6.9
Protocol voor de inbedrijfname
Het zonne-energiesysteem van: ______________________
werd rekening houdende met de volgende punten in
gebruik genomen:
1. Montage
Collectoranker reglementair bevestigd
Zonne-energieleiding met potentiaalvereffening bekabeld
Dakbedekking na het plaatsen van de ankers reglementair opnieuw aangebracht
Dakhuid niet beschadigd
Eventuele afdekking van de collectoren verwijderd
Afblaasleiding aan het veiligheidsventiel aan de drinkwaterzijde geïnstalleerd en aan de afvalwaterlei-
ding
aangesloten
Magnesiumbeschermingsanode in de boiler gecontroleerd
Thermostaatmenger geïnstalleerd, temperatuur ingesteld en gecontroleerd
2. Inbedrijfname
Installatie belucht
Dichtheid van pakkingbussen aan afsluitventiel, klemschroefverbindingen en KFE-kraan gecontroleerd
(evt. wartelmoeren aangezet)
Correct aantal collectoren gekozen
KFE-ventieldoppen dichtgeschroefd
Boiler ontlucht
Verwarmingscircuit ontlucht
3. Regelsystemen
Temperatuurvoeelrs geven realistische waarden weer
Zonne-energiepomp loopt en circuleert
Zonne-enegiecircuit en boiler worden warm
Juist hydraulisch schema ingesteld
Ketelnaverwarming start bij:
4. Instructie
De gebruiker van de installatie werd als volgt geïnstrueerd:
Basisfuncties en bediening van de zonne-energieregelaar
Functies en bediening van de naverwarming
Functie van de magnesiumbeschermingsanode
Vorstveiligheid van de installatie
Onderhoudsintervallen
Overhandiging van de documenten, evt. met speciaal schakelschema
Invullen van de gebruiksvoorschriften
Installatie- en onderhoudshandleiding auroSTEP
°C
Inbedrijfname 6
Uitgevoerd Opmerkingen
(alleen bij bivalente
systemen)
BE nl
19