Download Inhoudsopgave Inhoud Print deze pagina

Twee Patches Tegelijk Gebruiken (Simul Mode); Instellingen Voor Simultaanmodus (Bank) - Boss MODULATION MD-500 Gebruikershandleiding

Inhoudsopgave

Advertenties

Twee patches tegelijk gebruiken (Simul Mode)

Als FSW MODE is ingesteld op "A/B SIMUL", kunt u twee patches A en B tegelijk gebruiken
(simultaanmodus).
1
Stel FSW MODE in op "A/B SIMUL" (p. 22).
2
Druk op de [A]- of [B]-schakelaar die niet brandt om ze beide te
laten oplichten.
Nu kunt u twee patches tegelijk gebruiken.
OPMERKING:
5 De patch die in het scherm is geselecteerd (door de [ I ] [ H ]-knoppen), is de patch waarop
uw bewerkingen worden toegepast.
5 De instelling TAP/CTL (p. 7) en de instelling van de externe voetschakelaar (p. 25) worden
toegepast op beide patches A en B.
De opgelichte/knipperende stand van de [TAP/CTL]-schakelaar volgt de instelling van de
patch die in het scherm is geselecteerd.

Instellingen voor simultaanmodus (BANK)

Hier kunt u aangeven hoe patches A en B worden verbonden en uitgestuurd wanneer de
simultaanmodus wordt gebruikt.
1
Druk op de [EDIT]-knop.
Gebruik de [ H ] [ I ]-knoppen om "BANK" te selecteren en druk
2
vervolgens op de [EDIT]-knop.
Gebruik de [ H ] [ I ]-knoppen om een parameter te selecteren en
3
gebruik de [RATE/VALUE]-regelaar om de waarde te bewerken.
Parameter
Waarde
Geeft aan hoe patches A en B worden verbonden.
CONNECTION
SERIES
PARALLEL
Geeft aan hoe geluid wordt uitgestuurd via de OUTPUT A/MONO- en B-aansluitingen.
MIX
OUTPUT MODE (*1)
A/B
Geeft de verbindingspositie aan waarop een extern effectapparaat wordt
toegevoegd door de Insert Loop-functie (p. 24).
OFF
INSERT SW
PRE
POST
MIDDLE (*2) Verbonden tussen patches A en B.
SYNC (*3)
OFF, ON
*1: Wordt weergegeven als CONNECTION "PARALLEL" is
*2: Wordt weergegeven als CONNECTION "SERIES" is
*3: Niet beschikbaar voor modi zonder RATE of BPM
4
Druk op de [EXIT]-knop om terug te keren naar het bovenste scherm.
Beschrijving
Patches A en B zijn in serie verbonden, in de volgorde van A 0 B.
Patches A en B zijn in parallel verbonden.
Patches A en B worden gemengd en uitgestuurd.
Geluid dat wordt ingevoerd naar de INPUT A/MONO-aansluiting,
loopt door patch A en wordt uitgestuurd naar de OUTPUT A/
MONO-aansluiting.
Geluid dat wordt ingevoerd naar de INPUT B/MONO-aansluiting,
loopt door patch B en wordt uitgestuurd naar de OUTPUT B/MONO-
aansluiting.
Niet verbonden.
Verbonden vóór patches A en B.
Verbonden na patches A en B.
Selecteert of het tempo van patch B wordt gesynchroniseerd met het
tempo van patch A (ON) of niet wordt gesynchroniseerd (OFF).
NOTE kan worden aangepast voor elke patch.
Handige functies
Geselecteerde patch
23

Advertenties

Inhoudsopgave
loading

Inhoudsopgave