Download Inhoudsopgave Inhoud Print deze pagina
Daikin VRV IV+ REYQ8U7Y1B Uitgebreide Handleiding Voor De Installateur En De Gebruiker
Daikin VRV IV+ REYQ8U7Y1B Uitgebreide Handleiding Voor De Installateur En De Gebruiker

Daikin VRV IV+ REYQ8U7Y1B Uitgebreide Handleiding Voor De Installateur En De Gebruiker

Warmteterugwinning
Inhoudsopgave

Advertenties

Uitgebreide handleiding
voor de installateur en de
gebruiker
VRV IV+ warmteterugwinning
REYQ8U7Y1B
REYQ10U7Y1B
REYQ12U7Y1B
REYQ14U7Y1B
REYQ16U7Y1B
REYQ18U7Y1B
REYQ20U7Y1B
Uitgebreide handleiding voor de installateur en de gebruiker
Nederlands
VRV IV+ warmteterugwinning
REMQ5U7Y1B

Advertenties

Inhoudsopgave
loading

Samenvatting van Inhoud voor Daikin VRV IV+ REYQ8U7Y1B

  • Pagina 1 Uitgebreide handleiding voor de installateur en de gebruiker VRV IV+ warmteterugwinning REYQ8U7Y1B REYQ10U7Y1B REYQ12U7Y1B REYQ14U7Y1B REYQ16U7Y1B REYQ18U7Y1B REYQ20U7Y1B Uitgebreide handleiding voor de installateur en de gebruiker Nederlands VRV IV+ warmteterugwinning REMQ5U7Y1B...
  • Pagina 2: Inhoudsopgave

    Inhoudsopgave De buitenunit monteren .............. 23 Inhoudsopgave 6.3.1 De installatiestructuur voorzien........23 Koelmiddelleidingen aansluiten..........23 6.4.1 Voorzorgsmaatregelen bij het aansluiten van koelmiddelleidingen ............. 23 1 Algemene veiligheidsmaatregelen 6.4.2 Over het aansluiten van de koelmiddelleidingen ..24 Over de documentatie ............... 6.4.3 Koelmiddelleidingen leggen .........
  • Pagina 3 1 Algemene veiligheidsmaatregelen Overzicht: Inbedrijfstelling ............48 18.2 Onderhoud voor een lange periode van stilstand....... 67 Voorzorgsmaatregelen bij de inbedrijfstelling......48 18.3 Over het koelmiddel ..............67 Checklist voor de inbedrijfstelling ..........49 18.4 Dienst-na-verkoop en garantie ........... 67 Over proefdraaien ..............49 18.4.1 Garantieperiode ............
  • Pagina 4: Algemene Veiligheidsmaatregelen

    8 jaar en door personen met verminderde fysieke, zintuiglijke die door Daikin gemaakt of goedgekeurd werden. of mentale mogelijkheden of een gebrek aan ervaring en kennis als het gebruik van het apparaat op een veilige manier werd WAARSCHUWING uitgelegd en als zij de gevaren hiervan begrijpen.
  • Pagina 5: Plaats Van Installatie

    1 Algemene veiligheidsmaatregelen GEVAAR: RISICO OM ZICH TE VERBRANDEN 1.3.3 Koelmiddel ▪ Raak tijdens bedrijf GEEN Indien van toepassing. Voor meer informatie, raadpleeg de koelmiddelleidingen, waterleidingen interne installatiehandleiding of de uitgebreide handleiding (voor de onderdelen aan. Deze kunnen te warm of te koud zijn. installateur) van uw toepassing.
  • Pagina 6: Pekel

    1 Algemene veiligheidsmaatregelen ▪ Gebruik uitsluitend gereedschap dat enkel en alleen voor het soort 1.3.6 Elektrisch koelmiddel bedoeld is om de vereiste drukweerstand te kunnen garanderen en om te beletten dat vreemde stoffen in het systeem GEVAAR: GEVAAR VOOR ELEKTROCUTIE terechtkomen.
  • Pagina 7: Over De Documentatie

    Laatste herzieningen van de meegeleverde documentatie kunnen op elektriciteitskast veilig zijn aangesloten. de regionale Daikin-website of via uw dealer beschikbaar zijn. ▪ Controleer of alle deksels dicht zijn vooraleer de unit De documentatie is oorspronkelijk in het Engels geschreven. Alle aan te zetten.
  • Pagina 8: De Buitenunit Uitpakken

