Het ABC van het zagen/maaien
A. Gebruik altijd de juiste uitrusting
B. Zorg ervoor dat de uitrusting altijd juist afgesteld en
aangepast is.
C. Volg de veiligheidsvoorschriften.
D. Organiseer het werk goed.
E. Zorg ervoor dat het zaag/maaiblad op volle toeren draait
voor u begint te zagen/maaien.
F. Zorg ervoor dat het zaag/maaiblad altijd goed geslepen is.
G. Probeer om niet in stenen te zagen.
H. Stuur de velrichting (maak gebruik van de wind).
!
WAARSCHUWING!
Probeer om niet te zagen in het gebied
tussen 12 en 3 uur van de zaagblad.
Vanwege de rotatiesnelheid van het zaagblad
kan terugslag precies in dit gebied optreden
wanneer men in grovere stammen zaagt.
Werkmethodes
• Voor u begint te maaien,
moet u het werkgebied
controleren: de conditie
van het terrein, of het
afhelt, of er stenen liggen,
of er kuilen zijn enz.
• Begin daarna bij het
gemakkelijkste uiteinde
van het werkgebied.
• Werk systematisch, heen
en weer, dwars over het
gebied en bestrijk bij elke
zaag/maaibeweging een
gebied van ca. 4-5 m zodat
het werkbereik van de
machine ten volle wordt
benut en u een
gemakkelijk en afwisselend
werkterrein krijgt.
• De lengte van het pad
moet circa 75 m bedragen.
Verplaats de
brandstofvoorraad al
naargelang u vordert.
• Op hellend terrein moet u
het pad parallel met de
helling laten lopen. Het is
veel gemakkelijk om dwars
over een helling te lopen
dan op en neer.
• De paden moeten zo lopen
dat men niet over grachten
of andere hindernissen in
het terrein hoeft te klimmen.
Pas het pad ook aan de windomstandigheden aan zodat de
gevelde stammen in het reeds gemaaide gedeelte van het
terrein vallen.
14
– Nederlands
VEILIGHEIDSINSTRUCTIES
Kleine bomen
vellen met een
zaagblad
• Wanneer u in grovere
stammen zaagt, neemt het
risico op terugslag toe.
Vermijd dan ook in het
gebied tussen 12 en 3 uur
te zagen.
• Om een boom naar links
te laten vallen, moet het
onderste gedeelte van de
boom naar rechts geduwd
worden. Hou het
zaagblad scheef en duw
het met vaste hand schuin
omlaag naar rechts. Duw
tegelijkertijd op de stam
met de beschermkap.
Zorg dat u met het gebied
tussen 3 en 5 uur van het
zaagblad in de stam zaagt.
Het zaagblad moet op
volle toeren draaien voor
het de stam raakt.
• Om een boom naar rechts
te laten vallen, moet het
onderste gedeelte van de
boom naar links geduwd
worden. Hou het
zaagblad scheef en duw
het schuin omhoog naar
rechts. Zorg dat u met het
gebied tussen 3 en 5 uur
van het zaagblad in de
stam zaagt zodat de
rotatierichting van het
zaagblad het onderste
gedeelte van de boom
naar links duwt.
• Om een boom recht naar
voor te laten vallen, moet
het onderste gedeelte van
de boom naar achter
getrokken worden. Trek
het zaagblad met een
snelle en stevige beweging
naar achter.