10. Storingen verhelpen
Probleem
Het luchtvermogen is
onvoldoende.
Er is een ongewoon geluid
bij het opstarten of de
werking.
Oorzaak
De ventilatorwaaier draait niet in
de juiste richting.
De elektrische aansluiting is
onjuist uitgevoerd.
De luchtdruk is te laag door een
onjuiste installatie.
De luchtstroomkleppen zijn
gesloten of niet helemaal open.
Er bevindt zich een blokkering in
de inlaat of het kanaalsysteem.
Het product is niet geschikt voor
de locatie.
Het motorvermogen is
verminderd door een te hoge
temperatuur in de motor. (Dit is
alleen van toepassing op EC-
motoren.)
Er zit vuil op de ventilatorwaaier.
De ventilatorwaaier is beschadigd
of vervormd omdat de lucht
agressieve middelen bevat.
De ventilatorwaaier draait niet in
de juiste richting.
De ventilatorwaaier is vervormd
door te hoge temperaturen.
Er staat spanning op de
kanaalverbindingen.
De ventilatorwaaier is niet
uitgebalanceerd.
Het product of kanaal produceert
ongewoon sterke vibraties.
Oplossing
Zorg ervoor dat de elektrische
aansluiting juist is uitgevoerd.
Zorg ervoor dat de elektrische
aansluiting overeenstemt met
het bedradingsschema.
Maak de benodigde wijzingen
in het kanaalsysteem en
geïnstalleerde onderdelen om
de luchtdruk te verhogen.
Stel de luchtstroomkleppen
af.
Verwijder de blokkering.
Zorg ervoor dat het product
geschikt is voor de locatie.
Controleer de
omgevingstemperatuur.
Zorg ervoor dat er voldoende
ruimte is rond de motor om
de temperatuur laag te
houden.
Maak de ventilatorwaaier
voorzichtig schoon. Zie
hierboven 'Reinigen van het
product.'
Neem contact op met Groupe
Atlantic voor technische
ondersteuning.
Zorg ervoor dat de elektrische
aansluiting juist is uitgevoerd.
Vervang de ventilatorwaaier.
Zorg dat de luchttemperatuur
niet hoger is dan de waarde
op het typeplaatje.
Maak de verbindingen los,
breng de kanaaldelen in lijn en
zet de verbindingen weer
vast.
Neem contact op met Groupe
Atlantic voor technische
ondersteuning.
Zorg ervoor dat het product
juist geïnstalleerd is.
13