    3 Over de doos ▪ Maak de weg waarlangs u de unit naar binnen zult brengen op Om de toebehoren van de voorhand klaar. buitenunit uit te nemen ▪ Hijs de unit bij voorkeur op met een kraan en 2 draagbanden van 5~12 HP 14~20 HP minstens 8 ...
  • Pagina 9: Transportbeveiliging Verwijderen (Alleen Voor 14+16 Hp)

    4 Over de units en opties Accessoireleidingen (mm) Øa Øb Hogedruk-/ 19,1 15,9 lagedrukgasleiding ▪ Aansluiting aan de voorkant 19,1 ID Øa ID Øb 22,2 (12.3 N·m) ▪ Aansluiting (12.3 N·m) onderkant ID Øa 28,6 OD Øb Alleen in combinatie met de leidingkit voor aansluiting van meerdere buitenunits.
  • Pagina 10: Over De Buitenunit

    4 Over de units en opties Over de buitenunit Deze montagehandleiding betreft het VRV IV, volledig door inverter aangedreven warmteterugwinningssysteem. Verkrijgbare modellen: Model Beschrijving REYQ8~20 Warmteterugwinningsmodel voor enkelvoudig of meervoudig gebruik REMQ5 Warmteterugwinningsmodel alleen voor meervoudig gebruik Welke functies beschikbaar zijn, hangt af van het type van de geselecteerde buitenunit.
  • Pagina 11: Mogelijke Combinaties Van Binnenunits

    5 Voorbereiding 4.5.2 Mogelijke combinaties van binnenunits Continu verwarmen REYQ52 = REYQ16 + 18 + 18 In het algemeen kunnen de volgende types binnenunit worden REYQ54 = REYQ18 + 18 + 18 aangesloten op een VRV IV-warmteterugwinningssysteem. Deze lijst is niet beperkend en hangt af van zowel de combinaties van de buitenunitmodellen als de binnenunitmodellen.
  • Pagina 12: Installatieplaats Voorbereiden

    5 Voorbereiding Gebruikersinterface ▪ Koelmiddelleiding voorbereiden Binnenunit ▪ Elektrische bedrading voorbereiden Buitenunit In plaatsen met een slechte ontvangst, moet de afstand 3 m of meer Installatieplaats voorbereiden bedragen om elektromagnetische storingen van andere apparatuur te voorkomen en moeten de voedings- en transmissieleidingen in kabelbuizen liggen.
  • Pagina 13: Bijkomende Vereisten Inzake De Installatieplaats Van De Buitenunit In Koude Klimaten

    Werkingsbereik verwarmen b Werkingsbereik Binnentemperatuur Buitentemperatuur Als de unit 5 dagen in deze omgeving met een hoge vochtigheidsgraad (>90%) moet werken, beveelt Daikin de installatie van de optionele kit met een verwarmingslint (EKBPH012TA EKBPH020TA) afvoeropeningen vrij te houden. 5.2.3...
  • Pagina 14: De Koelmiddelleidingen Voorbereiden

    5 Voorbereiding 3 Bereken de koelmiddeldichtheid aan de hand van de resultaten van de berekeningen in stap 1 en 2 hiervoor. Als het resultaat van de voorgaande berekening groter is dan de maximaal toelaatbare concentratie, moet een ventilatieopening naar de ruimte ernaast worden voorzien.
  • Pagina 15: A, B, C: Leiding Tussen Buitenunit En (Eerste) Koelmiddelaftakset

    5 Voorbereiding ▪ Stroomafwaartse capaciteit voor D=[capaciteitsindex van unit 1]+[capaciteitsindex van unit 2] E: Leiding tussen koelmiddelaftakkit of BS-unit en binnenunit De leidingdiameter voor rechtstreekse aansluiting op de binnenunit moet dezelfde zijn als de diameter voor de aansluitleiding van de binnenunit (wanneer de binnenunit een VRV ...
  • Pagina 16: Koelmiddelaftaksets Selecteren

    5 Voorbereiding Definities 5.3.3 Koelmiddelaftaksets selecteren Term Definitie Koelmiddel-refnets Reële leidinglengte Leidinglengte tussen buiten- en Voor een voorbeeld met leidingen, zie "5.3.2  Leidingmaat binnenunits selecteren" op pagina 14. Equivalente leidinglengte Leidinglengte tussen buiten- en ▪ Wanneer als eerste aftakking vanaf de kant van de buitenunit een binnenunits, inclusief de refnet-verbinding wordt gebruikt, kunt u deze kiezen uit de equivalente lengte van de...
  • Pagina 17: Enkelvoudige Buitenunits En Standaard Combinaties Met Meerdere Buitenunits >20 Hp

