Inhoudsopgave
Advertenties
6.2 Voor bedieningspaneel op het platform
Draai de sleutelschakelaar naar de stand voor bediening op de grond.
Resultaat: De correlatie-indicator gaat aan en geeft geen foutmeldingen weer.
Noodstop testen
1、 Draai de sleutelschakelaar naar de stand voor bediening op het platform.
2、 Druk de rode noodstopschakelaar op de grond in naar de UIT-stand
Resultaat: Alle functies zijn uitgeschakeld.
3、 Trek de rode noodstopschakelaar uit naar de AAN-stand.
Claxon testen
1、 Druk op de claxonknop
Resultaat: De claxon moet weerklinken
Schakelaar voor activering testen
1、 Houd de schakelaar voor activering van de functies op de bedieningshendel niet vast. Beweeg de
bedieningshendel in de richting van de pijl.
Resultaat: Er mogen geen functies in werking treden.
Test omhoog en omlaag bewegen
1、 Druk op de keuzeknop voor de functie omhoog, de knop licht op.
2、 Beweeg de bedieningshendel langzaam naar voren in de richting van de pijl.
Resultaat: Het platform moet omhoog gaan.
3、 Laat de bedieningshendel los.
Resultaat: Het platform moet stoppen met omhoog gaan.
4、 Beweeg de bedieningshendel langzaam naar achteren.
Resultaat: Het platform moet naar beneden gaan en het alarm moet weerklinken
Besturing testen
1、 Druk op de keuzeknop voor de rijfunctie, de knop licht op.
2、 Houd de activeringsknop en de knop om naar links te draaien op de bedieningshendel tegelijk
ingedrukt. Resultaat: het wiel draait naar links.
3、 Houd de activeringsknop en de knop om naar rechts te draaien op de bedieningshendel tegelijk
ingedrukt. Resultaat: het wiel draait naar rechts.
Proefrit en remmen
1、 Druk op de rijknop, de knop gaat aan.
2、 Duw de proportionele bedieningshendel langzaam naar voren in de richting die wordt aangegeven
32
Advertenties
Inhoudsopgave
