als volgt:
Ø
Neem de onderste sierstrip uit door deze in de gleuf vast te pakken en naar boven te tillen (zie Bijlage 3, afb.6).
Ø
Pak de ontvanger uit de houder (zie Bijlage 3, afb. 10).
Voorkom dat de kabels aan de ontvanger bekneld komen tussen het toestel en de ontvanger.
!Let op
Ø
Schuif de deksel van de ontvanger.
Ø
Verwijder en/of plaats de 4 penlite (type AA) batterijen.
Vermijd kortsluiting tussen de batterijen en metalen voorwerpen/delen. Let op de "+" en "-" polen van de batterijen
!Let op
en de houder. Gebruik alkaline batterijen. Batterijen vallen onder "klein chemisch afval" en mogen dus niet bij het
huisvuil.
Ø
Schuif de deksel terug.
Ø
Plaats de ontvanger terug.
Ø
Plaats de onderste sierstrip terug.
14
I N S T A L LA T I E H A N D L E I D I N G