    5 Voorbereiding Leiding Maximumlengte (reëel/ equivalent) De buitenunit staat lager dan de ▪ De minimum binnenunits aansluitverhouding hangt af In het geval van een installatie 10 m/13 m van het hoogteverschil tussen met meerdere buitenunits: de buiten- en binnenunits: langste leiding van de buitenunit naar de laatste leidingaftakking ▪...
  • Pagina 18: Standaard Combinaties Met Meerdere Buitenunits ≤20 Hp En Vrije Combinaties Met Meerdere Buitenunits

    5 Voorbereiding Leiding Maximumlengte (reëel/ Leiding Maximumlengte (reëel/ equivalent) equivalent) Langste leiding van de buitenunit 135 m/160 m In het geval van een installatie 10 m/13 m of de laatste leidingaftakking voor met meerdere buitenunits: meerdere buitenunits (1+2, 1+3, langste leiding van de buitenunit 1+5) naar de laatste leidingaftakking voor meerdere buitenunits (4)
  • Pagina 19: Aansluiting Met Vrv Dx-Binnenunits En

    5 Voorbereiding Een verlenging tot 90 m is mogelijk als alle onderstaande In dit geval zijn dit beide reële leidinglengtes: buitenunits voorwaarden vervuld zijn: ≤20 HP / buitenunits >20 HP. In het geval van BS1Q-units is de leidinglengte tussen alle Aansluiting met VRV DX-binnenunits en binnenunits en de dichtstbij gelegen aftakkit ≤40 m.
  • Pagina 20: De Elektrische Bedrading Voorbereiden

    5 Voorbereiding Patroon 1 Patroon 2 >2 m >2 m >2 m ≤2 m ≤2 m Naar binnenunit Leiding tussen buitenunits OPMERKING Bij een systeem met meerdere buitenunits gelden voor de installatie beperkingen volgorde aansluitingen van de koelmiddelleiding tussen buitenunits. Naar binnenunit Leiding tussen buitenunits Installeer volgens de volgende beperkingen.
  • Pagina 21: Over Het Voldoen Aan De Normen Inzake Elektriciteit

    5 Voorbereiding WAARSCHUWING Meerdere buitenunits Model (Ω) Minimum S ▪ Al de bedrading MOET door een erkende elektricien waarde (kVA) uitgevoerd worden en MOET voldoen aan de geldende wetgeving. REYQ10 — 5786 ▪ Maak elektrische verbindingen op de bevestigde REYQ13 —...
  • Pagina 22: Installatie

    6 Installatie Meerdere buitenunits Installatie Model Minimum Aanbevolen circuitampèr zekeringen Overzicht: Installatie REYQ10 30,0 A 40 A In dit hoofdstuk wordt beschreven wat u ter plaatse moet doen en REYQ13 30,0 A 40 A weten om het systeem te installeren. REYQ16 30,0 A 40 A Typische werkstroom REYQ18 37,0 A 50 A...
  • Pagina 23: De Buitenunit Monteren

    6 Installatie 5~12 HP ▪ De voorkeurinstallatie is op een stevige lange fundering (stalen balkframe of beton). De fundering moet groter zijn dan het in het grijs aangegeven deel. ≥AB 2× 14~20 HP (mm) Minimumfundering Ankerpunt (4×) 6× 5~12 14~20 1076 1302 OPMERKING...
  • Pagina 24: Over Het Aansluiten Van De Koelmiddelleidingen

    6 Installatie WAARSCHUWING Neem voldoende maatregelen wanneer koelmiddel zou lekken. Ventileer onmiddellijk de zone wanneer koelgas lekt. Mogelijke risico's: ▪ Te hoge koelmiddelconcentraties in een gesloten ruimte kunnen leiden tot een gebrek aan zuurstof. Grote uitbreekopening ▪ Als koelgas in contact komt met vuur, kan giftig gas Boor ontstaan.
  • Pagina 25: Meerdere Buitenunits: Uitbreekopeningen

    6 Installatie ▪ Installeer verbindingen horizontaal waarschuwingslabel (a) op de verbinding bovenaan. ▪ De verbinding mag niet meer dan 7,5° hellen (zie zicht A). ▪ Installeer de verbinding niet verticaal (zie zicht B). 7.5° 7.5° Waarschuwingslabel Niet toegelaten Toegelaten Horizontaal oppervlak Refnet-verbinding verticaal gemonteerd ▪...
  • Pagina 26: Gebruik Van De Afsluiter En Servicepoort

