Voorbereiden
Maak het spoelgoed leeg voordat u het in de automaat zet (neem
hierbij de geldende voorschriften in acht).
Verwijder niet in water oplosbare verontreinigingen (zoals lak, lijm en
polymeerverbindingen) met een geschikt oplosmiddel.
Spoelgoed dat met oplosmiddelen, chloridehoudende oplossingen
of zoutzuur in aanraking is geweest, moet u vóór het inruimen gron-
dig met water afspoelen en goed laten afdruipen.
Op het spoelgoed mogen hooguit resten van oplosmiddelen
voorkomen als u het in de automaat plaatst.
Van oplosmiddelen met een vlampunt onder 21 °C mogen slechts
sporen aanwezig zijn.
Chloridehoudende oplossingen (met name zoutzuur) en stoffen
die corrosie kunnen veroorzaken, mogen niet in de automaat te-
rechtkomen!
Verwijder bij petrischalen voedingsbodems (agar).
Verwijder (aangekoekte) bloedresten.
Spoel het spoelgoed zo nodig met water af om te voorkomen dat te
veel verontreinigingen in de automaat terechtkomen.
Verwijder stoppen, kurken, etiketten, lakresten, etc.
Plaats kleine voorwerpen, zoals stopjes en kraantjes, op de juiste
wijze in daarvoor geschikte rekken.
Controleer of moeilijk of niet verwijderbare contaminaties, zoals slijp-
vet en papieren etiketten, die het behandelingsresultaat zouden kun-
nen beïnvloeden, vooraf moeten worden verwijderd.
Bij spoelgoed dat verontreinigd is met microbiologisch materiaal, pa-
thogene kiemen, facultatief pathogene kiemen, gen-gemanipuleerd
materiaal, etc. moet worden bepaald of het spoelgoed voorafgaand
aan de machinale behandeling moet worden gesteriliseerd.
Gebruik
41