beneden)kan ervoor zorgen dat de boot
instabiel wordt en dat hij moeilijk be-
stuurbaar is. Dat doet de kans op een on-
geluk toenemen. Als de boot onstabiel
aanvoelt of als hij moeilijk te besturen is,
vertraag dan en/of regel de trimhoek bij.
1. Trimbedieningshoek
DMU27881
Trimhoek instellen
Modellen met trim- en kantelbekrachti-
ging
DWM00750
WAARSCHUWING
Zorg dat iedereen uit de buurt van de
G
buitenboordmotor is wanneer u de kan-
telhoek bijregelt en dat er geen li-
chaamsdelen
aandrijfeenheid en de motorbracket
klem raken.
Wees voorzichtig als u voor het eerst
G
een trimstand uitprobeert. Verhoog de
snelheid geleidelijk en ga na of er zich
geen tekenen van instabiliteit of bestu-
ringsproblemen voordoen. Een onjuis-
te trimhoek kan tot verlies van controle
leiden.
Gebruik de kantelbekrachtigingsscha-
G
kelaar op de onderbak (indien de motor
daarmee uitgerust is) alleen wanneer
de boot helemaal stil ligt en de motor
tussen
de
afgezet is.
Stel de juiste buitenboordmotortrimhoek in
door middel van de trim- en kantelbekrachti-
gingsschakelaar.
1. Trim- en kantelbekrachtigingsschakelaar
1
DN
UP
1. Trim- en kantelbekrachtigingsschakelaar
UP
1
DN
1. Trim- en kantelbekrachtigingsschakelaar
Werking
ZMU04601
ZMU05304
38