3
Bekijk het trainingsplan in uw agenda.
4
Selecteer
en volg de instructies op het scherm.
Intervalworkouts
U kunt intervalworkouts maken op basis van afstand of tijd. Het
toestel slaat uw aangepaste intervalworkouts op totdat u een
nieuwe intervalworkout maakt. U kunt een interval met een open
einde gebruiken voor het vastleggen van uw workoutgegevens
wanneer u een bekende afstand aflegt. Als u
neemt het toestel een interval op en last het daarna een
rustinterval in.
Een intervalworkout maken
1
Selecteer
> Training > Intervallen > Wijzig > Interval >
Type.
2
Selecteer Afstand, Tijd of Open.
TIP: U kunt een interval met een open einde maken door het
type in te stellen op Open.
3
Selecteer Tijdsduur, voer een afstands- of tijdsinterval in
voor de workout en selecteer
4
Selecteer Rust > Type.
5
Selecteer Afstand, Tijd of Open.
6
Voer indien nodig een waarde in voor de afstand of tijd van
het rustinterval en selecteer
7
Selecteer een of meer opties:
• Selecteer Herhaal om het aantal herhalingen in te stellen.
• Selecteer Warm-up > Aan om een warming-up met een
open einde toe te voegen aan uw workout.
• Selecteer Cooldown > Aan om een coolingdown met een
open einde toe te voegen aan uw workout.
Een intervalworkout starten
1
Selecteer
> Training > Intervallen > Start workout.
2
Selecteer .
3
Als uw intervalworkout een warming-up heeft, selecteert u
om aan het eerste interval te beginnen.
4
Volg de instructies op het scherm.
Wanneer u alle intervallen hebt voltooid, verschijnt er een
bericht.
Een workout stoppen
• U kunt op elk moment
beëindigen.
• U kunt op elk moment
• U kunt op elk moment
om de workout te beëindigen.
Virtual Partner
gebruiken
®
De functie Virtual Partner is een trainingshulpmiddel dat u helpt
bij het bereiken van uw trainingsdoelen. U kunt het tempo of de
snelheid van uw Virtual Partner instellen om u te helpen uw
trainingsdoelen te bereiken.
1
Selecteer
> Instellingen > Activiteitinstellingen >
Gegevensschermen > Virtual Partner > Status > Aan.
2
Selecteer Stel tempo in of Stel snelheid in.
U kunt tempo of snelheid instellen als uw hardloopindeling.
3
Ga hardlopen.
4
Ga naar het scherm Virtual Partner om te zien wie er aan kop
ligt.
Training
selecteert,
.
.
selecteren om een workoutstap te
selecteren om de timer te stoppen.
> Annuleer workout selecteren
5
Houd indien nodig de Virtual Partner banner
het tempo of de snelheid van de Virtual Partner tijdens het
hardlopen aan te passen.
Een trainingsdoel instellen
De functie Trainingsdoel werkt samen met de functie Virtual
Partner, zodat u een trainingsdoel kunt instellen voor afstand,
afstand en tijd, afstand en tempo of afstand en snelheid. U kunt
deze functie gebruiken in combinatie met de activiteitenprofielen
voor hardlopen, fietsen of andere individuele sport (behalve
zwemmen). Tijdens uw trainingsactiviteit geeft het toestel u real-
time feedback over hoe ver u bent gevorderd met het bereiken
van uw trainingsdoel.
1
Selecteer
> Training > Stel een doel in.
2
Selecteer een optie:
• Selecteer Alleen afstand om een vooraf ingestelde
afstand te selecteren of voer een aangepaste afstand in.
• Selecteer Afstand en tijd om een afstands- en tijdsdoel te
selecteren.
U kunt het tijdsdoel invoeren, voorspelling gebruiken (op
basis van uw geschat VO2 max.) of uw persoonlijke
recordtijd gebruiken.
• Selecteer Afstand en tempo of Afstand en snelheid om
uw afstands- en tempodoel of uw afstands- en
snelheidsdoel in te stellen.
In het trainingsdoelscherm wordt uw geschatte finishtijd
weergegeven. De geschatte finishtijd is gebaseerd op uw
huidige prestaties en de resterende tijd.
3
Selecteer
om de timer te starten.
4
Veeg zo nodig om het Virtual Partner scherm weer te geven.
5
Selecteer
> Sla op nadat u uw activiteit hebt voltooid.
Nadat u bent gefinisht, kunt u op het overzichtsscherm dat
wordt weergegeven zien of u uw trainingsdoel al dan niet
hebt gehaald.
Een trainingsdoel annuleren
1
Veeg tijdens de activiteit om het doelscherm weer te geven.
2
Wachtstand
.
3
Selecteer Annuleer doel >
Racen tegen een eerder voltooide activiteit
U kunt racen tegen een eerder vastgelegde of gedownloade
activiteit. U kunt deze functie gebruiken in combinatie met de
activiteitenprofielen voor hardlopen, fietsen of andere individuele
sport (behalve zwemmen). Deze functie werkt samen met de
functie Virtual Partner, zodat u tijdens de activiteit kunt zien hoe
ver u voor of achter ligt.
1
Selecteer
> Training > Race een activiteit.
2
Selecteer een optie:
• Selecteer Uit geschiedenis om een eerder op uw toestel
geregistreerde activiteit te selecteren.
• Selecteer Gedownload om een activiteit te selecteren die
u via uw Garmin Connect account hebt gedownload.
3
Selecteer de activiteit.
ingedrukt om
.
3