4. De hellingstand van de loopband veranderen
zoals gewenst.
Druk om de helling van de loopband te veran-
deren, op de toets Helling [INCLINE] verhogen of
verlagen of een van de genummerde 1 Stap
hellings-toetsen [1 STEP INCLINE]. Elke keer als u
op een van de toetsen drukt zal de helling gelei-
delijk veranderen tot het de geselecteerde hellin-
ginstelling bereikt.
5. Selecteer een weergavemodus en controleer de
vooruitgang op het display.
Het bedieningspaneel biedt verschillende display-
opties. De gekozen display mode zal aangeven
welke informatie wordt weergegeven. Door her-
haaldelijk te drukken op de toets Weergave [DIS-
PLAY] of de toetsen verhogen en verlagen naast
de toets Enter kunt u de gewenste weergave-
modus selecteren.
De middelste display zal de volgende oefening-in-
formatie tonen als u op de loopband loopt of rent:
• De hellingstand [INCLINE] van de loopband.
• De snelheid [SPEED] van de loopband.
• De afstand [DISTANCE] die u hebt gewandeld of
gelopen.
• De verlopen tijd [TIME].
• Uw snelheid in minuten per kilometer [PACE].
• Het aantal bij benadering verbrande calorieën
[CALORIES].
• Uw hartslag [PULSE] (zie stap 6 op deze
pagina).
Ongeacht welke weergavemodus u selecteert, ver-
schijnen de snelheid en hellingsinstellingen in de
snelheid en hellingdisplays.
All manuals and user guides at all-guides.com
16
6. Meet desgewenst uw hartslag.
Opmerking: Indien u de Handgreep polssensor
en de Borstkas-polssensor tegelijkertijd ge-
bruikt, zal het bedieningspaneel uw hartslag
niet nauwkeurig weergeven. Zie pagina 12 voor
meer informatie over de borstkas-sensor.
Voordat u de
handgreep
polssensoren
gebruikt, ver-
wijdert u het
plastic laagje
van de met-
alen contact-
punten. Zorg
er ook voor dat
uw handen schoon zijn.
Om uw hartslag te meten, gaat u op de voetleun-
ing staan en houdt u de contactpunten vast –
beweeg uw handen niet. Elke keer als uw hart
klopt, verschijnen er verschillende streepjes en
daarna wordt uw hartslag getoond. Voor de meest
nauwkeurige hartslagwaarde, dient u de con-
tactpunten gedurende 15 seconden vast te
houden.
7. Als u klaar bent met de oefening dient u de
sleutel uit het bedieningspaneel te halen.
Ga op de voetkussentjes staan, druk op de Stop-
toets [STOP] en stel de hellingstand van de
loopband in de laagste positie. De helling moet
op de laagste instelling staan als u de loop-
band vouwt in de opslagstand, anders kunt u
de loopband beschadigen. Haal vervolgens de
sleutel uit het bedieningspaneel en bewaar deze
op een veilige plek.
Wanneer u klaar bent met de loopband te ge-
bruiken, zet de aan/uitschakelaar in de uitstand en
neemt u het snoer uit het stopcontact. BELAN-
GRIJK: Als u dit niet doet, kunnen de elek-
trische onderdelen van de loopband voortijdig
slijten.
Contactpunten