Programmakop
Programma-instellingen aanpassen
De programma-instellingen moeten worden afgestemd op de spoel-
technische eisen en het gebruikte spoelgoed.
Om de programma-instellingen te kunnen wijzigen, is specifieke ma-
chinekennis vereist. Wijzigingen kunnen daarom alleen door deskun-
dige gebruikers of door de Miele Service worden uitgevoerd.
Bij wijzigingen in de programmaparameters van een automaat met
kwalificatie moet de kwalificatie van het reinigingsresultaat mogelijk
opnieuw worden uitgevoerd.
Programma-opbouw
Elk programma is in programmablokken onderverdeeld die een voor
een afgewerkt worden. Een programma heeft minimaal één blok en
maximaal 11 blokken. Elk blok kan in een programma slechts een
keer voorkomen.
In de menustructuur bevindt zich de programmakop boven de pro-
grammablokken. De programmakop bevat de algemene instellingen
van het programma. Bovendien worden via de programmakop be-
paalde parameters van de spoelblokken algemeen geactiveerd of ge-
deactiveerd.
-
Sproeiarmbewaking
U kunt het toerental van de sproeiarmen in geselecteerde spoel-
blokken laten bewaken.
Grenswaarde LFMMc
-
Met een meetmodule voor de geleidbaarheid (LFMMc) wordt de
geleidbaarheid van het water in de naspoelfase bewaakt.
Waterhoeveelheid wijzig.
-
Voor elk programma kan de instromende waterhoeveelheid worden
vergroot of verkleind. De instelling geldt voor alle programmablok-
ken met watertoevoer.
Afpomptijd
-
Als het waterafvoersysteem op de locatie onvoldoende capaciteit
heeft om het water uit de spoelruimte binnen de standaardtijd af te
voeren, kan de afpomptijd met een vaste waarde worden verlengd.
Programma-instellingen
101