5. Overige functies
5.3 Opdrachtenbeheer via het netwerk (vervolg)
Wanneer de verificatie instelling ingeschakeld is, dan zijn de volgende instellingen
nodig. (32)
7) Klik op [Beveiligingsinstellingen] in het hoofdmenu.
8) Klik op [Netwerkbeheer] en voer het gewenste verificatiewachtwoord in.
* Zie N.B.
9) Klik op [Toepassen] om de instellingen op te slaan.
N.B.
• Het Verificatie Paswoord zal hetzelfde zijn voor Netwerkbeheerpoort 1
(Poort:23), Netwerkbeheerpoort 2 (Poort:9715) en PJLink™-poort (Poort:
4352).
• De nieuwe configuratie instellingen worden geactiveerd na het herstarten
van de netwerk connectie. Als de configuratie instellingen worden veranderd,
moet u de netwerk connectie herstarten. U kunt de netwerkverbinding opnieuw
starten vanaf Netwerk resetten in het hoofdmenu. (38)
60