2. Verbinding maken met het netwerk
Onderdeel
Configureert een bedraad
netwerk.
De ingestelde waarden
worden opgeslagen
wanneer u "TOEPASSEN"
selecteert.
INSTELLEN
SUBNETMASKER
STANDAARD
(vervolgd op volgende pagina)
12
N.B.
• Ingestelde waarden worden niet opgeslagen als het Menu
verdwijnt voor u "TOEPASSEN" heeft geselecteerd.
• U moet "TOEPASSEN" uitvoeren nadat u de instellingen
gewijzigd hebt.
Configureert of het IP-adres automatisch verkregen
wordt of niet.
DHCP
Gebruik de ▲/▼-knoppen om DHCP in/uit te schakelen.
AAN UIT
Configureert het IP-adres wanneer DHCP is
uitgeschakeld. Voer het IP-ADRES in.
IP-ADRES
Deze functie kan enkel worden gebruikt wanneer DHCP
is ingesteld op UIT.
Configureert het subnetmasker wanneer DHCP is
uitgeschakeld. Voer het SUBNETMASKER in.
Deze functie kan enkel worden gebruikt wanneer DHCP
is ingesteld op UIT.
Configureert de standaard gateway wanneer DHCP is
uitgeschakeld.
Voer het STANDAARD GATEWAY adres in.
GATEWAY
Deze functie kan enkel worden gebruikt wanneer DHCP
is ingesteld op UIT.
Configureert het DNS server adres.
Voer het DNS server adres in.
DNS
N.B.
SERVER
Deze instelling kan niet automatisch worden verkregen.
Beschrijving