C
USB-
ONTROLEER OF DE
Probeer een andere USB-kabel. Als u een kabel gebruikt die langer is dan drie meter, moet u een kortere kabel
proberen.
C
ONTROLEER OF U DE JUISTE CD VOOR HET PRINTERMODEL GEBRUIKT
Vergelijk het printermodel dat is vermeld op de cd met het printermodel dat is vermeld op de printer. De cijfers
moeten exact overkomen of binnen dezelfde productserie vallen.
Bij twijfels controleert u op onze website of er een bijgewerkte versie van de printersoftware beschikbaar is.
Raadpleeg 'Printersoftware installeren' in de Gebruikershandleiding voor meer informatie. U kunt de
Gebruikershandleiding weergeven via de koppeling onder aan het installatievenster.
S
LUIT DE NETVOEDING OPNIEUW AAN
1
Schakel de printer uit.
2
Trek de stekker van het netsnoer uit het stopcontact.
3
Maak de netvoeding los van de achterkant van de printer en sluit de netvoeding weer aan.
4
Steek de stekker van het netsnoer weer in het stopcontact.
5
Schakel de printer in en hervat de installatie op de computer.
V
OER HET INSTALLATIEPROGRAMMA OPNIEUW UIT
1
Sluit het installatieprogramma.
2
Verwijder de cd uit de computer en start de computer opnieuw op.
3
Plaats de cd in de computer en voer het installatieprogramma opnieuw uit.
Opmerkingen:
•
Als het venster Software is al geïnstalleerd wordt weergegeven, selecteert u Printer installeren.
•
Als u de printer al hebt geconfigureerd, selecteert u Extra computer als het venster Configureert u een
nieuwe printer? wordt weergegeven om de wizard voor hardwareconfiguratie over te slaan.
C
ONTROLEER OF DE COMPUTER
Open Apparaatbeheer en controleer of er activiteit plaatsvindt als een USB-apparaat wordt aangesloten op een USB-
poort:
1
Klik op
of op Start en klik op Uitvoeren.
2
Typ devmgmt.msc in het vak Zoekopdracht of Uitvoeren.
3
Druk op Enter of klik op OK.
Het venster Apparaatbeheer wordt geopend.
KABEL WERKT
USB-
ACTIVITEIT OP DE
Problemen oplossen
USB-
POORT AANGEEFT
133