Download Inhoudsopgave Inhoud Print deze pagina

Motorkabel Aansluiten Op De Start- En Controleapparatuur - PompDirect Flygt 3127 Handleiding Voor Installatie, Bediening En Onderhoud

Inhoudsopgave

Advertenties

4 Installatie
Dit biedt toegang tot het klemmenbord/de lasdoppen.
2. Controleer de gegevens op het gegevensplaatje om te zien welke aansluitingen voor
de stroomvoorziening nodig zijn.
3. Sluit de verbindingen op het klemmenbord/de lasdoppen aan in overeenstemming
met de vereiste stroomvoorziening.
4. Sluit de hoofddraden (L1, L2, L3 en massa) aan conform het betreffende kabelschema.
De aardedraad moet 50 mm (2.0 in.) langer zijn dan de fasedraden in de aansluitkast
van de unit.
5. Zorg dat de pomp goed geaard wordt.
6. Zorg dat de in de pomp ingebouwde thermocontacten goed zijn aangesloten op het
klemmenblok/de lasdoppen.
7. Installeer de toegangsafdekking en de O-ringschroef van de het statorhuis.
8. Draai de schroeven op de toegangsflens zo aan dat de kabelinvoer zover mogelijk
vastzit.

4.2.3 Motorkabel aansluiten op de start- en controleapparatuur

GEVAAR: Explosie-/Brandgevaar
Voor installaties in explosieve of brandbare atmosferen gelden speciale regels. Installeer
het product of hulpapparatuur niet in een explosieve zone, tenzij deze explosiefbestendig
of echt veilig zijn. Als het product EN/ATEX-, MSHA- of FM-goedgekeurd is, lees dan de
extra EX-informatie in het hoofdstuk Veiligheid voordat u verdere acties onderneemt.
Opmerking:
Er zijn thermische contactpunten geïntegreerd in de pomp.
Opmerking:
Thermische contacten mogen nooit worden blootgesteld aan spanningswaarden hoger
dan 250 V, breekstroom maximaal 5 A. Het wordt aanbevolen om ze aan te sluiten op
24 V verdeeld over aparte zekeringen ter bescherming van andere automatische
apparatuur.
De 1-fasepompen moeten voorzien zijn van een starter met start- en
bedrijfscondensatoren.
Voor de 1-fasepompen is een speciale door Flygt ontwikkelde starter vereist. De
aansluiting van de motorkabel op de starter is geïllustreerd in het kabelschema.
1. Als de pompinstallatie thermische contactpunten bevat, sluit dan de T1- en T2-
geleiders aan op de bewakingsapparatuur.
Als de temperatuur van de gepompte vloeistof boven de 40°C (104°F) komt, sluit de
draden T1 en T2 niet aan op de thermische contacten.
Opmerking:
De thermische contactpunten zijn in de stator ingebouwd. Sluit deze aan op 24 V via
aparte zekeringen om andere automatische apparatuur te beschermen.
2. Sluit de stroomdraden (L1, L2, L3 en aarde) op de startapparatuur aan.
Voor informatie over de fasevolgorde en de kleurcodes van de draden, zie het
kabelschema.
3. Van toepassing voor de permanente magneetmotor; zorg dat het waarschuwingslabel
op het uiteinde van de kabel bevestigd wordt. Als het label ontbreekt, bevestig dan
het reservelabel op het uiteinde van de kabel.
Het label wordt samen met de pomp geleverd.
28
Flygt 3127 Handleiding voor installatie, bediening en onderhoud

Advertenties

Inhoudsopgave
loading

Inhoudsopgave