Aanbevolen oplossingen
• Het volgende is een samenvatting van de vereiste stappen voor elke procedure; raadpleeg
voor uitgebreide instructies de helpfunctie in Papierbibliotheekbeheer voor
"Uitlijningsprofielen" "Uitlijningsprofielen maken / bewerken. ".
• Voor het maken van een Nieuw uitlijningsprofiel, gaat u als volgt te werk:
a.
Selecteer via Papierbibliotheekbeheer (op de printserver) Profielen > Uitlijning.
b.
Selecteer de knop Nieuw op het tabblad Uitlijning.
Het venster "Nieuwe profieleigenschappen" wordt weergegeven.
c.
Voer de Naam in die u aan het profiel wilt geven.
d.
Voer de procedure Automatisch uitlijnen uit.
e.
Druk een aantal testpagina's af om de afdrukken en de uitvoer te beoordelen.
f.
Indien nodig, afhankelijk van de resultaten, voert u Handmatig aanpassen uit.
g.
Gebruik de volgende richtlijnen bij handmatig aanpassen van meerdere onderdelen:
• Hanteer de volgende volgorde: Registratie, Loodrechte stand, Scheef en
Uitvergroting.
• Selecteer één optie per keer (bijvoorbeeld Registratie) en druk vervolgens een serie
testpagina's af om de afdrukken te beoordelen. Stel vast of de afgedrukte uitvoer
voor de geselecteerde optie aanvaardbaar is en als dit aanvaardbaar is, selecteer
en wijzig dan de volgende optie voor uitlijning.
• Druk na elke optie een serie testpagina's af voor het beoordelen van de afdrukken.
Stel vast of de uitvoer voor de geselecteerde functie aanvaardbaar is en als dat zo
is, pas dan zonodig een andere optie voor uitlijning aan.
• Ga als volgt te werk om een bestaand uitlijningsprofiel te gebruiken:
OPMERKING
De optie kan worden gevonden door achtereenvolgens te selecteren
Papierbibliotheekbeheer > Papiereigenschappen > Geavanceerde papierinstellingen >
Uitlijningsprofiel.
a.
Selecteer via Papiereigenschappen van het gewenste papiersoort, Geavanceerde
papierinstellingen > Uitlijningsprofiel.
b.
Selecteer of Standaard gebruiken of Selecteer uit lijst.
Bij het gebruik van Selecteer uit lijst, maakt u een keuze uit de lijst opgeslagen
Uitlijningsprofielen.
3.
Wijzig de instelling van Druk uitlijnrol.
TIP
Het wijzigen van de standaardinstelling 0 (nul) is een tijdelijke oplossing, omdat de
omgevingscondities van dag tot dag verschillen. Het is aanbevolen om na voltooiing van
de afdrukopdracht de optie terug te zetten in de standaardinstelling.
• Gebruik deze functie voor het aanpassen van de druk van de uitlijnrol.
• Sommige gecoate papiersoorten slippen en draaien, waardoor het beeld verkeerd op
de afdrukken wordt geregistreerd. In dit geval moet u wellicht de druk van de uitlijnrol
verhogen voor grotere druk op het papier om slippen en scheeftrekken te compenseren.
• Op sommige lichte papiersoorten wordt te veel druk uitgevoerd, waardoor de randen
van de afdrukken beschadigd raken. In dit geval moet u druk van de rol reduceren zodat
de druk op het papier wordt gereduceerd.
Xerox
®
Versant
®
3100 Press
Handleiding voor de gebruiker
Problemen oplossen
7-17