    6 Installatie ▪ Doorblazen met stikstof bij het hardsolderen voorkomt belangrijke afzettingen van een geoxideerde filmlaag op de binnenkant van de leiding. Deze filmlaag heeft een nadelige invloed op de kleppen en compressoren in het koelsysteem en voorkomt een goede werking. ▪...
  • Pagina 27: De Koelmiddelleiding Controleren

    6 Installatie Weegschaal De koelmiddelleiding controleren Fles R410A-koelmiddel (hevelsysteem) Vacuümpomp Afsluiter vloeistofleiding 6.5.1 Over het controleren van de Afsluiter gasleiding Afsluiter hogedruk-/lagedrukgasleiding koelmiddelleidingen Klep A Klep B Zijn de werkzaamheden aan Werk de leidingen af. Klep C de koelmiddelleiding klaar? Klep D 3 Verwijder gas en olie uit de dichtgeknepen leiding met behulp van een aftaptoestel.
  • Pagina 28: Koelmiddelleiding Controleren: Algemene Richtlijnen

    6 Installatie "6.5.3  Koelmiddelleiding controleren: Opstelling"  op pagina  28 Op lekken controleren: Vacuümlektest voor meer informatie over de stand van de kleppen. 1 Vacumeer het systeem aan de vloeistof- en gasleiding gedurende meer dan 2 uur tot –⁠ 1 00,7 kPa (–⁠ 1 ,007 bar) (5 Torr 6.5.2 Koelmiddelleiding controleren: Algemene absoluut).
  • Pagina 29: Koelmiddelleidingen Isoleren

    6 Installatie OPMERKING Koelmiddelleidingen isoleren Als de stappen binnen de 12 minuten na het inschakelen Na de lektest en het vacuümdrogen moeten de leidingen worden van de binnen- en buitenunits worden uitgevoerd, werkt de geïsoleerd. Houd hierbij rekening met de volgende punten: compressor niet voordat de communicatie tussen de ▪...
  • Pagina 30: Koelmiddel Vullen: Stroomschema

    6 Installatie Leidingen in mm. Bij gebruik van leidingen met een maat in mm, OPMERKING vervang de gewichtsfactoren in de formule door de waarden in de De hoeveelheid koelmiddel in het systeem moet minder volgende tabel: dan 100  kg bedragen. Dit betekent dat als de berekende totale hoeveelheid koelmiddel gelijk aan of meer is dan 95 Leiding in inch Leiding in mm...
  • Pagina 31 6 Installatie Koelmiddel vooraf vullen Stap 1 p< p> Bereken hoeveelheid extra koelmiddel: R (kg) Stap 2+3 R410A • Sluit klep C, D en A • Open klep B naar de vloeistofleiding • Vul hoeveelheid vooraf: Q (kg) • Ontkoppel het verdeelstuk van de gasleiding en de hogedruk-/lagedrukgasleiding R<Q R>Q...
  • Pagina 32: Koelmiddel Vullen

    6 Installatie << Vervolg van vorige pagina Vullen bij verwarmen Vullen bij koelen ("t22" opstartregeling) ("t02" opstartregeling) ("t23" wachten op stabiel verwarmen) ("t03" wachten op stabiel koelen) "t23" knippert "t03" knippert • Druk binnen de 5 minuten op BS2 • Druk binnen de 5 minuten op BS2 •...
  • Pagina 33: Stap 6A: Koelmiddel Automatisch Vullen

    6 Installatie p < p > OPMERKING ▪ De koelmiddelvulpoort is aangesloten op de leiding in de unit. De interne leidingen van de unit zijn al in de fabriek gevuld met koelmiddel - sluit de vulslang dus voorzichtig aan. R410A ▪...
  • Pagina 34: Stap 6B: Koelmiddel Handmatig Vullen

    6 Installatie 4 Wanneer " " of " " begint te knipperen (klaar voor INFORMATIE vullen), druk binnen de 5 minuten op BS2. Open klep A. Als u ▪ Wanneer tijdens de procedure een storing wordt niet binnen de 5 minuten op BS2 drukt, verschijnt een gedetecteerd (bijv.
  • Pagina 35: Foutcodes Bij Het Vullen Met Koelmiddel

    6 Installatie 6.7.8 Foutcodes bij het vullen met koelmiddel Contains fluorinated greenhouse gases RXXX Code Oorzaak Oplossing GWP: XXX Abnormaal lage druk in Sluit onmiddellijk klep A. aanzuigleiding Druk op BS3 om te resetten. Controleer de GWP × kg volgende punten voordat 1000 u de procedure voor Als bij de unit een meertalig label voor fluorhoudende...
  • Pagina 36: Lokale Bedrading: Overzicht

