Samenvatting van Inhoud voor Dru Maestro 105/2-01 RCH
Pagina 1
Installatiehandleiding Maestro 105/2-01 RCH Maestro 105/3-01 RCH G20/G25/G25.3 (Aardgas), G30 (Butaan) en G31 (Propaan) Nederlands Bewaar dit document zorgvuldig Scan deze QR-Code voor DRU Video Assist DRU-955597-NL-NL-0321-2 959.129.00.NL...
Ins tal lati ehandleiding Inhoudsopgave 1. Stappenplan van de installatie 2. Inleiding 3. CE-verklaring 4. Technische gegevens 5. VEILIGHEID 5.1 Algemeen 5.2 Voorschriften 5.3 Veiligheidsinstructies 6. Voorbereiding 6.1 Uitpakken 6.2 Gassoort 6.2.1 Ombouwen gassoort 6.3 Gasaansluiting 6.3.1 Gasslang voor gasstopcontact 6.4 Elektrische aansluiting 6.5 Componenten toestelregeling 7.
Pagina 3
Ins tal lati ehandleiding 9.1 Principe ontsteekcyclus 9.2 Aansluiting schakelcontact 9.3 Aansluiting extra voeding (max. 80W, 230VAC) 9.4 Afstandsbedieningen 9.4.1 Zwarte afstandsbediening voor de gebruiker 9.4.2 Oranje afstandsbediening voor de installateur 9.5 Alternatieve bediening 9.5.1 Bedraad 9.5.2 Draadloos 9.5.2.1 Verbinding via ‘modbus’-protocol 9.5.2.2 Aansturing via applicatie 10.
Ins tal lati ehandleiding 1. Stappenplan van de installatie Hieronder staan de belangrijkste stappen van de installatie beschreven. Voer deze stappen uit en vink deze af als deze goed zijn uitgevoerd. Lees de installatiehandleiding volledig, voordat het toestel wordt geïnstalleerd. Controleer of het juiste type toestel geleverd is (zie Tabel 4-1).
Ins tal lati ehandleiding 2. Inleiding Als fabrikant van gas- en elektrische haarden ontwikkelt en produceert DRU producten volgens de hoogst mogelijke kwaliteits-, prestatie- en veiligheidseisen. Dit toestel heeft een CE-label; het voldoet daarmee aan de essentiële eisen van de Europese Gastoestellenrichtlijn. Bij het toestel worden een installatiehandleiding en een gebruikershandleiding geleverd.
Met de optie van afstandsbediening * Dit toestel is geschikt voor G25.3 met de samenstelling volgens NTA 8837. ** Systeem rendement. *** Toe te passen met behulp van domotica. **** Regelschroef. *****Categorieën C12 en C32 alleen in combinatie met DRU PV-I 100/60 (PowerVent®).
- Plaats hittebestendige elektrische aansluitingen vrij van het toestel en zo laag mogelijk in de boezem. Dit in verband met de temperatuurontwikkeling in de boezem. Gebruik uitsluitend het door DRU geleverde verbrandingsgasafvoer-/verbrandingsluchttoevoersysteem (concentrisch systeem). Bij installatie van een vrijstaand toestel: plaats het toestel op de minimaal aangegeven afstand vanaf de achterwand en zijwanden (zie Tabel 4-1).
Controleer of het toestel geschikt is voor de gassoort en gasdruk ter plaatse. 6.2.1 Ombouwen gassoort Neem voor het ombouwen van dit toestel naar een andere gassoort contact op met de serviceafdeling van DRU en vraag naar de mogelijkheden. Het ombouwen dient verricht te worden door een erkend gasinstallateur.
Indien wettelijk toegestaan kan er een gasslang voor een gasstopcontact (volgens EN14800) bij het toestel besteld worden (Raadpleeg hiervoor DRU service). De gasslang is aan het toestel gemonteerd en is op lekdichtheid getest. Deze gasslang is in verschillende lengtes leverbaar.
