Inhoudsopgave
Advertenties
7.2 Ingangspunten op de BlueLine controller
Op de controller bevinden zich de ingangspunten „IN1 IN2 IN3&4 IN5&6".
De eerste 2 ingangspunten IN1 en IN2 zijn spanningsgestuurd en worden geaktiveerd
door een spanning van 5 tot 27 V AC of DC aan te sluiten op de konnektoren van deze
ingangen.
Merk op dat het daardoor noodzakelijk is om, indien een spanningsvrij kontakt wordt
aangesloten, dit via de 12 V uitgangen op de controller dient te worden aangesloten ten
einde een juiste spanning op de ingangspunten toe te passen.
De overige 4 ingangspunten zijn verdeeld over 2 konnektoren, en worden aangesloten via
een weerstandsnetwerkje. Deze ingangslijnen zijn dus ten allen tijde gesuperviseerd. Een
onderbreking van deze lijn zal onmiddellijk een alarmmelding tot gevolg hebben.
Nota : Naargelang de versie van de BlueLIne software is het mogelijk dat deze funktie nog
niet wordt ondersteund. Er kan dan slechts 1 kontakt worden aangesloten op IN3 in serie
( in geval van NC kontakt ) of parallel op ( in geval van NO kontakt ) een weerstand van
220 Ohm !
Volgende figuur toont de aansluiting van de alarmingangen.
Ingangen IN1 en IN2 op de controller
Ingangen IN3&4 en IN5&6 op de controller
Het aktiveren van deze ingangen op de
controller vereist een spanning tussen
5V en 27V AC of DC
Deze
gesuperviseerd en dienen
aangesloten te worden via
een weerstandsnetwerk.
Opgelet :
Geen spanning aansluiten !
ingangen
zijn
-15-
Advertenties
Inhoudsopgave