    6 Installatie WAARSCHUWING OPMERKING ▪ Gebruik ALLEEN koperdraden. ▪ De bescherming van dit product tegen omgekeerde polariteit werkt alleen bij het opstarten van het product. ▪ Alle lokale bedrading moet voldoen aan de geldende Eventuele omgekeerde polariteit wordt dus niet wetgeving.
  • Pagina 37: Richtlijnen Bij Het Uitslaan Van De Uitbreekopeningen

    6 Installatie OPMERKING 6.8.4 Richtlijnen bij het uitslaan van de uitbreekopeningen ▪ Zorg ervoor voedingskabel transmissiekabel van elkaar gescheiden blijven. De ▪ Het uitslaan van een uitbreekopening gebeurt met een hamer. transmissiebedrading en de voedingsbedrading mogen ▪ Na het uitslaan van de uitbreekopeningen, verwijdert u best de kruisen, maar ze mogen niet parallel lopen.
  • Pagina 38: Transmissiebedrading Aansluiten

    6 Installatie 5~12 HP 14~20 HP ▪ De bedrading tussen de buitenunits in hetzelfde leidingsysteem moet worden aangesloten op de klemmen Q1/Q2 (Out Multi). Als de draden op de klemmen F1/F2 worden aangesloten, zal het systeem slecht werken. ▪ De bedrading voor de andere systemen moet worden aangesloten op de klemmen F1/F2 (Out-Out) van de printplaat in de buitenunit waarop de bedrading tussen de binnenunits is aangesloten.
  • Pagina 39: Voeding Aansluiten

    7 Configuratie Uitbreekopening vrijmaken. Sluit de opening af om te In dat geval moet de standaard geïnstalleerde vulring worden voorkomen dat kleine dieren of vuil binnendringen. verwijderd. Bevestig beide kabels aan de voedingsaansluitklem zoals hieronder 6.8.9 Voeding aansluiten afgebeeld: OPMERKING Sluit de voeding nooit aan op de klemmenstrook van de transmissiebedrading.
  • Pagina 40: Componenten Voor Lokale Instellingen

    7 Configuratie Stand 1 en 2 Stand Beschrijving Stand 1 Stand 1 kan worden gebruikt voor het controleren van de actuele situatie van de (controle buitenunit. U kunt tevens de inhoud van instellingen) sommige lokale instellingen controleren. Stand 2 Stand 2 wordt gebruikt voor het wijzigen van lokale instellingen van het systeem.
  • Pagina 41: Gebruik Van Stand 1

    7 Configuratie Toegang BS1 wordt gebruikt om de gewenste stand te veranderen. Instellingen in stand 2 Activeer stand 2 (druk meer dan 5 veranderen seconden op BS1) en selecteer de Toegang Actie gewenste instelling. Druk hiervoor op Stand 1 Druk één keer op BS1. BS2.
  • Pagina 42: Stand 2: Lokale Instellingen

    7 Configuratie [1‑13] Lokale instellingen in stand 2 moeten in de master-unit worden ingevoerd. Geeft het totaal aantal aangesloten buitenunits aan (in geval van systeem met meerdere buitenunits). [1‑0] Beschrijving Hiermee kunt u controleren of het totaal aantal geïnstalleerde Geen aanduiding Niet-gedefinieerde situatie. buitenunits overeenstemt met het totaal aantal door het systeem Buitenunit is master-unit.
  • Pagina 43 7 Configuratie [2‑8] -streefwaarde (°C) [2‑14] Hoeveelheid extra koelmiddel (kg) Instelling kan niet worden gebruikt. Totale hoeveelheid koelmiddel moet <100 kg zijn. ▪ Zie "6.7.2  Over koelmiddel bijvullen"  op pagina  29 voor meer informatie over de vulprocedure. "7.3  Energie besparen en optimale werking"  op pagina  45 voor meer informatie en advies over de impact van deze instellingen.
  • Pagina 44 7 Configuratie [2‑31] Door deze instelling te wijzigen, activeert u de automatische geluidsarme werking van de unit en bepaalt u het niveau van de Niveau stroomverbruikbegrenzing (stap  2) externe functie. Afhankelijk van het gekozen niveau, wordt het geluidsniveau besturingsadapter (DTA104A61/62). verlaagd.
  • Pagina 45: Pc-Configurator Aansluiten Op De Buitenunit

