Opmerking
• Afhankelijk van het instellingsitem kunnen sommige instellingen niet worden opgegeven in
combinatie met de instelling van het andere instellingsitems. Als een instelling die niet kan worden
opgegeven is geselecteerd, worden
aanraakscherm. In dat geval tikt u op
bevestigen en wijzigt u de instelling.
1. Aantal (Copies)
Hiermee wordt het aantal kopieën opgegeven.
2. Pg.form. (Page size)
Selecteer het paginaformaat van het geplaatste papier.
3. Type (Mediumtype)
Selecteer het mediumtype van het geplaatste papier.
4. Afdr.kwl. (Print qlty) (Afdrukkwaliteit)
Selecteer de afdrukkwaliteit op basis van het origineel.
5. Marge (Border) (Met of zonder marge afdrukken)
Hiermee selecteert u afdrukken met of zonder rand.
6. Fotocorr. (Photo fix)
Selecteer Geen corr. (No correction), Automat. fotocorr. (Auto photo fix) of Vervagingscorr.
(Fade restoration).
Opmerking
• Wanneer Geen corr. (No correction) is geselecteerd, drukt het apparaat de gescande
afbeelding zonder correctie af.
• Wanneer Automat. fotocorr. (Auto photo fix) is geselecteerd, corrigeert het apparaat de
gescande afbeelding automatisch.
en Foutdetails (Error details) weergegeven op het
linksboven op het aanraakscherm om het bericht te
572