broad reaching (ruim aan de wind) te meten, kan deze
kalibratiewaarde verder worden verfijnd.
Bewegingscorrectie
Ú Notitie:
Deze optie is alleen beschikbaar als een H5000 CPU is
aangesloten op het systeem.
Om deze functie te kunnen gebruiken, hebt u een 3D Motion-
sensor en een waarde voor de masthoogte nodig, in
combinatie met een processor waarop software van Hercules-
niveau of hoger wordt uitgevoerd.
Wanneer de wind wordt gemeten, wordt deze in eerste instantie
gecorrigeerd op uitlijning van de masttop-unit en de mastrotatie.
Stel de masthoogte in en selecteer Bewegingscorrectie voor de
bewegingscorrectie die moet worden toegepast op de gemeten
windsnelheid en de windhoek.
Diepte
Diepte-offset
Alle transducers meten de waterdiepte van de transducer tot de
bodem. Daardoor tellen de waterdieptewaarden voor de afstand
tussen de transducer en het laagste punt van de boot (bijvoorbeeld:
de onderkant van de kiel, het roer of de schroef) in het water of
vanaf de transducer tot het wateroppervlak niet mee.
•
Voor de diepte onder de kiel (A): stel de afstand vanaf de
transducer tot de onderkant van de kiel in als een negatieve
waarde. Bijvoorbeeld -2,0.
•
Voor de diepte onder de transducer (B): geen offset nodig.
•
Voor de diepte onder het wateroppervlak (de waterlijn) (C): stel
de afstand van de transducer naar het wateroppervlak in als
positieve waarde. Bijvoorbeeld +0,5.
Software installeren
| Triton2 Gebruikershandleiding
69