2.4 Weergave en bediening
1、 ECU-weergavescherm: geeft machinemodi of foutcodes weer
2、 Parameterinstelling: Stelt systeemparameters in of wijzigt ze
3、 Onderste
hefbediening:
Heffen
en
dalen
op
het
grondbedieningsplatform
4、 Noodstopschakelaar: stopt alle werkingsacties
5、 Sleutelschakelaar: omschakelen tussen grond- of platformbediening
6、 Indicatorlampje overbelasting: het indicatorlampje gaat aan wanneer de machine overbelast is
7、 Draaiknop: bedient de machine om naar links of rechts te draaien
8、 Bedieningshendel: voor het aansturen van het heffen, dalen, vooruit en
achteruit
9、 PCU-weergavescherm: geeft het huidige vermogen of de foutcode weer
10、 Hefknop: het indicatorlampje is aan om de heffunctie te activeren
11、 Claxonknop: om de claxon bedienen
12、 Rijknop: het indicatorlampje activeert de rijfunctie
13、 Snelheidskeuzeknop: het indicatorlampje activeert lage snelheid
14、 Knop inschakelen: Druk hierop om de rij- of heffunctie in te schakelen
8