3. Webbesturing
3.2 Crestron e-Control
3.2.2 Tools-venster
2
1
3
Configureert de instellingen tussen de projector en het Crestron
Klik op de knop [Exit] om terug te keren naar het Main-venster.
N.B.
• Als er een teken van twee bytes wordt gebruikt, kunnen de invoertekst
of de cijfers niet correct worden ingesteld.
• Het is niet mogelijk om enig item in dit venster leeg te laten.
1 Crestron Control
Configureert de instellingen van apparaten met Crestron
Optie
IP Address
IP ID
Port
Klik op de knop [Send] om de instellingen toe te passen.
2 Projector
Configureert de netwerkinstellingen van de projector.
Optie
Projector Name
Location
Assigned To:
De symbolen die kunnen worden gebruikt zijn spatie en de volgende; !"#$%&'()*+,-./:;<=>?@[\]^_`{|}~
Klik op de knop [Send] om de instellingen toe te passen.
44
®
(vervolg)
Configureert het IP-adres van het bedieningssysteem.
Configureert het IP-ID van het bedieningssysteem.
Geeft het poortnummer aan dat door het bedieningssysteem
wordt gebruikt voor de verbinding.
Configureert de naam van de projector. De lengte van de
Projectornaam kan tot 64 alfanumerieke karakters zijn.
Configureert de naam van de plaats van de projector. U kunt een naam
van een Location opgeven met maximaal 32 alfanumerieke tekens.
Configureert de gebruikersnaam voor de projector. U kunt een
wachtwoord opgeven met maximaal 26 alfanumerieke tekens.
®
®
bedieningssysteem.
Beschrijving
Beschrijving
4
5
bedieningssysteem.