Ins tal lati ehandleiding 6.5 Componenten toestelregeling In deze paragraaf worden de componenten vermeld, waarmee het toestel geregeld wordt (zie Afb. 6-2). 38C-2555-0 G(in) Legenda: A = Gasregelblok; regelt het gas naar de branders B = Ontvanger; communiceert met de zender C = Processor (ESYS);...
Ins tal lati ehandleiding 7. Installatie 7.1 Plaatsen toestel In aparte sub-paragrafen worden verschillende manieren voor het plaatsen van het toestel beschreven. Op al deze sub-paragrafen is onderstaande algemene beschrijving voor het plaatsen van het toestel van toepassing: Plaats het toestel waar deze geïnstalleerd gaat worden en houd rekening met het onderstaande: - De inbouwmaten van het toestel (zie Afb.
Pagina 12
Ins tal lati ehandleiding 1105 1226 1035 38C-2765/0 Maestro 105/2-01 RCH, R...
Ins tal lati ehandleiding 7.1.1 Toestel staand plaatsen Volg bij het staand plaatsen van het toestel de onderstaande instructies: Stel de hoogte van het toestel in met behulp van de stelvoeten en zet het toestel waterpas. Bevestig het toestel aan de wand d.m.v. muurbeugels (zie Afb. 7-1 (A) of 7-2 (A)). 7.1.2 Toestel hangend plaatsen Volg bij het hangend aan een wand plaatsen van het toestel de onderstaande instructies: Bepaal de plaats en de hoogte van het toestel (zie Afb.
Ins tal lati ehandleiding 7.2 Extra inbouwmogelijkheden Het toestel kan worden geplaatst met een plateau. Dit kan in combinatie met een ondersierstrip of met het plateau aansluitend op het glas. De bijbehorende boezem kan met of zonder valse wand worden toegepast (zie Afb. 7-4 en 7-5). Tevens is het mogelijk de interieurplaat van het toestel naar buiten door te laten lopen.
Ins tal lati ehandleiding 7.2.3 Plaatsen beugel met gasregelblok en toebehoren onder het plateau Indien er bij het plaatsen met een plateau geen ruimte is voor het bedieningsluik, moet de beugel met gasregelblok direct onder het plateau geplaatst worden met behulp van de accessoire 'afschermkast elektriciteit'. Plaats de beugel met gasregelblok met toebehoren onder het plateau met behulp van de meegeleverde afschermkast (zie Afb.
Ins tal lati ehandleiding 7.2.4 Achterwand aansluitend op het glas van de zijruit (zie Afb. 7-8 en 7-9) Ga bij het inbouwen van de wand tot aan de zijruit als volgt te werk: Maak de te plaatsen achterwand op de juiste maat (zie Afb. 7-8). Draai de parkers van de verticale sierstrip enkele slagen los en stel de profielen op de juiste afstand af.
Pagina 20
Ins tal lati ehandleiding ≥5mm 38C-2619...
Eventueel kan gebruik gemaakt worden van een bestaand schoorsteenkanaal (C91, zie paragraaf 7.3.5). Daarnaast is het in veel gevallen mogelijk de verbrandingsgassen af te voeren met een kleinere diameter (DRU PV-I 100/60) in combinatie met PowerVent® (C12, C32).
Pagina 22
Bouw het systeem op vanaf (de aansluitstomp van) het toestel. Sluit de concentrische pijpstukken en indien nodig de bocht(en) aan. Breng op elke verbinding een klemband met siliconen afdichtring aan (geldt niet voor DRU LAS ES-E 200/150/100, daar zit de afdichtring in de buis).
My Flue Assist is een webapplicatie van DRU om te controleren of een beoogd concentrisch systeem toelaatbaar is en geeft advies over de afstelling van het toestel. Ga naar de DRU Service website voor My Flue Assist. De informatie uit de installatiehandleiding is altijd leidend.