    7 Configuratie [2‑49] Beschrijving [2‑86] Beschrijving 0 (standaard) — 0 (standaard) Geen lekdetectie gepland. Wanneer de buitenunit hoger dan de Lekdetectie gepland één keer in [2‑85] dagen. binnenunits is geïnstalleerd en het Lekdetectie gepland elke [2‑85] dagen. hoogteverschil tussen de laagste binnenunit en de buitenunit meer dan 50 m bedraagt, moet 7.2.9 PC-configurator aansluiten op de...
  • Pagina 46: Mogelijke Comfortinstellingen

    7 Configuratie begint het systeem automatisch de koelmiddeltemperatuur te Om dit te activeren in… Verander… verhogen, de geleverde capaciteit te verlagen en de efficiëntie van Koelen [2‑81]=3. het systeem te verhogen. Deze instelling wordt gebruikt in Wanneer uw systeem bijvoorbeeld in de verwarmstand staat, dan combinatie met instelling [2‑8].
  • Pagina 47: Voorbeeld: Automatische Stand Bij Koelen

    7 Configuratie Gematigd Om dit te activeren in… Verander… Snel Verwarmen [2‑82]=0. Krachtig Deze instelling wordt gebruikt in 7.3.4 Voorbeeld: Automatische stand bij combinatie met instelling [2‑9]. verwarmen 7.3.3 Voorbeeld: Automatische stand bij koelen 100% 100% 49°C 46°C 6°C 3°C 35°C 2°C Reële belastingscurve...
  • Pagina 48: Met Behulp Van De Lekdetectiefunctie

    8 Inbedrijfstelling Gematigd Code Beschrijving Snel Te lage druk gemeten tijdens lekdetectie. Krachtig Herbegin de lekdetectie. Met behulp van de Binnenunit die niet compatibel is met de lekdetectiefunctie geïnstalleerd (bijv. lekdetectiefunctie Hydrobox-units, …). Het resultaat van de lekdetectie wordt weergegeven in [1‑29]. 7.4.1 Over de automatische lekdetectiefunctie Stappen tijdens lekdetectie:...
  • Pagina 49: Checklist Voor De Inbedrijfstelling

    8 Inbedrijfstelling OPMERKING Afsluiters Proefdraaien is mogelijk voor omgevingstemperaturen Zorg dat de afsluiters aan zowel de vloeistof- als de tussen –⁠ 2 0°C en 35°C. gaszijde open zijn. Beschadigde onderdelen INFORMATIE Controleer de binnenkant van de unit op beschadigde Gedurende de eerste bedrijfsperiode van de unit kan het onderdelen of platgedrukte leidingen.
  • Pagina 50: Proefdraaien

    9 Onderhoud en service INFORMATIE Proefdraaien Raadpleeg de montagehandleiding van de binnenunit voor 1 Sluit alle voorpanelen zodat u geen verkeerde besluiten trekt gedetailleerde storingscodes in verband met binnenunits. (behalve het servicedeksel van de inspectieopening in de elektrische componentenkast). Gebruik van de unit 2 Controleer of alle gewenste lokale instellingen zijn ingesteld;...
  • Pagina 51: Over De Servicestand

    10 Opsporen en verhelpen van storingen 5~12 HP 14~20 HP GEVAAR: ONTPLOFFINGSGEVAAR Afpompen – Koelmiddellekken. Als u het systeem wil afpompen en er zit een lek in het koelmiddelcircuit: X6A (A6P) X5A (A3P) ▪ Gebruik NIET de automatische afpompfunctie van de unit die al het koelmiddel uit het systeem naar de buitenunit sturen.
  • Pagina 52 10 Opsporen en verhelpen van storingen Hoofdcode Subcode Oorzaak Oplossing Master Slave 1 Slave 2 Hogedrukschakelaar geactiveerd Controleer toestand van afsluiter of (S1PH, S2PH) – hoofdprintplaat (X2A, problemen met (lokale) leidingen of X3A) luchtstroom over luchtgekoelde spiraal. ▪ Te veel koelmiddel ▪...
  • Pagina 53 10 Opsporen en verhelpen van storingen Hoofdcode Subcode Oorzaak Oplossing Master Slave 1 Slave 2 Storing sensor perstemperatuur (R21T): Controleer aansluiting op printplaat of open keten – hoofdprintplaat (X19A) actuator. Storing sensor perstemperatuur (R21T): Controleer aansluiting op printplaat of kortsluiting – hoofdprintplaat (X19A) actuator.
  • Pagina 54 10 Opsporen en verhelpen van storingen Hoofdcode Subcode Oorzaak Oplossing Master Slave 1 Slave 2 Transmissie buitenunit - inverter: INV1 Controleer aansluiting. transmissieprobleem - hoofdprintplaat (X20A, X28A, X40A) Transmissie buitenunit - inverter: FAN1 Controleer aansluiting. transmissieprobleem - hoofdprintplaat (X20A, X28A, X40A) Transmissie buitenunit - inverter: FAN2 Controleer aansluiting.
  • Pagina 55: Als Afval Verwijderen

