6. Installeer de nieuwe kaart in de juiste sleuf op de systeemplaat en draai de kaartklem dicht. Zie
"Onderdelen op de systeemplaat" op pagina 14.
Figuur 17. Een PCI-kaart installeren
Volgende stappen:
• Als u met een ander stuk hardware wilt werken, gaat u naar het desbetreffende gedeelte.
• Ga naar "Het vervangen van de onderdelen voltooien" op pagina 115 voor informatie over het voltooien
van de installatie of vervanging.
Geheugenmodules installeren of vervangen
Attentie:
Open uw computer niet of probeer geen reparatie voordat u de "Belangrijke veiligheidsvoorschriften" op pagina v
hebt gelezen en begrepen.
In dit gedeelte vindt u instructies voor het installeren of vervangen van een geheugenmodule.
Uw computer beschikt over vier geheugensleuven voor het plaatsen of vervangen van DDR3 UDIMMs.
Daardoor kunt u het systeemgeheugen uitbreiden tot maximaal 32 GB. Gebruik bij het installeren of
vervangen van een geheugenmodule DDR3 UDIMMs van 2 GB, 4 GB of 8 GB in elke combinatie tot
maximaal 32 GB.
De volgende tabel biedt informatie over de geheugenmodule installatievoorwaarden welke u in acht dient te
nemen wanneer u een geheugenmodule installeerd of verwijderd. Het "X"-teken geeft de geheugenmodules
aan waar u de geheugenmodules kunt installeren voor verschillende situaties. De nummers 1, 2, 3 en 4
geeft de installatievolgorde aan. Zie "Onderdelen op de systeemplaat" op pagina 14 voor informatie over de
locatie van de geheugenmodulesleuven.
.
Hoofdstuk 5
Hardware installeren en vervangen
49