Pagina 24
3 bochten 4 bochten 5 bochten Situatie is niet toelaatbaar. In combinatie met het DRU PowerVent® systeem (DRU PV-I 100/60) zijn er veel meer mogelijkheden (zie installatiehandleidng PowerVent®). Tabel 7-4: Voorwaarden voor afstellen van het toestel bij toepassing van een dakdoorvoer G20/G25/G25.3/G30/G31...
Ins tal lati ehandleiding 7.3.3 Geveldoorvoer (C11) Bij gebruik van een geveldoorvoer (C11) geldt: De opbouw van het gekozen systeem moet toelaatbaar zijn. Controleer of de verticale pijplengte binnen de minimale en maximale lengte valt (zie Tabel 7-5). Controleer of de horizontale pijplengte (exclusief geveldoorvoer) binnen de minimale en maximale lengte valt (zie Tabel 7-5).
Pagina 27
Ins tal lati ehandleiding Tabel 7-5a Tabel 7-5b 0 - 6m 0 - 1m 1x90° 1x90° 38C-744ZP 38C-744ZR Instelling: G20/G25.3/G31/G30 Toepassen Instelling: G20/G25.3/G31 Toepassen Luchtinlaatgeleider Luchtinlaatgeleider Restrictieschuif Restrictieschuif - Uitsluitend concentrisch systeem van 200/130 mm - De verticale lengte inclusief bocht 200/130 mm gebruiken, inclusief de geveldoorvoer van 200/130 mm.
Het toestel kan op een bestaand schoorsteenkanaal aangesloten worden (C91). In de schoorsteen wordt een flexibele RVS pijp geplaatst met een diameter van 100 mm voor de afvoer van de verbrandingsgassen. De ruimte eromheen wordt als verbrandingsluchttoevoer gebruikt. Maak hierbij gebruik van de DRU-afstandhouder. Plaats deze afstandhouder om de drie meter.
Pagina 30
(langdurig gebruik van afplakband kan beschadigingen veroorzaken). Breng de ventilatieopeningen (uitgaand) bij voorkeur aan weerszijden van de boezem aan. Maak hierbij gebruik van DRU ventilatie-elementen. Controleer de volgende punten, voordat de boezem helemaal dichtgemaakt wordt: - Is het afvoer-/concentrisch systeem op de juiste manier geplaatst? - Zijn de kanalen, de bevestigingsbeugels en evt.
Pagina 31
Ins tal lati ehandleiding 1144** ≥15 ≤100 ≥ 497 ≥ 150 1109 ≥1035 V-out ≥ 200cm² 2 mm 2 mm ≥150 ≥410* V-in ≥ 80cm² (Eco Glow: 2x ≥80cm² ***) 38C-2758 7-13 * Rekeninghoudend met het bedieningsluik geplaatst zoals weergegeven. ** Indien het toestel laag in de boezem wordt geplaatst dient er een bredere boezem gerealiseerd te worden ten behoeve van het bedieningsluik.
7.5 Plaatsen bedieningsluik In het bedieningsluik wordt een aantal componenten geplaatst, zoals het typeplaatje, het gasregelblok en, indien van toepassing, de componenten behorende bij het DRU PowerVent® systeem. Het bedieningsluik is zo ontworpen dat alle componenten, afstel-, meet- en inregelmogelijkheden optimaal bereikbaar zijn en de componenten optimaal werken.
Pagina 33
Ins tal lati ehandleiding 180° 180° >15mm 180° 38c-2511-1 7-15...
Ins tal lati ehandleiding 8. Toestel 8.1 Ruit De ruit van dit toestel is eenvoudig te openen voor het schoonmaken van de ruit aan de binnenzijde. Voor het plaatsen van de houtset, het afstellen van het toestel en het onderhoud dient de ruit te worden uitgenomen. 8.1.1 Openen ruit Ga als volgt te werk voor het openen van de ruit (zie afb.
Ins tal lati ehandleiding 8.1.2 Sluiten ruit Sluit de ruit nadat deze is gereinigd. Ga als volgt te werk voor het sluiten van de ruit (zie afb. 8-2). Druk de ruit dicht door het profiel bovenop de ruit naar het toestel toe te drukken (1). De ruit zal automatisch sluiten.