    11 Als afval verwijderen Hoofdcode Subcode Oorzaak Oplossing Master Slave 1 Slave 2 Storing automatische adressering Controleer of aantal units met (inconsistentie) transmissiebedrading overeenstemt met aantal op voeding aangesloten units (controlestand) of wacht tot einde initialisering. Storing automatische adressering Controleer of aantal units met (inconsistentie) transmissiebedrading overeenstemt met aantal op voeding aangesloten units...
  • Pagina 56: Technische Gegevens

    Technische gegevens Mogelijkheid 1 Mogelijkheid 2 ▪ Een deel van de recentste technische gegevens is beschikbaar a≥10 mm a≥50 mm — op de regionale Daikin-website (publiek toegankelijk). b≥300 mm b≥100 mm ▪ De volledige recentste technische gegevens zijn beschikbaar op c≥10 mm c≥50 mm het Daikin-extranet (authenticatie vereist).
  • Pagina 57: Schema Van De Leidingen: Buitenunit

    12 Technische gegevens 12.3 Schema van de leidingen: Buitenunit Leidingschema: 5~12 HP Afsluiter (vloeistof) Servicepoort Afsluiter (hoge druk/lage druk) Afsluiter (gas) Vulpoort REYQ8~20+REMQ5U7Y1B Uitgebreide handleiding voor de installateur en de gebruiker VRV IV+ warmteterugwinning 4P561154-1 – 2018.09...
  • Pagina 58 12 Technische gegevens Leidingschema: 14~20 HP Afsluiter (vloeistof) Servicepoort Afsluiter (hoge druk/lage druk) Afsluiter (gas) Vulpoort Uitgebreide handleiding voor de installateur en de gebruiker REYQ8~20+REMQ5U7Y1B VRV IV+ warmteterugwinning 4P561154-1 – 2018.09...
  • Pagina 59: Bedradingsschema: Buitenunit

    12 Technische gegevens Vulpoort / Servicepoort Voor 5~12 HP: Kleuren (zie hieronder). Afsluiter Voor 14~20 HP: Bij gebruik van het optionele accessoire, zie de montagehandleiding van het optionele accessoire. Filter Voor 14~20 HP: Kleuren (zie hieronder). Terugslagklep Symbolen: Drukveiligheidsklep Lokale bedrading Klemmenstrook Thermistor Connector...
  • Pagina 60 12 Technische gegevens Legende voor bedradingsschema 14~20 HP: Q1DI Aardlekschakelaar Q1LD (A1P) Aardstroomdetector Printplaat (primair) Q1RP (A1P) Detectiecircuit voor fasenomkering A2P, A5P Printplaat (ruisfilter) R24 (A4P) Weerstand (stroomsensor) A3P, A6P Printplaat (inverter) R300 (A3P) Weerstand (stroomsensor) A4P, A7P Printplaat (ventilator) Thermistor (lucht) Printplaat (secundair) Thermistor (vloeistof, hoofd)
  • Pagina 61: Voor De Gebruiker

    13 Over het systeem R12T Thermistor (aanzuiging compressor) Elektronische expansieklep (onderkoeling warmtewisselaar) R13T Thermistor (reservoir gas) Elektronische expansieklep (warmtewisselaar R14T Thermistor (automatisch vullen) onder) R15T (alleen Thermistor (compressorhuis) Elektronische expansieklep (reservoir gas) 18+20 HP) Elektronische expansieklep (inverter-koelen) R21T, R22T Thermistor (M1C, M2C pers) Elektronische expansieklep (automatisch vullen) S1NPH Druksensor (hoog)
  • Pagina 62: Gebruikersinterface

    14 Gebruikersinterface Voor het gebruik WAARSCHUWING Deze unit bevat elektrische en hete onderdelen. WAARSCHUWING Controleer vóór het gebruik van de unit of zij correct werd geïnstalleerd door een installateur. OPMERKING Voer nooit zelf inspectie servicewerkzaamheden aan de unit uit. Vraag hier een erkend servicetechnicus voor.
  • Pagina 63: Gebruik Van Het Systeem

