8 Werking
8.1 Wegen
De weegschaal met de toets
De autotest van de weegschaal wordt uitgevoerd.
De weegschaal is paraat direct nadat de aanduiding "0.0" en het
driehoeksymbool
De weegschaal met de toets
De aanduiding "0.0" verdwijnt, de weegschaal is uitgeschakeld.
8.2 Tarreren
Het eigen gewicht van willekeurige voorbelasting gebruikt voor weging kan worden
getarreerd door de toets te drukken, waardoor bij volgende weegprocessen het
feitelijke gewicht van het gewogen materiaal verschijnt.
FXN-N-BA-nl-1511
boven de stabilisatieaanduiding
Met de toets
weegschaal op elk moment op nul te zetten.
De weegschaalcontainer opstellen en de toets
De nulaanduiding verschijnt en boven de nulaanduiding
de stabilisatieaanduiding
gewicht
verschijnt de driehoek .
Het containergewicht wordt eerst in het weegschaalgeheugen
opgeslagen.
Het gewogen materiaal in de weegschaalcontainer zetten.
Het verschijnt het netto gewicht van gewogen materiaal.
Nadat de weegschaalcontainer wordt weggenomen,
verschijnt zijn gewicht als een negatieve aanduiding (= bruto
gewicht).
aanzetten.
is het mogelijk om, indien nodig, de
uitzetten.
en aanduiding van het netto
verschijnen.
drukken.
,
16