Ins tal lati ehandleiding 8.1.3 Ruit uitnemen Ga als volgt te werk voor het uitnemen van de ruit (zie afb. 8-3). Open de ruit (zie paragraaf 8.1.1). Haak de opvangstangen uit de houder door deze naar binnen te trekken (1). Schuif de opvangstangen naar binnen zodat deze het werk niet kunnen belemmeren maar zorg wel dat deze later weer te bereiken zijn.
Ins tal lati ehandleiding 8.1.4 Ruit terugplaatsen Plaats de ruit terug nadat de het toestel juist is afgesteld, de houtset is geplaatst, de ruit schoon is en/of onderhoud is gepleegd. Ga als volgt te werk voor het terug plaatsen van de ruit (zie afb. 8-4). Pak de ruit aan beide zijkanten onderaan vast en houd de ruit onder de hoek van de open stand (1).
Ins tal lati ehandleiding 8.2 Afstellen toestel Het toestel dient zo afgesteld te worden, dat het goed functioneert in combinatie met het afvoersysteem. Daartoe wordt eventueel een restrictieschuif geplaatst, de luchtinlaatgeleider vervangen of verwijderd. De voorwaarden voor toepassing met geveldoorvoer en dakdoorvoer staan vermeld in de Tabellen 7-3 tot en met 7-5. 8.2.1 Restrictieschuif De restrictieschuif wordt los meegeleverd.
Ins tal lati ehandleiding 8.2.2 Luchtinlaatgeleider Luchtinlaatgeleider 1 is gemonteerd en luchtinlaatgeleider 2 wordt los meegeleverd. Ga voor het vervangen of verwijderen van luchtinlaatgeleider 1 als volgt te werk (zie Afb. 8-6): Neem de ruit uit het toestel (zie paragraaf 8.1.3). Draai de parkers uit de achterste plaat rondom de brander (1) en verwijder deze.
Ins tal lati ehandleiding 8.3 Houtset Het toestel wordt geleverd met een houtset. In de afbeeldingen is de kleur niet altijd correct weergegeven. Neem de onderstaande instructies in acht ter voorkoming van onveilige situaties: - Gebruik uitsluitend de meegeleverde houtset. - Plaats de houtset exact volgens de beschrijving.
Ins tal lati ehandleiding 8.3.1 Plaatsen houtset De houtset bestaat uit een aantal stammen (zie Afb. 8-9), vermiculiet (zie Afb. 8-10), chips (zie Afb. 8-11), gloeimateriaal (zie Afb. 8-12) en as (zie Afb. 8-13). In geval van een Eco Glow toestel wordt er een Glowing embers set meegeleverd (zie Afb. 8-15). Volledige afdekking van de Eco Glow openingen in de plaat rond brander is niet mogelijk, hierdoor is er kans op strooilicht.
Ins tal lati ehandleiding 9. Aansturing/bediening Het toestel wordt geleverd met een draadloze zwarte afstandsbediening voor de gebruiker (zie Afb. 9-1 (B)). Optioneel is een oranje afstandsbediening leverbaar voor de installateur (zie Afb. 9-1 (O)). Het regelen van de vlamhoogte, het ontsteken en het uitschakelen, gebeurt met behulp van de zwarte afstandsbediening die de ontvanger aanstuurt.
Het is mogelijk één of meerdere lampen (bij meerdere lampen maximaal 0,5A/250VAC/30VDC) te bedienen via de afstandsbediening van het toestel. Denk hierbij bijvoorbeeld aan de lampen van de lux-elementen van DRU. Hiervoor kan schakelcontact B op de ontvanger worden gebruikt (zie Afb 9-2). Indien het toestel is voorzien van LED verlichting vervalt het schakelcontact ‘B’.