    16 Bediening Koelen Verwarmen Wanneer Binnentemperatuur 21~32°C droge bol 15~27°C droge bol REYQ8~20 De ventilator van de binnenunit wordt enkelvoudige stilgelegd, de koelmiddelcyclus wordt 14~25°C natte bol modellen omgekeerd en energie van in het gebouw Binnenvochtigheid ≤80% wordt gebruikt om de warmtewisselaar van de buitenunit te ontdooien.
  • Pagina 64: Gebruik Van Het Ontvochtigingsprogramma

    16 Bediening Starten Stoppen 1 Selecteer als volgt de bedrijfsstand met de keuzeschakelaar 4 Druk opnieuw op de AAN/UIT-knop van de gebruikersinterface. koelen/verwarmen op de afstandsbediening: Gevolg: Het werkingslampje gaat uit en het systeem stopt. Koelen Verwarmen Alleen ventileren OPMERKING Schakel de voeding niet meteen uit nadat de unit is gestopt, maar wacht minstens 5 minuten.
  • Pagina 65: Master-Gebruikersinterface Instellen

    17 Energie besparen en optimale werking Koelen Verwarmen 16.5.2 Gebruikersinterface als master instellen (VRV DX en Hydrobox) ▪ Wanneer ▪ Bij het starten. kamertemperatuur lager is dan ▪ Als kamertemperatuur 1 Druk 4 seconden op de keuzeknop voor de werkingsstand van de ingestelde temperatuur.
  • Pagina 66: Beschikbare Hoofdgebruiksmethoden

    18 Onderhoud en service unit opnieuw op te starten, dit om een vlotte werking te ▪ Eco garanderen. (Zie "Onderhoud" in de handleiding van de INFORMATIE binnenunit.) Een combinatie van de Automatische stand met Hydrobox- ▪ Als op het display staat (tijd om het luchtfilter te reinigen), laat toepassingen kan interessant zijn.
  • Pagina 67: Onderhoud Voor Een Lange Periode Van Stilstand

    18 Onderhoud en service een zekere technische kennis. Om voor een optimaal onderhoud 18.2 Onderhoud voor een lange periode units zorgen, raden normale van stilstand onderhoudswerkzaamheden aan te vullen met een onderhouds- en inspectiecontract. Ons dealernetwerk heeft toegang tot een Bijvoorbeeld aan het eind van het seizoen.
  • Pagina 68: Verkorte Onderhouds- En Vervangingscycli

    19 Opsporen en verhelpen van storingen OPMERKING Opsporen en verhelpen van ▪ In de tabel staan de belangrijkste onderdelen. storingen Raadpleeg uw onderhouds- en inspectiecontract voor meer informatie. Als zich één van de volgende problemen voordoet, neem dan onderstaande maatregelen en neem contact op met uw dealer. ▪...
  • Pagina 69: Storingscodes: Overzicht

    19 Opsporen en verhelpen van storingen Storing Maatregel Hoofdcode Inhoud Het systeem werkt, ▪ Controleer of de luchtinlaat of -uitlaat van Storing thermistor gebruikersinterface (binnenunit) maar koelt of verwarmt de buitenunit of de binnenunit niet Storing printplaat (buitenunit) onvoldoende. geblokkeerd Verwijder eventuele Aardlekschakelaar geactiveerd (buitenunit)
  • Pagina 70: Symptomen Die Geen Storingen Van Het Systeem Zijn

    19 Opsporen en verhelpen van storingen Hoofdcode Inhoud 19.2.6 Symptoom: Uit het toestel komt witte rook (binnenunit) Storing aansluiting binnenunits of verkeerde combinatie types ▪ Wanneer het vochtgehalte bij het koelen hoog is. Als de Dubbel gecentraliseerd adres binnenkant van een binnenunit extreem vuil is, zal de Storing in communicatie gecentraliseerde besturing - temperatuurverdeling in de kamer ongelijk zijn.
  • Pagina 71: 19.2.12 Symptoom: Er Komt Stof Uit De Unit

    19.2.14 Symptoom: De ventilator van de 1 Ga naar de volgende webpagina: https://energylabel.daikin.eu/ buitenunit draait niet 2 Om verder te gaan, kies: Tijdens de werking. De ventilatorsnelheid wordt geregeld met het ▪ "Continue to Europe" voor de internationale website.
  • Pagina 72 Ter plaatse te voorzien NIET door Daikin gemaakte apparatuur en uitrustingen die met het product volgens de instructies in de meegeleverde documentatie gecombineerd mogen worden.
  • Pagina 76 4P561154-1 2018.09...

Inhoudsopgave