Ins tal lati ehandleiding 9.3 Aansluiting extra voeding (max. 80W, 230VAC) (indien van toepassing) Deze aansluiting is ideaal voor eventuele verlichting of een ventilatiesysteem in de boezem en kan worden bediend met de afstandsbediening (zie Afb 9-2 (C)). De voeding van deze aansluiting is gelijk aan de netspanning en mag maximaal belast worden met 80 Watt.
Ins tal lati ehandleiding 9.5.1 Bedraad Het bedraad aansluiten van een Domotica-systeem op de ontvanger geschiedt via een gelijkspanning van 0-3VDC (zie Afb. 9-2 (D)). Een hogere spanning dan 3V schaadt de ontvanger en is daarom niet toegestaan. Breng de spanning bij Domotica-systemen met een uitgangsspanning van 0-10V terug tot 0-3VDC. Gebruik hiervoor een, uit weerstanden opgebouwde, spanningsdeler.
Domoticasysteem verkrijgbaar. 9.5.2.2 Aansturing via applicatie Ook bij het bedienen van het toestel via een tablet met de DRU Control App (iOS of Android), is een communicatiemodule noodzakelijk. Deze kan bij DRU besteld worden. Ga voor het aansturen van het toestel via de DRU Control App als volgt te werk: Test met behulp van de afstandsbediening of de locatie, waar de communicatiemodule geplaatst wordt, binnen het bereik ligt van de ontvanger.
Ins tal lati ehandleiding 10. Eindcontrole Voor een goede en veilige werking van het toestel dienen onderstaande controles vóór ingebruikname te worden uitgevoerd. 10.1 Gasdichtheid Alle aansluitingen dienen gasdicht te zijn. Controleer de aansluitingen op gasdichtheid. Het gasregelblok mag aan een druk van maximaal 50 mbar blootgesteld worden.
Ins tal lati ehandleiding Indien de hoofdbrander WEL blijft branden: 11. Maak de ruit schoon voor de eerste ingebruikname zoals beschreven in de gebruikershandleiding. Monteer vervolgens de ruit zoals beschreven in hoofdstuk 8. 12. Herhaal de ontstekingsprocedure enkele malen en voer de controles uit zoals beschreven in paragraaf 10.3.2. 13.
Ins tal lati ehandleiding 11. Oplevering Maak de gebruiker vertrouwd met het toestel. Instrueer de gebruiker over onder meer de ingebruikname, de veiligheidsmaatregelen, de werking van de afstandsbediening en het jaarlijkse onderhoud (zie de Gebruikershandleiding). - Laat de gebruiker bij storingen/slecht functioneren onmiddellijk de gaskraan sluiten en contact opnemen met de installateur ter voorkoming van onveilige situaties.
Ins tal lati ehandleiding 12. Onderhoud Het toestel dient eenmaal per jaar door een vakbekwame installateur op het gebied van gasverwarming en elektriciteit gecontroleerd, gereinigd en eventueel gerepareerd te worden. In ieder geval dient de goede en veilige werking van het toestel gecontroleerd te worden.
Ins tal lati ehandleiding Bijlage 1: Storingen Diagnose van storingen Foutcode Probleem Mogelijke oorzaak Oplossing Communicatie verlies tussen Communicatiekabel Zorg dat de connectors van de ontvanger en ESYS heeft geen contact comm. kabel goed contact maken Communicatiekabel defect Vervang communicatiekabel Ontvanger oververhit Slechte ventilatie bij ontvanger Verbeter ventilatie bij ontvanger...
Pagina 61
Ins tal lati ehandleiding Diagnose van storingen Foutcode Probleem Mogelijke oorzaak Oplossing ESYS wordt ESYS staat in hard-lock Half uur wachten tot niet vrijgegeven ESYS zich zelf reset F13/F14 Vlamverlies (geen ionisatie) Ionisatiepen kortgesloten Verwijder chips, vermiculiet wanneer alleen de hoofdbrander of gloeiwol dat tegen de (F13) aan staat of beide branders ionisatiepen ligt...